Jong en activistisch. Deel 2: Tuigvanderichel

Hoe ziet modern politiek protest eruit? En op welke manier zijn jongeren politiek actief in Amsterdam? In de reeks Jong en activistisch onderzoeken we het. Deel 2: Tuigvanderichel.

‘Het moesten zeventig schommels worden. Het zijn er helaas maar 43.’ Bouke Roodenburg (27) loopt door de woonkamer van zijn goede vriend Taffy in Amsterdam Zuid. Het ruikt naar verf. ‘We hebben ook 230 meter touw. Dus er valt heel wat te schommelen.’ Hij lacht. Taffy Boudewijns (ook 27) houdt een kwast vast. Zijn handen zien wit van de verf. ‘Met die schommels wordt Nederland weer het swingendste land ter wereld’, zegt Bouke schertsend.

Bouke en Taffy zijn samen Tuigvanderichel. Een initiatief om Nederland ‘speelser en creatiever’ te maken. De 43 schommels komen onder anderen in het Vondelpark te hangen. ‘We willen duidelijk maken dat je zelf een stad leefbaarder kunt maken. Mensen moeten niet zo zeiken en altijd naar een ander wijzen. Je kunt zelf gewoon ergens een schommel ophangen’, zegt Bouke.

Provo’s
In de kamer liggen zo’n twintig witgeschilderde balkjes op een kleed. Onderdelen voor de schommels. De kleur wit is geen toeval. Bouke raakte de afgelopen jaren geïnspireerd door de provo’s, de protestbeweging uit de jaren zestig die zich kenmerkte door het gebruik van de kleur wit. ‘De provo’s zorgden ervoor dat mensen met een glimlach naar een protest gingen. Dat steekt af tegen de stilletochten-cultuur die we nu hebben.’ Hij heeft Taffy in zijn enthousiasme meegenomen.

De acties zijn tijdrovend. Bouke is arbeidsjurist en Taffy ontwerpt en maakt houten lampen. Toch maken ze graag tijd voor Tuigvanderichel.

Bouke: ‘Ik doe het ook voor mezelf. Ik wil wat anders kunnen zijn dan alleen jurist.’

Taffy: ‘Maar we willen ook aan andere mensen laten zien wat ze kunnen zijn.’

Bouke: ‘Wij strooien met kwartjes. We hopen dat ze vallen.’

Taffy: ‘Heel goed verwoord.’

Het werk is volgens Bouke de moeite waard. ‘Je krijgt er waardering voor terug. We kregen een keer een mail van een vrouw van 75. Ze maakte zich zorgen over haar kleinkinderen met hun parelkettingen en blazers. Er zat geen eigenheid meer in.’

Burgerlijkheid
‘Met de ladders in het vondelpark wilden we overbezorgde vaders en moeders laten zien dat ze hun kinderen moeten laten spelen. Er zijn van die belachelijke dingen nu. Er bestaat speltbabyvoeding. Wist je dat? Voor dat soort dingen ben ik allergisch.’ Bouke lacht. ‘Sommige van mijn vrienden vroegen “Bouk, zou je die ladders nou wel ophangen?” Als er mensen in klimmen en af vallen ben je misschien wel aansprakelijk.’ Hij kijkt Taffy aan. ‘Dat zijn nou echt wat ik noem bucklerlullen.’

Dit synoniem voor burgerlijkheid hebben Bouke en Taffy geleend van Youp van ’t Hek. De cabaretier verwees ermee naar het alcoholvrije Heinekenbier Buckler. Drinkers hiervan werden door Van ’t Hek afgeschilderd als kleurloos en conformistisch. ‘De bucklerlul is onze gezworen vijand. Maar we willen niemand de les lezen’, zegt Bouke. ‘Behalve de mensen die zich aangesproken voelen’, lacht Taffy erachteraan.

Taffy en Bouke – foto door de auteur

Een nette Nederlander
‘Ik ging ooit op vakantie met vier vrienden. We zouden met een oude Mazda SD90 gaan. Echt een onwijs gave bak. Een van de ouders van die vrienden vroeg of er airbags in die auto zaten. Natuurlijk niet.’ Taffy lacht hard. ‘Toen mocht ie niet mee. Dat kan ik dus echt niet begrijpen. Ik ben heel anders opgevoed. Enige nadeel van die opvoeding is dat ik die mensen wil veranderen. En dat kost je dus nogal veel tijd’, zegt Taffy terwijl hij over zijn schouder naar de witte balkjes kijkt.

Bouke en Taffy draaien de geverfde opgedroogde balkjes om. De kwasten gaan weer in de verf. ‘Nog zeker vijf uur te gaan,’ lacht Bouke naar Taffy. ‘Kijk, ik ben prima in staat fatsoenlijk te zijn. Ik ben een nette Nederlander. Maar wel een nette Nederlander die af en toe ondeugend is en schommels in het Vondelpark wil ophangen.’

Lees hier deel 1 van de serie jong activisme over Philosorapper Benjamin Fro.