De Stadsregio Amsterdam stopt op verzoek van de gemeente vroegtijdig met het short stay-experiment. Dat bevestigt de woordvoerder van wethouder Freek Ossel (Wonen en Wijken, PvdA). Het experiment, begonnen in november 2012, hield in dat verhuurders hun panden konden verhuren voor een minimumduur van vijf dagen, in plaats van zeven.
Short stay-verhuur betekent dat woonruimte wordt gebruikt voor iets anders dan langdurig wonen, zoals tijdelijk verblijf door buitenlanders die in Nederland werken. Short stay-locaties zijn niet bedoeld als vakantiehuizen. Woningbezitters kunnen hun huis als short stay-locatie aanbieden als ze daarvoor een vergunning hebben aangevraagd bij de gemeente. Die verstrekt sinds 17 januari geen nieuwe vergunningen meer, omdat het aantal locaties (800) voldoet aan de vraag die de gemeente in 2009 heeft geschat.
In oktober 2012 besloot de gemeente als experiment het minimumaantal nachten voor short stay-verblijf te verlagen van zeven naar vijf. De gemeente wilde het zo aantrekkelijker maken voor huurders om een vergunning aan te vragen, in plaats van hun woning illegaal te verhuren. Het experiment zou twee jaar duren.
Overlast door toeristen“Uit een evaluatie van het experiment door de gemeente bleek eind vorig jaar dat short stay-locaties vaak worden verhuurd aan toeristen, die overlast veroorzaken voor omwonenden”, zegt de woordvoerster van de Stadsregio Amsterdam. “Daarom heeft de gemeente gevraagd het experiment te stoppen”. Onderzoek van het Wijksteunpunt Wonen Centrum van vorig jaar bevestigt de toename in het aantal overlastmeldingen. Zo ontving het meldpunt Meldshortstay.nl tussen december 2012 en juli 2013 101 klachten over short stay-panden. In de meeste gevallen ging het om geluidsoverlast.
Volgens de woordvoerder van wethouder Ossel concurreerden short stay-panden tijdens het experiment met hotels. “Eigenaren begonnen hun huizen ook voor drie dagen te verhuren aan toeristen. Maar de panden zijn niet bedoeld voor vakantiegangers, ze zijn bijvoorbeeld voor buitenlandse mensen die hier werken”. Het verschil in de minimumverblijfsduur zonder en met het experiment is slechts twee dagen. “Desalniettemin komen er nu minder vaak nieuwe mensen in de huizen”, zegt Nieuwenhuis. “Dat moet de overlast beperken.”
“Gemeente moet beter controleren”
Het meldpunt Meldshortstay.nl is een initiatief van het stedelijke Bureau voor Wijksteunpunten Woningen. Het Wijksteunpunt Centrum vindt de stopzetting een stap in de goede richting. “Wij hebben altijd gezegd dat de minimumverblijftijd van short stay naar twee maanden moet”, zegt bewonersondersteuner Wim Wassenaar. “Dan is de regeling echt toegespitst op het gebruik van de short stay-panden door zakenlui, in plaats van vakantiegangers.”
Wassenaar kan zich voorstellen dat de overlast nu inderdaad gaat afnemen. “Maar dan moet de gemeente wel beter controleren. De gemeente controleert wel op overbewoning in verband met de brandveiligheid. Maar ze zou ook op internet moeten kijken naar verhuurders die hun panden aanbieden voor korte periodes.”