AMSTERDAM – De discussie over de staat van de universiteit is haast zo oud als het instituut zelf. Toch lijkt het debat de laatste jaren behoorlijk geëscaleerd. NAP Nieuws sprak met emeritus hoogleraar Floris Cohen, die in zijn boek ‘De ideale universiteit’ een grondige hervorming uiteenzet.
Je moet van goeden huize komen, wil je de afgelopen jaren nooit iets hebben gelezen over problemen aan de universiteit. Of het nu gaat om internationalisering, ‘genadezesjes’ of academici die klagen over hun onderwijstaak: aan problemen geen gebrek, maar concrete oplossingen bleven vaak achterwege.
Maar nu is er toch dat boek over de ‘ideale universiteit’. Het idee is simpel: wetenschapshistoricus Floris Cohen (73) – eerder werkzaam als hoogleraar in Twente en Utrecht – veegt in zijn boek het hele speelveld leeg, en richt een grotendeels nieuwe universiteit in. Zijn belangrijkste speerpunten: beleidsvoorbereiding van onderop, partijen als DUO en NWO inperken of afschaffen, en vooral een einde aan de uitwerking van het marktdenken, zeker nu universiteiten budgetten krijgen op basis van het aantal studenten en afgestudeerden. ‘Ik weet dat mensen bij voorbaat zullen zeggen: die ouwe zeur wil zeker terug naar de universiteit uit zijn studententijd. Nou, spaar me; ik wil vooruit, maar niet zoals het nu gaat!’
Cohen denkt immers al tientallen jaren na over deze thematiek, vertelt hij aan de eettafel in zijn woning in Amsterdam-Zuid. Tussen 1984 en 1991 schreef hij meer dan honderd columns over onderwijs en wetenschap in Trouw, waarin hij meer dan eens zijn zorgen uitte over de ingezette koers van de universiteiten. ‘Ik zat in de zaal toen de rector magnificus van de Universiteit Twente het begrip ‘de ondernemende universiteit’ introduceerde. Toen had ik al een voorgevoel dat dit qua commercialisering en marktdenken weleens uit de hand zou kunnen gaan lopen.’
U pleit in uw boek dan ook voor een terugkeer van meer autonomie voor onderwijsgevers- en nemers.
‘Daarbij gaat het in de eerste plaats over docenten, maar ook promovendi en studenten moeten zich beter thuis kunnen voelen op de universiteit. Op die ideale universiteit moeten ze dan ook recht hebben op de onverdeelde aandacht van de docent. Als docenten op een gegeven moment moeten kiezen tussen onderzoek en studenten, zouden ze slechts een nanoseconde na hoeven denken: mijn studenten gaan voor! Universiteiten zijn er in de eerste plaats voor het doorgeven van kennis aan de jonge generatie. Dat zeg ik niet om ze naar de mond te praten, maar eenvoudigweg omdat dat de kerntaak is. Die balans tussen onderzoek en onderwijs is nu behoorlijk zoekgeraakt.’
Waar moet volgens u de focus dan op komen te liggen?
‘Wat voor mij het hart van mijn ‘verbouwingsvoorstel’ vormt, is academische vorming voor alle studenten, waarbij het debat een belangrijke rol inneemt met het oog op de latere samenleving. Dus bijvoorbeeld: hoe studenten leren zorgvuldig te lezen en debatteren, niet op de persoon maar op basis van feiten. Ik hecht daar zo aan omdat dit debat de laatste tijd sterk onder druk staat, en tal van wel degelijk slimme studenten weerloos blijken te staan jegens pseudo-feiten en andere verzinsels waar sommige politici in grossieren. In die academische vorming en in mijn idee van de universiteit als waardengemeenschap schuilt voor mij de kern van het boek.’
Een ander belangrijk speerpunt in uw boek is de voertaal, die weer Nederlands moet zijn. De Universiteit Twente – waar u zelf werkte – is een andere weg ingeslagen door volledig Engelstalig te worden.
‘Pardon me? What university are you talking about? Ik ben er al behoorlijk lang weg maar geneer me toch. Er is geen land ter wereld dat zo klaar staat om zijn eigen taal weg te flikkeren. Bovendien: hoe moeilijk is Nederlands nu voor pientere buitenlanders? Als je Italiaans kunt leren – dat moet ook als je daar gaat studeren – moet dat met Nederlands toch ook kunnen? Ik heb niets tegen internationalisering, maar dan wel op dezelfde basis waarop de door ons omringende landen dat ook doen. Zoals het nu meer en meer gaat, doen we onze eigen studenten zwaar te kort, al schijnen ze dat niet allemaal te beseffen.’
De hele structuur moet op de schop, als ik u zo hoor.
‘Uiteindelijk komen we steeds weer terug bij de financiële prikkels. Zolang universiteiten hun geld van de minister krijgen per aantallen afstudeerders en promoties, is geen grondige hervorming mogelijk. Die ideale universiteit, die van mij of die van een ander, staat of valt uiteindelijk met een ander financieringssysteem. Die bedrijfseconomische inslag moet eruit, anders kan er nooit iets veranderen. Op het moment dat die weg zijn, krijg je een leeg speelveld en kun je écht gaan het verbouwen gaan.’
In De Rode Hoed gaat Floris Cohen donderdagavond in gesprek over ‘De Ideale Universiteit’ met onder meer wetenschapper Rosanne Hertzberger, LSvB-voorzitter Alex Tess Rutten en universiteitshoogleraar Alexander Rinnooy Kan. Een vlugschrift van het boek is gratis beschikbaar.