Foto: © Jelmer de Haas.
AMSTERDAM – Op 28 januari publiceerde Jan Brokken (70) zijn 32e boek ‘Stedevaart’. In het boek maakt de lezer door de ogen van 22 persoonlijkheden een reis langs 22 steden, waaronder Amsterdam, de stad waar Brokken 44 jaar woonachtig is.
‘Hoe houd je het uit in een stad waar het altijd regent en waar het zo’n ontzettend lawaai is?’ Dat vraagt de Oostenrijkse componist en dirigent Gustav Mahler aan de Nederlandse componist Alphons Diepenbrock. Het jaar is 1909 en Mahler neemt na de première van de Zevende symfonie in Nederland de exprestrein terug naar zijn geboortestad Wenen. Ondanks die bijna fysieke afkeer van Amsterdam zou de stad de geschiedenis ingaan als Mahlers tweede muzikale thuisoord.
Het is de haat-liefdeverhouding die Jan Brokken aanspoort om zijn eerste hoofdstuk uit het boek ‘Stedevaart’ aan Gustav Mahler te wijden. ‘Lange tijd dacht ik dat als Mahler Amsterdam als zijn tweede thuis aanmerkt, hij het wel een fantastisch mooie stad moet hebben gevonden. Dat was helemaal niet zo. Hij vond het een ellendige stad. Maar in Amsterdam vond Mahler een publiek, waardering en een klankbord. De stad was nieuwsgierig naar deze Mahler met zijn nieuwe muziek.’
In zijn nieuwe verhalenbundel ‘Stedevaart’ gaat de 70-jarige Brokken aan hand van 22 persoonlijkheden – beeldende kunstenaars, schrijvers, componisten, architecten, politici, geleerden of een boekbinder– langs 22 steden. De reis begint in Amsterdam en eindigt in Arcachon, Frankrijk. Dat is niet zonder reden. Amsterdam is de stad waar de schrijver het grootste gedeelte van het jaar woont. In Arcachon brengt Brokken de zomer door. De andere steden – die hij door de jaren heen allemaal zelf heeft bezocht – zijn op basis van intuïtie gekozen.
‘Ik voel direct bij een stad: hier voel ik me thuis. Maar dat thuisgevoel is nog geen voorwaarde voor een verhaal. Er moet ook een aanknopingspunt zijn.’ Dat aanknopingspunt zit hem in de persoon in kwestie, die in elk hoofdstuk een hoofdrol vertolkt. Het personage moet een element hebben wat Brokken bevalt of niet begrijpt. Bij Mahler was dat zijn bijzondere relatie met Amsterdam.
De 22 personen en 22 steden uit het boek ‘Stedevaart’ De stad van Gustav Mahler (Amsterdam), Giorgio Morandi (Bologna), Paolo Olbi (Venetië), Mikalojus Konstantinas Čiurlionis (Vilnius), Meindert Hobbema (Middelharnis), Kitarō Nishida (Kyoto), Eva Mameli Calvino (Cagliari), Santiago Calatrava (Valencia), Félix Houphouët-Boigny (Yamoussoukro), Günter Grass (Berlijn), Joseph Beuys (Düsseldorf), Gaetano Donizetti (Bergamo), Jean-Marie Le Clézio (Port Louis), Tip Marugg (Otrobanda), Jan Brokken (Marie Pompoen), Frank Gehry (Bilbao), Pēteris Vasks (Aizpute), Ainars Roze (Riga), Iosif Raiskin & Dmitri Sjostakovitsj (Sint-Petersburg), Brokkens schoonmoeder (Bordeaux), Erik Satie (Parijs) en Chouchou Debussy (Arcachon). |
In tegenstelling tot Mahler houdt Brokken wél van de stad Amsterdam. De 70-jarige schrijver groeit op op het platteland in een dorp genaamd Rhoon. Hij doorloopt de middelbare school in Rotterdam, studeert aan de School voor de Journalistiek in Utrecht en aan het Institut d’Etudes Politiques van de universiteit van Bordeaux, Frankrijk. Op 1 december 1972 komt hij als journalist bij Trouw in Amsterdam te werken. Brokken valt voor de charmes van de stad en voelt zich gelijk thuis. ‘Neem bijvoorbeeld alleen al de grachten en de weerspiegeling van de gevels in het water.’ Vier jaar later stapt Brokken over naar weekblad Haagse Post. In datzelfde jaar komt Brokken in Amsterdam aan de Brouwersgracht te wonen en daar woont hij nu nog steeds. ‘Ik heb met Amsterdam een speciale binding. Daarom wilde ik er graag een keer over schrijven.’
Was het een uitdaging om over je ‘eigen’ stad te schrijven?
‘Het grote voordeel van reizen is dat je met een nieuwe blik naar een stad kijkt. Je ziet wat er bijzonder en speciaal aan is. Als je ergens 44 jaar woont, zie je niet meer het opmerkelijke van een stad. Hierdoor was het stuk lastiger om over Amsterdam te schrijven.’
Je bent opgegroeid op het platteland, maar in ‘Stedevaart’ ga je alleen langs steden. Waarom heb je niet over het landelijk gebied buiten de stad geschreven?
‘In de stad gebeuren steeds nieuwe dingen. Een stad blijft altijd in ontwikkeling en in beweging. Het platteland heeft, zelfs als het verandert, een soort heimwee naar zoals het vroeger was. Natuurlijk zijn er steden geweest die een periode van neergang hebben gehad. Maar het principe van een stad is toch dat het mensen aantrekt met ideeën. Ideeën die zich in een stad kunnen ontwikkelen. Het platteland is conservatief. Een stad is progressief en op zoek naar het nieuwe.’
Dat zoeken naar het nieuwe, is ook kenmerkend voor Brokken zelf. ‘Ik ga steeds weer ergens heen en wil steeds weer nieuwe dingen. Ik ben een rusteloze reiziger.’
Het boek ‘Stedevaart’ is verkrijgbaar bij diverse boekhandels en webwinkels.