Sinds vijf jaar is lokaal bierbrouwen ongekend populair. De microbrouwerij maakt gebruik van andere ingrediënten en gevarieerde bierstijlen. “Bier voor elke dag, een serieus alternatief voor de pilsener.”
Bierbrouwer Rick Nelson (27) rommelt in één van de koelkasten in het nieuwe pand van Brouwerij Oedipus aan het Westerdok. Tussen de fusten en dozen gebotteld bier staat een kleine installatie van pannen en slangen. “Paul heeft zeker de Gaia niet bijgevuld. Is een Mama ook goed?” Het lichtgekleurde biertje bevat volgens Nelson veel hop en is fruitig met een klein bittertje. “Een allemansvriend voor de doordrinker.”
Sinds augustus 2011 maken Nelson en zijn vrienden bier. Eerst in een ketel van 25 liter op een zolderkamertje. Nelson: “Het idee ontstond tijdens ons werk in bierbar ‘the BeerTemple’. We zagen dat overal ter wereld vernieuwende bierstijlen werden gebrouwen, behalve in Nederland. We vroegen ons af: waarom niet hier?”
Tegenwoordig zijn microbrouwerijen ‘booming business’. Nederland telt 108 brouwerijen en 80 brouwers die hun recepten in gehuurde installaties maken. In Amsterdam bestaan nu zeven kleinschalige brouwerijen en tien huurders. De aandacht vanuit restaurants en cafés neemt toe, zeggen bierhandelaren. Terwijl de totale bierconsumptie daalt, stijgt het marktaandeel van de microbrouwerijen.
‘Een revolutie op biergebied’‘Micro-brewing’ ontstond in de jaren tachtig in de Verenigde Staten. Lokale hobbyisten brouwden hun eigen bier uit onvrede met het eenzijdige aanbod van goedkoop, massaal geproduceerd bier. In de jaren negentig groeide het marktsegment met 35 tot 58 procent per jaar. Uit die tijd bestaat in Amsterdam alleen nog brouwerij ’t IJ, dat bier brouwt sinds 1985.
In 1985 begon ook bierwinkel ‘De Bierkoning’. Werknemer Ton Zijp (49) vertelt dat hij in achttien jaar in het vak niet eerder zo veel interesse heeft gezien voor ambachtelijk bier. Zijp: “Mensen vinden meer speciale momenten voor bier. Vooral jong publiek wil iets meer avontuur in een biertje. Onze omzet is daardoor de afgelopen vijf jaar verdubbeld en ook speciaalbiercafés zien meer vraag. Er vindt een revolutie plaats op biergebied.”
Nelson verklaart de relatief late opkomst van microbrouwerijen in Nederland door de dominante marktpositie van de grote bierbrouwers. “Daarnaast werden dit soort bieren altijd gezien als speciaalbier. Maar waarom is pilsener het enige normale bier? Wij maken droge en lichte bieren van tweeënhalf tot acht procent. Dat is bier voor elke dag en vormt dus een serieus alternatief voor de pilsener.”
Concurrentie met grote brouwers
Hoewel goedkoper dan geïmporteerd speciaalbier is Amsterdams bier nog steeds duurder dan het gemiddelde pilsje. Bij De Bierkoning gaat het lichte Mama biertje voor twee euro vijfenzeventig over de toonbank. Nelson “We zitten in het duurdere segment omdat we nog op een erg kleine schaal brouwen. Brouwerijen als Heineken kopen zo massaal in dat we daar niet in prijs tegenop kunnen. En dan gaan de supermarkten nog stunten met de prijs.”
Nelson verwacht een doorbraak in de manier waarop consumenten bier drinken. Sinds 2011 zijn er tien nieuwe brouwerijen bijgekomen in Amsterdam, met namen als ‘De Bierfabriek’, ‘Butcher’s Tears’ en ‘Troost’. Een deel komt voort uit de thuisbrouwers, een deel vanuit de horeca.
Ondanks die explosie van brouwerijen voelt Brouwerij Oedipus de onderlinge concurrentie niet zozeer. Nelson: “Ik zie ons eerder als bondgenoten. Het gaat er niet om hoeveel we produceren, als er maar meer keuze komt.” Van de grote bierbrouwers verwacht Nelson geen grote verandering. “Ze praten er wel over en sponsoren festivals waar microbier wordt geschonken. Grolsch lanceert nu Grolsch Kornuit, een ‘hip’ verpakte pilsener met mooie hoppen. Maar je proeft er niets van terug.”
Een woordvoerder van Heineken Nederland laat weten dat ze de concurrentie omarmen. Hij verwacht niet dat het ten koste gaat van het eigen marktaandeel. “Als mensen hierdoor meer bier gaan drinken, is het goed voor de hele categorie. We dragen de microbrouwerijen daarom een warm hart toe. De winnaar van onze brouwwedstrijd, Brand Zwaar Blond, wordt nu op landelijke schaal verkocht in de Jumbo.”
De heren van Oedipus verwachten met crowdfunding de resterende vijftigduizend euro op te halen voor een eigen Amsterdamse brouwinstallatie. Tape op de grond schetst de contouren van hun brouwerij en proeflokaal. “Achteraan komt een brouwhuis van tweehonderd liter, later vijfhonderd liter. En vooraan komt de bar met het horecagedeelte. We organiseren lezingen over bier maar ook muziek van lokale bandjes. En zeg nou zelf: je danst toch liever met een goed biertje in de hand dan met dat slobberbier?”