Oplaaiende conflicten tussen sjiieten en soennieten in het Midden-Oosten na de onthoofding van geestelijke Nimr al-Nimr lijken geen invloed te hebben op de verhoudingen tussen sjiieten en soennieten in Amsterdam. Wel ontbreekt een dialoog.
AMSTERDAM – Het conflict tussen sjiitische en soennitische moslims in het Midden-Oosten is weer opgelaaid na de onthoofding van de sjiitische geestelijke Nimr al-Nimr eerder deze week. Saoedi- Arabië en bondgenoten Bahrein en Soedan hebben de diplomatieke banden met Iran verbroken. Zijn de spanningen ook voelbaar tussen sjiitische en soennitische moslims in Amsterdam? “Spanningen waren er al sinds de val van Saddam Hoessein.”
‘Brekend: Ayatollah Nimr geëxecuteerd.’ Deze Facebook-post verscheen op 2 januari op de Facebook-pagina ‘Sjiieten in Nederland’. De onthoofding van deze Iraanse geestelijke door Saoedi-Arabië zet de verhoudingen tussen de twee grootmachten in het Midden-Oosten op scherp. In Iran werd woedend gereageerd op het bericht en Iraniërs bestormden de ambassade van Saoedi-Arabië in Teheran. Daarop verbrak Saoedi-Arabië de diplomatieke banden met Iran.
Het conflict tussen sjiieten en soennieten is eeuwenoud. De twee stromingen binnen de Islam zijn het niet eens over wie de ware opvolger van de profeet Mohammed zou zijn. De sjiieten claimen dat Ali, de schoonzoon en neef van Mohammed de opvolger is. De soennieten vinden dat Abu Bakr, die werd gekozen via de stamtradities, de ware opvolger is.
Mohammad Saaydi, voorzitter van de stichting voor sjiitische moslims, de Fatima Alzahra Stichting in Amsterdam, benadrukt dat zijn achterban van zo’n honderd vaste leden meeleeft met Iran en het verlies van ayatollah Nimr. ‘’De bestorming van de ambassade is geen goede reactie geweest, maar Iran heeft daarvoor zijn excuses gemaakt.’’ Saaydi, die in 1997 vanuit Irak naar Nederland is gevlucht vanwege zijn sjiitische geloofsovertuiging, merkt niet dat de recente gebeurtenissen invloed hebben op de omgang tussen soennieten en sjiieten in de stad. ‘’De dialoog is grimmiger geworden toen tien jaar geleden de soennitische Iraakse dictator Hoessein werd afgezet. Soennieten waren daar niet blij mee en staan sindsdien niet meer open voor een dialoog of kritiek van buitenaf. Met soennitische moslims in de supermarkt praat ik wel, maar het blijft oppervlakkig. Wij zijn bang een dialoog te openen met hen over de gebeurtenissen in onze landen van herkomst. Zodra we daar over beginnen reageren ze kortaf.’’
In Amsterdam is ongeveer 13 procent van de bevolking moslim, becijferde het bureau ‘Onderzoek, Informatie & Statistiek’. Dit komt neer op ruim 100.000 inwoners. Het is niet bekend hoeveel van de moslims sjiitisch of soennitisch zijn. Vandaag de dag is het grootste deel van de moslims wereldwijd soenniet, en een klein aantal sjiiet, ongeveer 80 om 20 procent. Volgens Saaydi komen de meeste sjiieten in Amsterdam uit Irak, Iran en delen van Pakistan. De grootste immigrantengroep in Amsterdam is van Turkse of Marokkaanse afkomst, overwegend soennitische landen.
De zegsman van Stichting Milli Görüs, een organisatie van 200 leden met overwegend Turkse soennitische moslims, die anoniem wil blijven, benadrukt dat het conflict vooral politiek van aard is, en niet tussen soennieten en sjiieten in Amsterdam leeft. “Wij hebben regelmatig overleg met Joodse en Christelijke organisaties over religieuze gebeurtenissen. Als sjiitische moslims daar bij aan willen sluiten zouden wij daar geen problemen mee hebben.’’ Hij vindt niet dat Turkse moslims niet open zouden staan voor dialoog sinds de val van Hoessein. “We komen weinig in contact met sjiitische moslims.”
Dat soennitische en sjiitische moslims, op de supermarkt na, niet veel met elkaar in contact komen is volgen Saaydi wel te verklaren. “Wij hebben tot op heden nog geen eigen moskee, wat we wel graag willen. Wij belijden ons geloof vooral binnenshuis.”
Ondanks de spanningen benadrukken beide partijen dat ze zich hoofdzakelijk bezighouden met het uitoefenen van hun geloof in de Nederlandse samenleving. ‘’Je bent een Nederlandse moslim, geen soenniet of sjiiet’’, aldus Saaydi. De zegsman van Milli Görüs onderschrijft dit.