Een meerderheid van de donoren van het Academisch Medisch Centrum (AMC) vindt het niet erg dat hun lichaam na overlijden studieobject voor ontbinding wordt.
De nieuwe studiebegraafplaats van het AMC telt vijftig plaatsen. Het zal slechts een kwestie van tijd zijn voordat die vol is. Woordvoerder Marc van den Broek: “Onze databank telt op dit moment een dikke 4500 personen die hun lichaam ter beschikking stellen.” Sinds twee jaar wordt bij nieuwe aanmeldingen specifiek gevraagd of de persoon akkoord is als het ziekenhuis het lichaam voor ontbindingsonderzoeken gebruikt. Een meerderheid reageerde positief. Mensen die al langer dan twee jaar in de databank staan, hebben een brief ontvangen. Ook van die groep stemde meer dan de helft in.
Nadat de vergunning rond was maakte het AMC afgelopen dinsdag bekend te zullen starten met de aanleg van een studiebegraafplaats. De enige in Nederland tot dusver. Het terrein en de onderzoeken die er zullen plaatsvinden moeten meer kennis verschaffen over het ontbindingsproces van een menselijk lichaam in de natuur. Tot nu toe moesten zulke proeven in imitatie-omgevingen plaatsvinden. Van den Broek: “Wanneer een lichaam in de natuur wordt aangetroffen maar onduidelijk is of het om een misdaad gaat, kan de staat van het lichaam veelzeggend zijn.”
Personen die zich bij het AMC melden en na overlijden hun volledige lichaam aan de wetenschap willen schenken, mogen kiezen: hun lichaam wordt alleen voor onderwijs van geneeskundestudenten gebruikt, of ook ter beschikking gesteld aan biologisch-forensisch onderzoek. De studiebegraafplaats behoort tot de tweede categorie. De laatste jaren groeit de populariteit van donorschap, zowel voor losse organen als voor het volledige lichaam. Maar van een overschot is volgens Van den Broek geen sprake. “Slechts één keer per twee jaar moeten we een lichaam afwijzen omdat we vol zitten.”