AMSTERDAM – Binnen een paar seconden bepalen of de verdachte geweest is op de locatie van de moord. De computer, en onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam, moeten de Politie hierbij helpen.
Iemand is vermoord op de Warmoesstraat te Amsterdam. Een man wordt aangehouden. Hij is hoofdverdachte nummer één en zegt nooit aanwezig te zijn geweest op plaats delict. Zijn mobieltje en laptop worden in beslag genomen. Tienduizenden foto’s en berichten worden er afgehaald. De bestanden worden in een programma gegooid en binnen een paar minuten komen de resultaten eruit. Wat blijkt: nog geen 20 uur geleden was de verdachte in de Warmoesstraat.
Paar seconde
In misdaadfilms worden daders vaak zo gepakt, maar in de praktijk werkt het nog niet zo bij de politie. Een samenwerkingsverband tussen de Politie en onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en Universiteit Utrecht moet hier verandering in brengen. Kunstmatige intelligentie gaat ingezet worden om politiewerk te ondersteunen.
Verantwoordelijk voor het analyseren van beelden is Sarah Ibrahimi (28), die in dienst is van de politie en tegelijkertijd hierop aan het promoveren is. ‘Een foto op iemands mobiel, waarvan we niet van kunnen zien waar het is, gooien we door een een programma heen. Binnen een paar seconde moet dan duidelijk worden waar het is.’
Wereldwijd houden honderden wetenschappers zich bezig het herkennen van locaties uit foto’s op basis van beeldanalyses, zegt Marcel Worring (53), hoogleraar datawetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en promotiebegeleider van Ibrahimi. ‘Maar nergens wordt er zo nauw samengewerkt met de politie als wij dat doen.’ Wel worden de resultaten met de andere onderzoekers gedeeld. ‘Door deze wereldwijde kennisdeling verschijnen er technieken en datasets die wij ook weer kunnen gebruiken. Zo kunnen we steeds sneller vragen van de politie beantwoorden.’
Tekst gaat door onder de foto
Kindermisbruik
Ibrahimi hoopt dit jaar de eerste resultaten van het haar onderzoek te publiceren. Uitkomsten die ook in de praktijk moeten worden toegepast om verdachten op te pakken of juist vrij te spreken. ‘Twee dagen in de week zit ik op het kantoor van de politie, drie dagen in een lab op de Universiteit van Amsterdam. Door fysiek aanwezig te zijn op een politiekantoor krijg ik de vragen die bij de politie spelen ook echt mee. Het wordt allemaal een stuk concreter. Zo is het voor de politie interessant om objecten op foto’s te herkennen, bijvoorbeeld illegale producten zoals wapens. Dan is het de vraag of ik een model kan aanpassen om deze objecten te herkennen.’
Om erachter te komen waar foto’s genomen zijn, wordt er gebruik gemaakt van openbare bronnen. ‘Google Maps Streetview is er één van. Maar ook beelden die de gemeente Amsterdam zelf heeft gemaakt, zijn goed in te zetten,’ zegt Ibrahimi. Nu ligt de focus op foto’s die buiten zijn genomen, maar voor beelden van binnen gebouwen is ook een ontwikkeling gaande. ‘Onlangs zijn er ruim een miljoen foto’s van zo’n vijftigduizend hotelkamers beschikbaar gesteld door en voor de wetenschap. Door foto’s van kindermisbruik door ons programma te halen, moeten we snel kunnen bepalen of het misbruik in één van deze kamers heeft plaatsgevonden.’
Nepvideo’s
Naast het achterhalen of iemand wel of niet is geweest op een locatie, wordt er ook onderzocht of video’s wel betrouwbaar zijn, zegt Worring. ‘Het is ook voor de toekomst. Denk bijvoorbeeld aan nepvideo’s. Een verdachte is opgenomen terwijl hij een misdaad heeft begaan, maar hij zegt dat hij het niet is. Hoe bewijs je dan dat de beelden wel of niet echt zijn? Dit worden steeds relevantere vragen.’
Naast Ibrahimi doen er in Amsterdam nog twee promovendi onderzoek. Zij zijn bezig met het analyseren van tekstberichten. Ook zij schrijven en herschrijven codes waarmee ze vragen van de politie kunnen beantwoorden. In Utrecht wordt er een speciaal chatprogramma ontwikkeld waardoor aangiftes sneller behandeld kunnen worden. Het programma zal hopelijk deze zomer nog live gaan.
Goede stopcontacten
Nog een paar jaar en dan moeten alle codes zo geschreven zijn dat de politie er echt mee aan de slag kan. Om de onderzoekers hierbij te helpen, krijgen ze ook een nieuw gebouw op het Science Park in Amsterdam waar nog veel meer labs rond kunstmatige intelligentie zullen komen. ‘Architecten waren al aan het kijken waar de microscopen en hoge tafels moesten komen te staan’, zegt Worring. ‘Maar de enige dingen die wij nodig hebben zijn goede stopcontacten, snel internet en een gekoelde ruimte.’