Duizenden mensen in Amsterdam zijn dakloos – maar hoeveel precies? Goede schattingen zijn lastig te maken, dus wordt dit jaar in Amsterdam voor het eerst het aantal daklozen op straat geteld met de ETHOS-methode. Accurate cijfers zijn hard nodig om dakloosheid in de stad aan te pakken, aldus de gemeente.
Volgens de meest recente schatting van de gemeente waren er bijna zestienduizend mensen dak- of thuisloos in Amsterdam in 2024. Daarnaast zaten er nog 3.500 mensen in langdurige opvang. De gemeente heeft alleen niet alle daklozen in beeld, dus zijn deze cijfers, ‘slechts een benadering van de ondergrens van het werkelijke aantal dak- en thuisloze mensen’. Op 8 april gaan daarom onder andere politieagenten, NS-medewerkers, busdiensten, kerken en de gemeentelijke reinigingsdienst bijhouden bij hoeveel daklozen zij die dag tegenkomen: de ETHOS-telling.
Volgens de onlangs gepubliceerde cijfers van het CBS waren er vorig jaar 33 duizend mensen in Nederland dakloos, bijna acht procent meer dan het jaar ervoor. De cijfers van het CBS omvatten echter niet alle groepen daklozen. Ook zijn er geen lokale cijfers beschikbaar. Daarom wordt sinds twee jaar in enkele regio’s en gemeenten de ETHOS-methode in Nederland gebruikt, waarbij het aantal daklozen handmatig geteld wordt. ETHOS staat voor European Typology of Homelessness and Housing Exclusion en wordt in Europa gezien als de best onderbouwde en meest gezaghebbende manier om dakloosheid te meten volgens het Kansfonds, die de methode met de Hogeschool Utrecht naar Nederland haalde.

Handmatig tellen
De ETHOS-telling neemt naast mensen die op straat en in de noodopvang leven – de groepen die het CBS in beeld heeft – ook mensen mee die bijvoorbeeld verblijven in een stacaravan, auto of bij vrienden, aldus het Kansfonds. Het CBS baseert haar cijfers daarnaast op registraties van postadressen bij een opvang, bijstandsuitkeringen en registraties van de reclassering. Daardoor vallen minderjarigen, mensen ouder dan 65 en mensen zonder verblijfspapieren bij het CBS automatisch buiten beeld. Bij de ETHOS-telling worden deze mensen wel meegenomen.
Meer dan cijfers
Volgens Nienke Boesveldt, hoofdonderzoeker dakloosheid aan de Universiteit van Amsterdam, is de ETHOS-telling een ‘goede poging’ om het aantal dak- en thuislozen in de stad beter in beeld te krijgen. ‘De vraag is wel wat er dan vervolgens met die betere schatting gaat gebeuren,’ voegt Boesveldt toe. ‘De cijfers zijn onderdeel van de puzzel die gelegd wordt, maar de vraag is of dat het meest bepalende onderdeel is. Ik ben natuurlijk heel blij dat we nu nog betere cijfers krijgen, maar van de cijfers moeten de dakloze mensen het niet hebben.’
Groot voordeel van de ETHOS-telling is volgens Boesveldt dat bijvoorbeeld kinderen die dakloos zijn ook meegeteld worden. Welke groepen daklozen door de ETHOS-telling vooral hoger uit zullen vallen dan tot nu toe gedacht, kan Boesveldt niet zeggen. ‘Ik ben erg benieuwd of het afwijkt van andere gemeenten.’
Beeld: Kansfonds