Pakketbezorging: ‘Al dat karton is zorgwekkend’

In de Amsterdamse straten rijden bestelbusjes af en aan met pakketten en stapelen de kartonnen verpakkingen zich op naast de volle afvalcontainers. ‘We hoeven ons niet te schamen voor pakketbezorging, maar een hoop van die verpakkingen is totaal onzinnig.’

Sinds het uitbreken van de coronacrisis is het aantal internetverkopen sterk gestegen, zo becijferde het Centraal Bureau voor de Statistiek. Op een gemiddelde dag worden in Amsterdam tussen de tachtigduizend en de honderdduizend pakketjes bezorgd aan consumenten, zegt Walther Ploos van Amstel. Hij is lector City Logistics aan de Hogeschool van Amsterdam. Om veel pakketten zit een extra doos, omdat de originele verpakking is gemaakt voor in de winkel, niet voor de online verkoop. ‘Al dat karton is zorgwekkend. Ook al is de verpakking recyclebaar, hij is alsnog niet energieneutraal.’

‘Het is natuurlijk bizar dat er een hele doos wordt gemaakt, vaak ook nog bedrukt, eenmalig wordt gebruikt en vervolgens in de container van de consument belandt’, vindt ook Margreeth Pape van Thuiswinkel. De organisatie vertegenwoordigt ongeveer 75 procent van de e-commercebranche. Samen met een grote Nederlandse producent starten ze binnenkort met een pilot om verpakkingen te maken die geschikt zijn voor fysieke winkels én die de logistieke reis van het magazijn naar de voordeur van de consument overleven. Wie die producent is, mag Pape nog niet zeggen.

Minder mobiliteit
Een andere manier om pakketbezorging te verduurzamen, is door de hoeveelheid lucht in pakketten te verminderen. Uit onderzoek van Thuiswinkel in 2018 bleek dat in de dozen gemiddeld 50 procent lucht zit. Als die hoeveelheid lucht wordt teruggebracht, kunnen bestelbusjes meer pakketjes in één keer meenemen en hoeven ze minder kilometers te rijden. Nu de druk op de bezorgdiensten door het stijgende aantal internetverkopen toeneemt, is de noodzaak tot efficiënt verpakken en bezorgen nog groter geworden.

Ploos van Amstel berekende dat er tussen de vijf- en zeshonderd bestelbusjes met pakketjes in Amsterdam rondrijden. Dat is minder dan 2 procent van de voertuigbewegingen in de stad. ‘Qua duurzaamheid hoeven we ons niet te schamen voor pakketbezorging’, zegt hij. ‘Veel verpakkingen zijn totaal onzinnig, maar pakketbezorging levert wel minder mobiliteit op in de straten.’ Als de pakketbezorger bij 24 woningen in één straat een pakket bezorgt, dan zijn er 24 personenauto’s niet naar het centrum gereden om te winkelen. 

Retour
Meerdere maten van één kledingstuk bestellen en vervolgens een aantal retourneren heeft een milieuonvriendelijk imago. Maar, stellen zowel Ploos van Amstel als Pape, in principe is retourneren niet zó slecht. De bezorger rijdt toch langs het pakketpunt en keert aan het eind van de dag weer terug naar het distributiecentrum. Of hij nou met of zonder retour terugrijdt, dat maakt niet uit. Hij rijdt toch. 

Wat wél uitmaakt, zijn al die extra autoritten van de consument naar het pakketpunt om de retouren af te leveren. Als de kleding zo verkreukeld is dat er opnieuw gestreken moet worden of door schade helemaal niet meer verkocht kan worden, heeft dat toch impact op het milieu.

Typisch Amsterdams
De Amsterdamse wethouder Laurens Ivens (Reiniging, SP) wond zich al vaker op over het afval en troep op straat. Het is een van de grootste ergernissen van Amsterdammers, schreef hij afgelopen november aan de gemeenteraad. Het is een probleem waar de e-commercebranche ook steeds vaker tegenaan loopt: de consument moet al die verpakkingen ergens laten. 

Uit de meest recente cijfers uit de Afvalmonitor van de Rijksoverheid blijkt dat slechts 16 procent van het huishoudelijk afval in de stad bij de bron wordt gescheiden. ‘Ons gedrag is dramatisch’, verzucht Ploos van Amstel. En nog zo’n typische Amsterdamse kwaal: Amsterdammers zijn massaal niet thuis als de pakketbezorger langs komt.