Wethouder Zita Pels (GroenLinks) van volkshuisvesting is fel tegen de wetswijziging van minister Keijzer en roept deze een halt toe. Deze wet moet een einde maken aan het verlenen van voorrang aan statushouders op een sociale huurwoning. Volgens de wethouder is deze maatregel ineffectief, onuitvoerbaar voor de gemeente en zorgwekkend. ‘Zonder de huisvesting van statushouders in sociale huurwoningen zal de doorstroom uit de opvang stokken, wat leidt tot minder leefbaarheid en minder veiligheid in de stad.’
Integratie in het geding
De voorgestelde wet zou de huisvestingsmogelijkheden voor statushouders ernstig beperken. In Amsterdam bedraagt de gemiddelde wachttijd voor een woning al twaalf jaar. Zelfs tijdelijke huisvesting, waar statushouders nu vaak op terugvallen, is gebaseerd op voorrangsregelingen.
Statushouders in Amsterdam
Statushouders zijn asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen. Ongeveer één op de drie bewoners in opvangcentra is momenteel een statushouders en volgens de laatst bekende peildatum van 1 april 2024 telt Amsterdam 7.655 statushouders. De gemeente laten weten dat er over de woningnood in de stad geen cijfers bekent zijn, maar dat de wachttijd wel een indicatie geeft over de stand van zaken. Momenteel is in Amsterdam de wachttijd voor een sociale huurwoning gemiddeld twaalf jaar.
De wethouder benadrukt het belang van huisvesting voor integratie: ‘Een stabiele woonplek is een essentiële voorwaarde voor mensen om een zelfstandig leven op te bouwen, te kunnen starten met inburgering en werk en bij te dragen aan de samenleving. Daarom geven gemeenten op basis van rijksbeleid voorrang aan kwetsbare groepen, zoals mensen die dakloos zijn en statushouders. Zonder stabiele huisvesting neemt de kans op langdurige afhankelijkheid van sociale voorzieningen toe, dat is niet goed voor zowel de maatschappij als de statushouder.’

De wethouder uit grote bezorgdheid over de potentiële gevolgen van het voorstel voor de opvangketen. Pels: ‘Gemeenten blijven wél wettelijk verplicht om statushouders te huisvesten, maar de mogelijkheid om dat met voorrang of urgentie te doen wordt zo ernstig belemmerd. We krijgen hiermee een onuitvoerbare taak.’ Zonder voorrang in de sociale huursector vreest de gemeente een stagnatie in de doorstroom vanuit opvangcentra. Dit zou kunnen leiden tot overvolle opvanglocaties, aanzienlijk hogere kosten voor alternatieve huisvesting (indien beschikbaar), en een toename van dakloosheid.
Geen oplossing
Omdat de lange wachtlijsten in de sociale huursector te verkleinen en het proces eerlijker te maken voor andere woningzoekenden, stelde minister van Volkshuisvesting Mona Keijzer (BBB) maandag aan het kabinet voor om een einde te maken aan de voorrangsregeling voor statushouders op het toewijzing van sociale huurwoningen. Keijzer: “Hiermee doen we recht aan al die woningzoekenden die de gevolgen merken van de schaarste op de woningmarkt, van de jongere die het huis uit wil tot de oudere die een geschikte woning zoekt.”
In een reactie van op de gepresenteerde plannen stellen zestien gemeenten bestaande uit Amsterdam, Delft, Den Haag, Deventer, Eindhoven, Enschede, Groningen, Haarlem, Leeuwarden, Leiden, Maastricht, Westerwolde, Sittard-Geleen, Tilburg, Utrecht en Venlo dat met deze maatregel de woningnood niet wordt opgelost. ‘Het huidige probleem is niet dat er teveel statushouders zijn, maar te weinig betaalbare woningen. Hierdoor zijn wachttijden voor een sociale huurwoning lang. Het aanwijzen van statushouders als oorzaak is niet alleen onjuist, maar doet ook geen recht aan de complexiteit van het probleem’, aldus de gemeenten.

Bouw van betaalbare woning
Waar volgens de gemeenten en Pels wel de oplossing ligt, is bij het creëren van meer betaalbare woningen. ‘We begrijpen dat de woningnood hoog is en dat er veel regulier woningzoekenden op een woning wachten en daarom wordt er juist volop gebouwd en resultaten geboekt’, aldus Pels.
Samen met andere gemeenten roept de gemeente Amsterdam dan ook op tot het verplichten van alle gemeenten om minimaal 30 procent van de nieuwbouw sociaal te bouwen. Pels: ‘De schuld neerleggen bij mensen in een heel kwetsbare positie is onmenselijk.’
Omdat de wetswijziging alleen maar meer vraagt van de gemeente en de woningnood niet aanpakt, spreekt Pels van een ‘symboolmaatregel’. ‘Gevoelsmatig lijkt het misschien eerlijker voor woningzoekenden, maar in praktijk doet het nauwelijks iets voor het verkorten van de wachttijden voor sociale huurwoningen. Het kabinet zou meer geld vrij moeten maken om sociale huurwoningen te bouwen, dan lossen we het probleem van te lange wachtlijsten werkelijk op.’
Reactie van het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Minister Keijzer heeft na de presentatie van haar wetswijziging organisaties zoals woningcorporaties gevraagd om hun licht te schijnen op de wet. Hiervoor hebben zij tot en met 16 maart de tijd. Het ministerie van Volkshuisvesting laat in een reactie weten dat Keijzer ook open te staan voor de visie van gemeenten en provincies op de mogelijke gevolgen van de wet. Mogelijk past zij na aanleiding van deze reacties het wetsvoorstel aan.