De Leegstandwet slaagt er niet in eigenaren te dwingen iets met hun leegstaande gebouwen te doen. Dit zei wethouder Maarten van Poelgeest (Ruimtelijke Ordening, GroenLinks) gisteren tijdens een debat over kantorenleegstand in Pakhuis de Zwijger. De wet maakt de tijdelijke verhuur van woningen in leegstaande gebouwen mogelijk.
De Leegstandwet is volgens wethouder Van Poelgeest in het leven geroepen om kraken te voorkomen. Maar in Amsterdam (en Tilburg) kan de gemeente met de wet ook eigenaren dwingen een bestemming voor hun leegstaande pand te vinden. Dit moet het probleem van de hoge kantorenleegstand in onze hoofdstad verkleinen. Over dit deel van de wet is Van Poelgeest echter sceptisch. “De Leegstandwet moet veranderen, zodat de gemeente eigenaren sneller kan dwingen tot een ander gebruik van de leegstaande kantoren.” De wethouder wil daarom in de toekomst de ervaringen van de gemeente Amsterdam bundelen en aanbieden aan minister Blok (Wonen en Rijksdienst, VVD).
De Leegstandwet verplicht een eigenaar leegstand te melden als deze langer duurt dan een half jaar. Anders riskeert hij een boete van 7,5 duizend euro. “Dat stelt niets voor. Zo’n eigenaar van kantoorpanden heeft vaak miljoenen euro’s”, vertelt de wethouder. Na de melding gaat de gemeente met de eigenaar in gesprek over nieuwe plannen voor het gebouw. De eigenaar is verplicht de leegstand aan te pakken door ruimte te verhuren aan tijdelijke of permanente gebruikers. Lukt dit niet, dan kan de gemeente een gedwongen voordracht doen. “Dan dragen wij een nieuwe gebruiker voor, bijvoorbeeld verhuur aan studenten.”
Het gedwongen voordragen van een nieuwe huurder blijkt in de praktijk niet echt te werken. Het is in de ruim twee jaar dat dit in Amsterdam kan, nog nooit gebeurd. Volgens de wethouder omdat zo’n gedwongen voordracht op basis van “redelijkheid en billijkheid” is. “Dit zou verduidelijkt moeten worden, want over wat die termen inhouden lopen de meningen uiteen. De gemeente kan willen dat een ruimte voor tien euro per vierkante meter verhuurd moet worden. Maar de eigenaar kan dit onredelijk vinden, omdat hij daardoor niet genoeg verdient.”
Al met al duurt het drie, vier jaar om een eigenaar te verplichten iets te doen met zijn leegstaand pand. Vaak komt het ook nog tot een rechtszaak. “Deze procedure zou verkort moeten worden en is te kostbaar. Vooral aangezien de uitkomst zo onzeker is. Bovendien hebben eigenaren die niet willen meewerken te veel mogelijkheden er onderuit te komen.”