Stichting Abortuskliniek Amsterdam (SAA) heeft afgelopen jaar een significante daling geregistreerd in het aantal abortusbehandelingen. Dat laat SAA weten aan NAP Nieuws.
SAA registreert een daling van 5,2 procent ten opzichte van 2019. Afgelopen jaar ondergingen zo’n zevenduizend vrouwen een behandeling bij de SAA, die bestaat uit de twee klinieken Abortuskliniek Amsterdam, aan de Sarphatistraat, en de Beahuis & Bloemenhovekliniek in Heemstede.
‘Met name de groep buitenlanders is kleiner geworden. Dat zien we heel duidelijk in Heemstede’, vertelt SAA-directrice Femke van Straaten. De locatie in Heemstede is een van de twee klinieken in Nederland die een relatief late abortus kan uitvoeren, tussen 18 en 22 weken zwangerschap. Vrouwen uit onder andere Frankrijk, Duitsland en Polen komen vaak speciaal daarvoor naar deze Nederlandse klinieken.
De afname bij SAA strookt met het landelijk beeld. Monique Opheij, voorzitter van het Nederlandse Genootschap van Abortusartsen (NGvA), krijgt ook van andere klinieken signalen dat het aantal behandelingen gedaald lijkt te zijn, al benadrukt ze dat de jaarcijfers van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd pas volledige duidelijkheid zullen geven. De meest recente cijfers komen uit 2018: toen waren er 31.002 zwangerschapsafbrekingen, bestaande uit abortussen en overtijdbehandelingen, waarvan 11 procent bij buitenlandse vrouwen.
Oorzaken voor de afname kunnen de instanties nog niet aanwijzen. De verschillende wetgevingen en coronamaatregelen in ieder land zouden een drempel kunnen opwerpen voor vrouwen die een behandeling in Nederland willen ondergaan. Zo ontstond in november een piek in het aantal Poolse vrouwen dat naar Nederland kwam, nadat de abortuswetgeving in eigen land werd aangescherpt. Dat bevestigt belangenorganisatie Abortion Network Amsterdam (ANA), dat buitenlandse vrouwen helpt om een behandeling in Nederland te regelen.
Vrouwen met een abortuswens kunnen in coronatijd dezelfde zorg als normaal krijgen, stipte de NGvA vorige maand mede namens alle abortusklinieken in Nederland aan in een persbericht. Opheij: ‘Een deel van de medische zorg is helaas afgeschaald, maar de noodzakelijke abortusverlening gelukkig niet. Wij werken keihard door. Als mensen denken dat ze bij ons ook niet meer terecht kunnen, wil ik zeggen: wij zijn wel gewoon open.’