AMSTERDAM – Op 27 januari is het 75 jaar geleden dat Auschwitz werd bevrijd door de geallieerden. In een serie van vijf verhalen onderzoekt NAP Nieuws hoe Amsterdam omgaat met de herinnering aan de Holocaust. Vandaag de tweede aflevering: een interview met Johannes Houwink ten Cate (64), professor bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD).
‘Nooit meer Auschwitz’. Met die drie woorden beëindigde HvA-studente Lisa Blanken haar toespraak tijdens de Nationale Holocaust Herdenking in het Wertheimpark, waar het spiegelmonument van Jan Wolkers staat met dezelfde drie woorden erop. Woorden die niet alleen een oordeel vellen over de zwartste bladzijde uit onze geschiedenis, maar ook woorden die ons waarschuwen voor de toekomst. Johannes Houwink ten Cate legt uit waarom Auschwitz centraal is komen te staan in de herdenking van de Holocaust.
Auschwitz was een van de acht vernietigingskampen in de Tweede Wereldoorlog. Waarom staat Auschwitz centraal in de herdenking?
‘Onze herinnering beperkt zich tot de zaken die we kunnen zien. Van andere concentratiekampen zoals Treblinka, Belzec en Sobibor is nagenoeg niets over. Die zijn door de Duitsers nog voor het eind van de oorlog met de grond gelijk gemaakt. In Treblinka liggen een paar gedenkstenen en in Belzec staat een klein museum. In Auschwitz, daarentegen, zie je barakken, een gaskamer en een crematorium en krijg je een indruk van de verschrikkelijke omstandigheden waarin mensen hebben moeten leven. Auschwitz symboliseert het absolute kwaad en geeft het een gezicht.’
Waarom hebben de Duitsers Auschwitz niet voor het eind van de oorlog vernietigd?
‘De vernietigingskampen werden gebouwd in de buurt van grote Joodse gemeenschappen. Zo werd Treblinka gebouwd in de buurt van Warschau, waar ongeveer de helft van de bevolking Joods was. Wanneer alle Joden uit de omgeving waren vermoord, hadden de Duitsers het kamp niet meer nodig en vernietigden ze het. Ze wilden niet alleen alle Joden uitroeien, maar wilden ook de sporen van de vernietiging uitwissen.
In Auschwitz werden in het laatste oorlogsjaar veel Hongaarse Joden vermoord. Hongarije weigerde de Joden aan het begin van de oorlog uit te zetten. In de zomer van 1944 bezetten de Duitsers Hongarije, waarna ze zijn begonnen met het vermoorden van de ruim 500.000 Hongaarse Joden in Auschwitz. Omdat de Duitsers eerst alle Hongaarse Joden wilden vermoorden, zijn ze te laat begonnen met de vernietiging van het kamp.’
We herdenken Auschwitz nu 75 jaar na de bevrijding. Is dat een lange periode van herdenken, als we kijken naar de rest van de geschiedenis?
‘Historisch gezien is het vrij uitzonderlijk dat we een volkerenmoord herdenken. Er zijn ontzettend veel volkerenmoorden, die we zijn vergeten. Dat komt doordat de overwinnaars vrijwel altijd de geschiedenis schrijven. Het meeste wat we van de Inca’s en Azteken weten, komt voort uit Spaanse propaganda. Daarom staat er in Kuifje en de Zonnetempel dat de Inca’s en Azteken hun eigen kinderen verbranden.
De eerste keer dat we opzettelijk iets zijn gaan vergeten was de Atheense burgeroorlog van 500 voor Christus en de laatste keer is het verdrag van Lausanne in 1923 toen verschillende grootmachten, waaronder de Turken, afspraken om de moord op de Armeniërs uit 1915 te verzwijgen. Herinneren en herdenken is echt iets van onze tijd en we doen het nu eigenlijk al uitzonderlijk lang.’
Waarom herdenken we de Holocaust wel, in tegenstelling tot andere volkerenmoorden?
‘Dat komt doordat de Duitsers na de Tweede Wereldoorlog hebben toegegeven dat ze volkerenmoord hebben gepleegd. Toegeven gebeurt alleen als een land een oorlog totaal verloren heeft, het hele bewind in diskrediet is geraakt en de hele elite zelfmoord pleegt. Daarnaast is die herdenking van de Holocaust belangrijk voor de Europese eenwording. Het is wat ons verbindt met Grieken, Polen en Tsjechen. Voor de rest is de Europese geschiedenis, een geschiedenis van broederoorlogen. Het herdenken van de Holocaust heeft dus voor ons in het heden een functie en zolang herdenken een functie heeft, zullen wij het in stand houden.’