Op verschillende manieren proberen Amsterdammers hulp te bieden aan de slachtoffers van de aardbeving in Turkije en Syrië. Niet alleen doneert de gemeente één euro per inwoner, ook zijn burgers zelf acties gestart om slachtoffers te helpen.
Zo besloot ook de vriendengroep van Bayram Demir een hulpactie te beginnen. Sommige vrienden stelden busjes en een vrachtwagen beschikbaar, anderen begonnen spullen te verzamelen. Zelf maakte Demir van zijn notenwinkel in de Jan Evertsenstraat een inzamelplaats. In een mum van tijd ging het bericht van de actie viraal op sociale media en werden er meer spullen gebracht dan de groep kon vervoeren.
Sinds 14 uur ’s middags staat Demir als een bewaker voor zijn notenwinkel mensen weg te sturen. ‘Er kunnen echt geen spullen meer bij. De vrachtwagen is helemaal vol.’ Verslagen worden mensen met bakfietsen vol met tassen teruggestuurd. Auto’s en taxi’s worden gevraagd om te keren en op zoek te gaan naar andere inleverpunten. Om de paar minuten gaat Demirs telefoon af. ‘Nee sorry mevrouw, we kunnen echt geen spullen meer aannemen.’ De mensen die lopend komen, laat hij nog wel binnen. ‘Ik kan het niet maken om mensen met die zware tassen weer terug te laten lopen.’
Alle nationaliteiten
Zo’n dertig mensen helpen ‘s avonds met het inladen van de busjes. ‘Ik denk dat we in totaal zo’n acht busjes hebben gevuld,’ vertelt Demir. Tussen het inpakken van de tassen en dozen door, vertelt Rasit – een vrijwilliger die wagens helpt vullen – dat de hulpactie veel met hem doet. ‘Ik vind het heel mooi om te zien. Het zijn niet alleen Turken die spullen komen brengen, maar mensen van alle nationaliteiten. Het is een actie die wordt gesteund door iedereen en niet alleen de Turkse gemeenschap.’
Terwijl een derde bus wordt gevuld, komen langzaam de muren van de notenwinkel weer in zicht. Zelfs tafels, stoelen en een bonenmachine komen tevoorschijn. De busjes raken steeds voller, de winkel wordt leger. Dinsdagavond laat vertrekken de wagens naar Arnhem, waar de tassen en dozen vervolgens uitgezocht en gesorteerd worden. Daarna worden de spullen ingeladen in een vrachtwagen die zal vertrekken naar Ankara. Van daaruit zullen de spullen naar het rampgebied worden gebracht. ‘We kunnen er niet bij zijn, maar zo kunnen we tenminste iets doen,’ zegt Rasit en hij gaat weer verder met inladen.