‘Een paard dat zich goed voelt, straalt dat uit.’

Vanaf vandaag tot en met zondag 26 januari 2025 staat de RAI Amsterdam in het teken van de paardensport. Prestaties van wedstrijdpaarden hangen niet alleen af van goede voeding en training, ook hun gezondheid is van belang. Daaraan werkt paardentherapeut Lydia Overeem. Zij gebruikt hiervoor trillingen en energie om blokkades in het lichaam te herstellen.

Lydia Overeem (75) heeft 15 jaar een praktijk gehad, waar ze paarden van allerlei kwalen afhielp. Ze is nu acht jaar met pensioen. Daarbij was voor haar ‘balans’ het belangrijkste begrip.’Ik stuur met behulp van bioresonantie de juiste frequenties terug om het lichaam weer in balans te brengen.’

Even pas op de plaats, bioresonantie en frequentie, dat zijn twee woorden die ik niet begrijp.

‘Laat ik beginnen met frequentie. Dat is energie. Elk onderdeel in het lichaam, of het nou een mens of een dier is, heeft een specifieke frequentie. Deze energie is niet zichtbaar, net zoals de frequenties die we gebruiken om te praten dat niet zijn, bijvoorbeeld radiofrequenties. 

En dan nu bioresonantie, dit is een alternatieve geneeswijze. Deze frequenties – waar we het net over hadden – kunnen gemeten worden. Alles in het lichaam, van organen tot cellen, heeft een eigen, unieke frequentie. Als een frequentie te hoog of te laag is, is er een disbalans. Dit kan leiden tot allerlei klachten, zowel fysiek als mentaal. Bioresonantie is een therapie waarbij ik ervoor zorg dat de juiste frequenties via een apparaat naar het lichaam worden gestuurd, om die disbalans te corrigeren. Het is een manier om het lichaam te helpen zichzelf te herstellen. Vergelijk het met het stemmen van een muziekinstrument: Een piano klinkt bijvoorbeeld vals als een toon te hoog of te laag is. Een stemmer zorgt ervoor dat een toon weer correct wordt. Met bioresonantie stem je als het ware het lichaam, zodat alles weer harmonisch werkt.’

Hoe werkt bioresonantietherapie bij een paard in de praktijk?

‘Neem de maag van een paard, die heeft een bepaalde frequentie. Als bij testen blijkt dat dit verstoord is, raakt het paard ziek, of zit het niet lekker in zijn vel. Dat zie je bijvoorbeeld aan de nervositeit van een paard voor een wedstrijd. Bioresonantie therapie kan deze verstoorde frequentie corrigeren en terugbrengen naar de gezonde frequentie. Je geeft het paard dan de juiste frequentie, waardoor de maag zijn goede balans terug krijgt.’ 

Wat doe jij dan precies?

‘Als eerste kijk ik naar het DNA van een paard, in een pluk haar met haarwortel of een beetje mondslijmvlies of urine. Soms vragen therapieën ook om een klein beetje bloed. Deze monsters ga ik testen om uit te vinden waar het paard uit balans is. Zo krijg ik een diagnose: het paard heeft last van zijn maag, stress of pijn aan een gewricht. 

Dan krijgt het paard een deken om. Hierin zitten twee grote zakken waar koperen platen ingaan. Door die hele deken zit ook koperdraad geweven. Deze zijn met stekkertjes verbonden aan de apparatuur die de frequenties uitzendt. Het paard zit dan verbonden aan een apparaat, en ik heb van tevoren getest welke frequentie het paard nodig heeft. Vaak zijn dat meerdere frequenties. Deze stel ik in op de apparatuur en zo behandel ik het paard.’ 

Zie je daarna verschil in het gedrag van het paard?

‘Ja, absoluut. Een paard dat zich goed voelt, straalt dat uit. Het is rustiger, meer ontspannen en presteert beter. Neem mijn oude paard, een dressuurwedstrijdpaard. Hij is nu 33 jaar – wat voor paarden heel erg oud is. We hebben hem, naast liefde, goed eten en veel beweging ook af en toe bioresonantie gegeven, ter voorkoming van klachten. En dat heeft altijd goed gewerkt. Op de manage kregen wij vroeger zelfs van ouders de vraag hoe het kon dat ons paard er zo goed uitzag.’ 

Zijn klachten van een paard altijd te herleiden naar de juiste frequentie?

‘Nee, ik kijk ook naar de ruiter. Ook de frequenties van een ruiter moeten in balans zijn. Het paard is een super gevoelig dier en merkt meteen hoe zijn rijder in elkaar zit. Ruiter en paard moeten één zijn. Een paard dat niet goed functioneert heeft negen van de tien keer te maken met degene die hem berijdt. Daarom is het belangrijk om zowel het paard als de ruiter in goede balans te krijgen.’