Vandaag zou iconische volkszanger Johnny Jordaan (née, Johannes Hendricus van Musscher) honderd jaar oud zijn geworden. Cultuurverslaggever Vita van Lennep wandelt met zijn kleindochter Angéla Winkel door de buurt die haar opa zo lief was, om herinneringen op te halen.
Angéla heeft haar opa maar een paar jaar gekend. ‘Kijk, voor iedereen het natuurlijk Johnny Jordaan de artiest, maar voor mij was hij vooral Johnny Jordaan de opa’, vertelt ze glimlachend. Ze is blij dat hij voortleeft via zijn muziek: ‘Als mensen hem op deze manier kunnen blijven herinneren, dan ben ik gelukkig’.
‘Meneer Jordaan’ werd geboren op 7 februari 1924 in de Laurierstraat in de Jordaan. Hij woonde er een groot deel van zijn leven, waarvan ook een paar jaar met zijn vrouw en dochter. Met nummers als ‘Een pikketanussie’, ‘Geef mij maar Amsterdam’ en ‘Bij ons in de Jordaan’ verwief hij snel populariteit als zanger van het levenslied. Hij trad regelmatig op met Willy Alberti en Tante Leen.
Op latere leeftijd kwam hij uit de kast, en scheidde hij van zijn vrouw. Veel Jordanezen die hem daarvoor op handen droegen, accepteerden zijn homoseksualiteit niet. Van Musscher vertrok naar Antwerpen en woonde een hele tijd in het buitenland. Hij kwam in de jaren 70 terug naar de stad, waar hij een appartement betrok in het Frederik Hendrikplantsoen. Johnny Jordaan overleed op 8 januari 1989.