Afgelopen jaar behaalde de klassieke horeca (hotels, restaurants en cafés) een omzet van 11,96 miljard euro, een stijging van 4,3 procent ten opzichte van 2023. Deze cijfers presenteerde het FoodService Instituut Nederland (FSIN), het kennisinstituut van de voedselmarkt, tijdens de opening van de Horecava-beurs in de RAI.
De lichte omzetgroei in de sector komt vooral door de prijsstijgingen in de horeca. Ondernemers merken echter dat zij dicht bij de grens komen van de maximale prijs die klanten bereid zijn te betalen. Door de hogere prijzen blijven mensen sneller een avondje thuis en als ze wel gaan, gaan ze bewuster om met wat ze daar uitgeven.
De ‘gemaksgeneratie’
Volgens FSIN zijn het vooral Gen-Z’ers en Millennials, die door de branchevereniging worden aangeduid als ‘de gemaksgeneratie’, die minder uitgeven in de horeca. Waar in 2023 nog 36 procent van de Gen-Z’ers minstens één keer per week buiten de deur hun avondmaaltijd aten, was dat in 2024 slechts 25 procent. Dit beeld herkent Eveline Doornhegge, regiomanager Amsterdam namens de Koninklijke Horeca Nederland. Daarentegen ziet zij wel dat wanneer jongeren uiteten gaan, zij vaker voor het hogere segment kiezen.
Ook de Amsterdamse horeca kent uitdagingen, geeft Doornhegge aan. Hoewel het aantal buitenlandse bezoekers in de horeca weer redelijk op het niveau van voor corona zit, is het vooral de Nederlandse bezoeker van buiten Amsterdam die wegblijft. Dit heeft volgens Doornhegge te maken met het imago van Amsterdam als drukke en dure stad.
De prognose voor Amsterdam in 2025 is, net als in de rest van Nederland, voorzichtig optimistisch. ‘De werkloosheid in Nederland is laag en de koopkracht stijgt’ zegt Doornhegge. De verwachting is dus dat klanten de horeca regelmatig blijven bezoeken. Toch lopen ondernemers tegen een grens van de prijzen die ze kunnen vragen aan, terwijl de kosten voor de horecazaak wel toenemen. Hierdoor is het rendement voor ondernemingen relatief laag.
Faillissementen
Het toekomstbeeld dat ABN AMRO in samenwerking met Hotelschool The Hague voor 2025 schetst is minder rooskleurig. Zij verwachten dat landelijk 450 restaurants en andere eetgelegenheden aankomend jaar failliet zullen gaan. In 2024 vroegen slechts 199 horecaondernemingen faillissement aan. Volgens ABN AMRO komt dit door problematische schulden die met name kleine ondernemingen tijdens de coronaperiode hebben opgebouwd.
De vraag is of dit ook voor Amsterdam zal gelden. Vanwege de hoge waarde van ondernemingen en de schaarste aan horecavergunningen, zien schuldeisers vaak betere alternatieven dan de aanvraag van faillissement, aldus Doornhegge.