AMSTERDAM – Het Amsterdamse straatbeeld vergrijst de komende jaren sterk. Die stijging vraagt niet alleen om structurele veranderingen in de zorg, maar ook in het woningaanbod. In het tweeluik ‘Ouder Amsterdam’ onderzoekt NAP Nieuws hoe Amsterdam zich voorbereidt op die vergrijzing. In dit tweede deel: wat kan Amsterdam leren van de plannen voor een ‘slimme wijk’ in Eindhoven?
Amsterdam vergrijst: over tien jaar stijgt het aantal 65-plussers in de stad van honderdduizend naar 145.000. Veel woningen in de stad – vooral in het oude centrum – zijn verouderd en daardoor vaak ongeschikt voor ouderen om zelfstandig in te blijven wonen (bijvoorbeeld door te krappe gangen, steile trappen en weinig mogelijkheden om te verbouwen). Daarom moet de gemeente nadenken over nieuwe woonvormen voor ouderen. En waar beter inspiratie opdoen dan in dé ‘slimme stad’ van Nederland?
Alarmen
De TU Eindhoven gaat in samenwerking met zorginstelling Oktober en woningcorporatie Wooninc. vanaf 2021 experimenteren met een zogenaamde ‘slimme wijk’. In het dorpje Aalst-Waalre worden vier grote complexen gebouwd waar dementerende en zelfstandige ouderen gehuisvest kunnen worden. Dit ‘miniwijkje’ wordt gebouwd op de plek waar nu nog het ‘ouderwetse’ verpleeghuis ‘t Laar huist.
De technologieën worden toegepast in en rondom het nieuwe gebouw, om de leefbaarheid van ouderen te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan alarmen die afgaan als een oudere een drukke weg probeert over te steken, of lantaarnpalen die signalen afgegeven aan verpleegkundigen of familieleden als een oudere hulp nodig heeft. Maar er bestaan ook plannen voor ‘digitale hekken’ of een pil die op de muur verschijnt als het tijd is voor medicijnen.
Professor Massi Mohamadi, gespecialiseerd in Smart Architectural Technologies, speelt een grote rol in het project. ‘Wij willen ouderen hun wijk teruggeven’, vertelt ze. ‘Veel dementerende ouderen of ouderen die slecht ter been zijn, durven steeds minder vaak naar buiten, of raken verdwaald als zij de straat opgaan. De ‘slimme wijk’ kan hen helpen door bijvoorbeeld pijlen te projecteren op straat, waardoor het voor hen makkelijker wordt om de weg naar huis te vinden.’
De grote uitdaging schuilt niet per se in de technologie, aldus Mohamadi. ‘De technologie binnenshuis is er eigenlijk al, de ideeën die we voor de straat hebben moeten we gaan toetsen. Het wordt sowieso één groot experiment, dat in 2021 echt losbarst.’
Vriendelijke structuur
Deze ‘slimme wijk’ is een van de eerste concrete plannen om om te gaan met de toekomst van een steeds grijzer wordend straatbeeld. Henk Nies, hoogleraar Organisatie en Beleid van Zorg aan de Vrije Universiteit, vertelt hoe de hele structuur van steden zich zal moeten aanpassen om vriendelijker te worden voor ouderen. ‘Net zoals je een stad geschikt moet maken voor mensen met een beperking, moet je ook nadenken over hoe je de straten en het openbaar vervoer geschikter kunt maken voor ouderen. Maar ook trappenhuizen moeten worden aangepast en stoplichten zullen langer op groen moeten gaan staan. Alleen zo houd je samenleving voor iedereen toegankelijk.’
Ook in Amsterdam?
Of de ‘slimme wijk’ binnen enkele jaren ook in Amsterdam geïmplementeerd kan worden? ‘Ik zie niet in waarom niet’, antwoordt Nies. ‘Uiteindelijk is er ook een nieuwe metrolijn – de Noord-Zuidlijn (red.) – in Amsterdam gekomen, dus de stad moet zo’n grote transitie best aankunnen.’ Volgens hem is het belangrijk dat er wordt nagedacht over een gedeeld plan, waar wijken onderling weer de vrijheid hebben om deze zelf in te vullen. Nies benadrukt dat het wel een project van de lange adem wordt: ‘Ik maak wel eens de vergelijking met de energietransitie. Als je toch de grond in moet om kabels te vervangen, of van gas naar stroom over te stappen, kun je dit ook gelijk meepakken.’
Mohamadi ziet het wel voor zich: ‘De slimme wijk is nu natuurlijk vooral een ‘miniwijkje’ dat als een soort laboratorium fungeert. Uiteindelijk is het wel mijn ambitie om dit landelijk uit te bouwen. Het ideaalbeeld is dan wel dat zo’n slimme wijk uiteindelijk gemengd wordt, dus niet alleen wordt toegespitst op ouderen. We kunnen en willen natuurlijk geen enclaves maken in een samenleving.’