Het nieuwe seizoen van de populaire misdaadserie Mocro Maffia is sinds vorige week te zien op Videoland. Maar is zo’n serie geen romantisering van criminaliteit, en kan die term eigenlijk nog wel?
‘Deze dramaserie vertelt een fictief verhaal en heeft geen relatie tot werkelijke gebeurtenissen. Elke overeenkomst berust volledig op toeval.’ Zo begint elke aflevering van het eerste seizoen van de populaire misdaadserie Mocro Maffia. Maar de serie, en vooral dat eerste seizoen, is gebaseerd op het gelijknamige boek van misdaadjournalisten Wouter Laumans en Marijn Schrijver. En dat boek is dan weer wél waargebeurd.
Dat de gebeurtenissen uit het boek gedramatiseerd zijn, waardoor feit en fictie soms door elkaar lijken te lopen, is volgens Laumans geen probleem. ‘Het gaat duidelijk om entertainment, om vermaak. Dat moet spannend blijven. Maar dat elke overeenkomst op toeval berust, is niet waar.’ Zo werd in 2016 een hoofd gevonden op de Amstelveenseweg en werd vorige zomer een martelkamer in Brabant ontdekt – allemaal dingen die terugkomen in de serie.
Cocaïnehandel
Mocro Maffia vertelt het verhaal van een nieuwe generatie zware criminelen in de cocaïnehandel – de generatie na Holleeder. Na de publicatie van het boek in 2014 werd ‘Mocro Maffia’ steeds vaker in de media gebruikt als term om die groep criminelen aan te duiden. Inmiddels heeft het een beladen connotatie: veel misdaadverslaggevers gebruiken het expres niet meer omdat het feitelijk onjuist zou zijn.
Zo ook Laumans zelf, bedenker van de term. ‘Mijn boek gaat over jonge Marokkaanse Nederlanders uit Bos en Lommer, die helemaal wild zijn van de Italiaanse maffiaserie Gomorra. Al die jongens gaan zelf ook het criminele milieu in. Zo ben ik op ‘Mocro Maffia’ gekomen.’ Hij vindt het nog steeds een goede naam voor een boek – ‘Het bekt lekker, en als ik een boek schrijf wil ik verkopen’ – maar gebruikt het niet in zijn journalistieke berichtgeving. ‘Het zijn niet alleen Marokkanen, eerder een mengelmoes van achtergronden. Cocaïnemaffia is feitelijk correcter.’
Een tiener denkt niet: nu ga ik in Audi’s rijden en mensen liquideren
De serie gaat voornamelijk over ‘spannende elementen’ van de criminaliteit, zegt Laumans. Maar die ‘romantisering’ is volgens hem niet kwalijk. ‘Films en series romantiseren alles – dat is inherent aan het medium. Series over journalistiek en advocatuur laten ook alleen de spectaculaire delen zien.’ Nu zijn dat nog legale beroepen, waarbij de wet doorgaans niet wordt overtreden. ‘Maar ik denk niet dat Mocro Maffia een aanzuigende werking op jongeren heeft. Alsof een tiener na het zien ervan denkt: nu ga ik in Audi’s rijden en mensen liquideren. Nee hoor, daar komen allerlei maatschappelijke factoren bij kijken.’
Diepere laag
Bovendien, zegt Marijke Drogt, criminoloog en docent aan de Hogeschool van Leiden: ‘Zo gezellig is die serie niet. Er gaan een heleboel dood. Het gaat niet alleen om de stoere poppetjes, maar ook om de consequenties.’
Dat vindt ook Yelle Tieleman, misdaadverslaggever van het AD. ‘Mocro Maffia laat ook zien hoe bepaalde acties een gezin kunnen verscheuren. Als maatschappelijke fenomenen omgezet worden in fictie, moet die diepere laag er wel inzitten. Dat maakt de romantisering her en der minder erg. Die laag zou van mij overigens nog wel wat sterker mogen – hoe komt een gezin überhaupt in zo’n situatie terecht?’
Geen echte maffia
De term vindt Drogt daarentegen wél problematisch. Niet alleen vanwege de koppeling van etniciteit aan criminaliteit, maar ook omdat er helemaal geen sprake zou zijn van een ‘maffiacultuur’. ‘Dat is echt een filmisch idee, dat doet het goed op televisie maar strookt niet met de realiteit van deze groep. Er is wel sprake van hybride netwerken, maar er is geen topleider en verregaande loyaliteit zoals bij echte maffioso. Sterker nog: de ene dag is iemand je vriend, de andere dag knalt ie je overhoop.’
De kritiek op de term is dus tweeledig – het zijn niet alleen Marokkanen, en het zou geen echte maffia zijn. Met dat laatste is Laumans het oneens. ‘Er zijn familiebanden, corrupte contacten en gigantische geldstromen naar het buitenland. Dat is allemaal kenmerkend voor de moderne maffia.’
Hoewel hij toegeeft dat het ‘Mocro’-deel van de term niet correct is, gaat het hem een brug te ver om het ‘stigmatiserend’ te noemen. ‘Ik voel me toch ook niet aangesproken als het over de poldermaffia gaat, of over de Hollandse netwerken (termen waarmee het criminele netwerk van Holleeder werd aangeduid, red.)? Maar ik erken dat ik een 46-jarige witte man ben – ik weet niet hoe het is om gestigmatiseerd te worden. Daarom gebruik ik de term niet meer in mijn stukken.’
Een woordvoerder van de serie laat in een reactie weten dat het boek als vertrekpunt van de serie is genomen. Daarom is dezelfde term als titel gehanteerd. Ook zegt de woordvoerder dat de makers zich laten inspireren door actuele gebeurtenissen, maar dat de serie en personages fictief zijn.