Boksscholen houden door de lockdown hun deuren gesloten, waardoor jongeren daar niet meer kunnen trainen. NAP Nieuws sprak boksinstructeur Marlon Wong A Soy over boksen tijdens de lockdown.
‘Jonge relschoppers zijn geen losers en ook niet kansloos,’ stelt boksinstructeur Marlon Wong-a-Soy. De avondklokrellen van eind januari keurt hij zeker niet goed, maar hij ziet wel dat het voor jongeren niet gemakkelijk is deze tijden. ‘Jongeren willen ook weer het normale leven dat ze voor deze pandemie hadden.’
De voordelen van het beoefenen van de vechtsport zijn volgens Wong A Soy talrijk. ‘Het is niet alleen goed voor je gezondheid, maar ook een enorme uitlaatklep.’ Juist daarom vindt hij het zonde dat het beoefenen van boksen door de coronacrisis minder toegankelijk is geworden voor jongeren. ‘Normaal trainen ze doordeweeks keihard in de boksschool, maar veel zijn niet gemotiveerd om in de kou te sporten.’
Wat ook meespeelt, is dat door de maatregelen alleen een-op-eentrainingen gegeven kunnen worden. Privélessen zijn duur, dus vooral jongeren zouden hierdoor minder trainen onder begeleiding. ‘Mits ze natuurlijk ouders hebben van rijke komaf.’
Volgens de boksinstructeur komt de onrust onder jongeren door het wegvallen van uitlaatkleppen. Binnen blijven is het devies en daardoor kunnen ze niet meer met elkaar afspreken en sporten. ‘Dan krijg je op een gegeven moment explosies.’
Meer boksfit
Wanneer Wong A Soy mensen wel buiten ziet trainen, valt het hem op dat veel ervan recreatief is. ‘Toen ik zelf net was begonnen met boksen was iedereen erg gefocust op wedstrijden trainen. Nu trainen mensen meer als hobby of om fit te blijven.’
Dit merkt hij ook wanneer hij wandelt in zijn buurt en fitnessinstructeurs boksfit lessen ziet geven. Deze instructeurs gebruiken stoot- en traptechnieken tegen kussens om hun klanten een workout te geven, en geven boksen niet als op zichzelf staande sport. Voor wedstrijdboksinstructeurs is dat ‘pijnlijk om te zien’. ‘Veel fitnessinstructeurs kennen de goede bokstechnieken niet, het gaat ze alleen om het moe maken.’
Marlon Wong A Soy Wong A Soy is op zijn achtste begonnen met kickboksen. Niet als uitlaatklep, maar om zich te kunnen verdedigen tegen pesterijen. ‘In mijn buurt waren ze niet zo gewend aan gekleurde mensen, dus ik werd vaak opgewacht door jongetjes die me uit wilden dagen.’ Zijn stiefvader stuurde hem naar een kickboksleraar. Inmiddels (kick)bokst hij al ruim veertig jaar, waarvan hij dertien jaar heeft lesgegeven aan studenten van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zijn twee dochters doen regelmatig mee met zijn trainingen. ‘Boksen hoort bij mijn leven en bij mijn gezin.’ In december kreeg Wong A Soy corona. Hij heeft drie dagen in het ziekenhuis gelegen. Wanneer hij verder is hersteld wilt hij snel weer aan de slag. |