Als doorgewinterde journalist en presentator reflecteert Twan Huys op de misstanden bij de NPO en zijn eigen rol in de mediawereld. ‘Ik moet kritisch zijn wanneer nodig, ook op momenten dat het niet prettig is.’
Wat is jouw journalistieke drijfveer?
‘Mensen op een eerlijke, onafhankelijke manier informeren over wat er in de wereld gebeurt. Ik wil een betrouwbaar beeld schetsen van iets of iemand. Research en voorbereiding zijn daarvoor ontzettend belangrijk. Als mensen er achter komen dat je bedriegt of partijdig bent, ben je geen journalist meer. Dan ben je iets anders geworden, een propagandist, politicus of een opinieleider.’
Hoe balanceer je dat voornemen met kijkcijfers? Gaat het meer om gezien worden of meer om je plicht te vervullen?
‘Een programma waar niemand naar kijkt, daar heeft niemand wat aan. We werken met belastinggeld, daarom is het belangrijk dat mensen geïnteresseerd zijn in wat je doet. Dus om alleen een televisieprogramma te maken waarvan mensen in mijn omgeving zeggen: “wat heb je dat goed gedaan”, vind ik niet interessant. Bij College Tour kiezen we soms gasten waarvan wij weten dat de aandacht beperkt zal zijn, maar waarvan we wel vinden dat diegene de aandacht verdient, zoals bijvoorbeeld de Congolese vrouwenarts en Nobelprijswinnaar Denis Mukwege.’
Bewondering is geen goed uitgangspunt voor een interview, zei je toen je onlangs te gast was bij Room for Discussion op de UvA. Zeg je hier eigenlijk dat je niet opkijkt tegen alle grote namen die jij interviewt?
‘Natuurlijk zitten er heel veel mensen tussen waar ik tegen op kijk. Dan probeer ik de bewondering die ik voor ze heb te temperen, en weer terug te schakelen naar het vak dat ik uitoefen: de journalistiek. Ik moet kritisch zijn wanneer nodig, ook op momenten dat het niet prettig is. Als iemand onzin uitkraamt of liegt, moet je dat wel kunnen benoemen.’
Vind je dat moeilijk?
‘Het is niet vanzelfsprekend om mensen te confronteren met iets onaangenaams. Dat blijft in elke sociale situatie moeilijk. In een interview is het nog lastiger, want je wil niet de sfeer bederven voor de rest van je gesprek. Toen Sigrid Kaag bij College Tour was, vroeg ik met moeite of zij zich iets aantrok van de angsten van haar dochters. Sommige mensen vonden dat ik daar te veel nadruk op legde. Maar wij vonden het zo verschrikkelijk en schandalig dat Kaag zo slecht behandeld wordt, dat zelfs haar kinderen bang waren voor een aanslag. Dat zegt ook veel over de staat van Nederland en de politiek. We vonden dit een maatschappelijk probleem waar over gesproken moet worden. Maar het was niet makkelijk.’
Daarover gesproken, we moeten het natuurlijk ook hebben over de misstanden bij de publieke omroep en het Rapport- Van Rijn. Hoe kijk jij tegen dat nieuws aan?
‘Dat vind ik heel moeilijk en zeer beschamend. Het is extreem vervelend voor alle slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag. Als je me een paar jaar geleden had gezegd dat dit een groot onderwerp zou worden bij de publieke omroep, had ik dat niet voor mogelijk gehouden.’
‘Ten tweede vind ik het heel erg omdat het ontzettend negatief afstraalt op alles wat de NPO doet. Dit is heel slecht voor de organisatie, en zeker voor het journalistieke deel van de omroep, want die is afhankelijk van betrouwbaarheid. Mensen konden er van uit gaan dat journalisten en programma’s betrouwbaar zijn, maar nu ligt er een schmutzige deken over de publieke omroep. En ten derde heeft dit de deur opengezet voor Wilders die wil dat de publieke omroep afgeschaft moet worden.’
Is het niet een beetje de schuld van de publieke omroep zelf, dat alles zo lang heeft kunnen aanhouden?
‘Absoluut. De organisatie waar dit soort fouten worden gemaakt is zelf verantwoordelijk. Een heel groot mea culpa aan alle betrokkenen is hier gepast. Ik mis ook nog steeds een groot publiek statement. De vreselijke situatie had voor mij nog wel duidelijker onderstreept mogen worden vanuit de omroepen en de NPO.’
Heb je jezelf weleens afgevraagd of jij ook fouten bent begaan?
‘Sinds dit balletje in 2022 is gaan rollen heb ik natuurlijk ook gesprekken gevoerd met redacteuren en de eindredacteur van College Tour over dit onderwerp. Maar op onze redactie weet ik dat het er nooit zo aan toe ging. Dus ik kan met de hand op mijn hart zeggen dat ik nooit naar mensen heb geschreeuwd. Nee, dat zit niet in mijn aard.’
‘Ik zie dat ook als een contraproductieve manier van werken. Als de redactie het leuk heeft met elkaar, maak je ook betere programma’s. Dat neemt niet weg dat je streng mag zijn als afspraken niet worden nagekomen, maar wel met respect.’
College Tour bestaat vijftien jaar. Je zit al lang in het vak. Is het geen tijd om ruimte te maken voor nieuwe mensen?
‘Soms vind ik wel dat er iets te makkelijk wordt gedaan over leeftijd. Je kan niet zomaar tegen iemand zeggen dat hun tijd er wel op zit. Ervaring en kennis zijn ook heel belangrijk voor het uitoefenen van je werk, en dat komt met de jaren. Televisie is toch een medium waar mensen het prettig vinden om zich aan een anchor vast te klampen, die het nieuws vertelt en duidt. Kijkers hebben vertrouwen in een programma en in een persoon. In Nederland is dat bijvoorbeeld iemand als Rob Trip van de NOS, en dat vind ik heel terecht.’
Dus je bent niet bang dat jonge mensen jouw baan gaan overnemen.
‘Nee, nee, helemaal niet. Ik ben zeker voor een wisseling van de wacht. Toen ik begon kon ik ook niet wachten tot die oude lullen opdonderden. Ik vind het wel steeds interessanter om jonge mensen op te leiden voor de journalistiek en een adviserende rol aan te nemen. College Tour is voor jonge redacteuren toch een soort springplank voor hun verdere loopbaan. Daar ben ik altijd wel trots op.’
‘Maar het korte antwoord is: ik heb er nog steeds heel veel lol in. Het liefst stop ik er pas mee als mijn tenen verticaal omhoog gaan staan.’