AMSTERDAM – In de rubriek Verloren Amsterdam zoomen we dagelijks in op stukjes Amsterdam die dreigen te verdwijnen of inmiddels tot de historie behoren. Vandaag: de Hobby Computer Club van de regio Amsterdam.
Een paar vrijwilligers zijn druk in de weer met kabels, laptops en een projector. Ze hebben geen hulp nodig: ‘We hebben helemaal onze routine,’ zegt een van hen. De mannen, allemaal gepensioneerd, komen maandelijks bij elkaar voor de Hobby Computer Club (HCC). Zij zijn al jaren lid, Theo het langste, ‘al veertig jaar,’ bijna vanaf het begin in 1977.
Computers zijn niet bijzonder
De vrijwilligers bereiden een bijeenkomst van de Amsterdamse afdeling van de HCC voor. Dat doen ze in Amstelveen, in ontmoetingscentrum de Meent, omdat de leden uit de hele omgeving komen. In de regio Amsterdam zijn het er vierduizend, die net als de vrijwilligers overwegend gepensioneerd en man zijn.
Op deze dinsdagmiddag zijn er ongeveer vijftien mensen, waaronder drie vrouwen, naar de lezing van IT-consultant Maarten gekomen. ‘De computer is een gebruiksvoorwerp geworden,’ zegt Van Dommelen. ‘Je hoeft ook geen motortechnicus te zijn om een koffiezetapparaat te gebruiken,’ en geen programmeur om te computeren. Toen de HCC werd opgericht in 1977 moest dat nog wel. De eerste leden werkten vaak met computers, en raakten zo geïnteresseerd. De landelijke HCC beleefde zijn hoogtepunt rond 2005, met 200.000 leden. Inmiddels is daar nog een kwart van over.
Vondelingen en landlopers
Een van die overgebleven leden is Frits van Leeuwen (71). Trots laat hij zijn ledenpas zien, hij was één van de eerste negenhonderd leden van HCC. Hij werkte bij Hewlett-Packard en hielp bij het programmeren van chips. Nu is hij met pensioen, maar laat hij de computers niet los. ‘Ken je de Raspberry Pi?’ Zijn ogen lichten op. Het is klein uitgekleed computertje dat in je hand past. Van Leeuwen wil de lampen in zijn huis erop aansluiten, zodat hij die automatisch en van afstand aan en uit kan doen. ‘Daar kan je een pakket voor bij de GAMMA halen,’ maar Van Leeuwen is niet voor niks een hobbyist.
Op de bijeenkomst vandaag luisteren de leden vooral naar de presentatie van Maarten, met spannende verhalen over zijn werk als Windows-beheerder. Over mislukte backups, per ongeluk verwijderde essentiële code en malware. ‘Computer-entertainment,’ noemt coördinator Van Dommelen het doel van deze maandelijkse middagen. Op woensdagen komen de Raspberry Pi knutselaars bij elkaar, net als de Apple-fanatici en de 3D-printers.
Maar het grootste enthousiasme is bij de genealogiegroep. De leden praten over verschillende softwarepaketten voor stamboomonderzoek en welke online archieven de beste en meeste informatie opleveren over hun voorgeslacht. Ook op deze dinsdag vertellen zij smakelijk over de vondelingen en landlopers die ze tussen hun voorouders vonden. Van Leeuwen houdt er zelfs een website over bij.
Digitaal nalatenschap
De clubleden praten en leren graag over hun hobby, maar ook het sociale aspect is belangrijk. Coördinator Van Dommelen heeft veel steun gehad aan de club toen hij kanker kreeg. ‘Het is afleiding,’ zegt hij erover. Een andere vaste bezoeker zorgde jarenlang voor zijn zieke vrouw. Daardoor kon hij niet naar de bijeenkomsten van HCC komen. ‘Ze was dement, het was te gevaarlijk om haar alleen thuis te laten,’ zegt hij. Een half jaar geleden overleed zij: ‘Nu kom ik weer onder de mensen.’
Uiteindelijk praten de mannen toch liever over computers. Zo ontdekte de man dat de DigiD van zijn vrouw meteen na haar overlijden niet meer werkte. Een goed bruggetje voor Van Dommelen, die het thema van een bijeenkomst later in het jaar alvast benoemt. Die gaat over digitaal nalatenschap. Want je DigiD verdwijnt, maar andere social media accounts blijven gewoon bestaan. Een extra belangrijk thema voor de grijze leden van de HCC.
De club zelf werkt actief aan hun eigen nalatenschap. Na elke bijeenkomst schrijft vrijwilliger Rob een samenvatting voor hun eigen website. De bijeenkomsten van de Hobby Computer Club gaan voorlopig nog door. Maar zelfs als het krimpende en vergrijzende ledenbestand niet groot genoeg meer is, is de club op internet nog altijd te vinden.