Vraag politieagenten, ambulancepersoneel, taxichauffeurs en feestende studenten waar ze ’s nachts in Amsterdam een croissantje kunnen halen en ze noemen allemaal ‘het bakkertje op de Overtoom’. Al veertig jaar lang opent bakkerij De Rond om half vier haar deuren en is ze een begrip in nachtelijk Amsterdam.
“Iedereen die ’s nachts honger heeft, komt bij mij.” Harry van der Manden (1956) is de eigenaar van A.M. de Rond Brood- en Banketbakkerij op de Overtoom in Amsterdam West. Op deze dinsdagnacht staat hij al sinds half vier fris en fruitig achter de toonbank. “Politieagenten, GVB- en ambulancepersoneel, prostituees, mensen van het Holland Casino, taxichauffeurs: iedereen die uit de stad komt, weet mij ’s nachts te vinden.”
Inmiddels zit Van der Manden al 42 jaar op de hoek van de Overtoom en de Rhijnvis Feithstraat. Veertig jaar geleden opende hij voor het eerst om half vier ’s nachts de deuren. “En nog steeds, met heel veel plezier.”
Sindsdien kan iedereen die nachtelijk verlangt naar het beroemde warme kaascroissantje of verse tijgerbroodjes bij De Rond terecht. Tijdens de eerste twee jaar dat hij de bakkerij runde, merkte Van der Manden dat mensen die nachtdiensten draaiden behoefte hadden aan een bakker die ’s nachts open is. “Ik ben toch al vanaf twaalf uur ’s nachts in de bakkerij brood aan het bakken. Dan kan ik net zo goed ’s nachts óók de winkel openen”, legt Van der Manden uit.
Acht jaar geleden kreeg hij als enige bakker in Amsterdam een vergunning om ’s nachts open te gaan. Voor die tijd kneep stadsdeel West een oogje toe. “Ik dacht altijd: ik gooi de winkel open en dan zie ik wel verder. Best spannend.” In 2005 klaagde een bakker uit het vroegere stadsdeel De Baarsjes dat het hem niet gedoogd werd ’s nachts open te gaan. De Rond kreeg uiteindelijk als enige een vergunning, “omdat hij ermee was begonnen”. Nu komt het helemaal niet meer ter sprake, aldus Van der Manden.
Lange dagen
Al veertig jaar maakt Van der Manden dagen van twaalf uur. “Ik ben van twaalf tot twaalf binnen. Om middernacht begin ik en om half vier gooi ik de winkel open.” In de tussentijd vult hij zijn toonbank met allerlei lekkernijen. Van kaascroissantjes en krentenbollen tot bitterkoekjes en chocolaatjes: alles wat bij een brood- en banketbakkerij hoort, heeft De Rond elke nacht in huis.
Als Van der Manden om twaalf uur ’s middags naar huis gaat, wisselt zijn vrouw hem af tot sluitingstijd. Eenmaal thuis drinkt hij een kopje koffie, leest hij de krant en gaat hij twee uurtjes naar bed. “Daarna kook ik voor mijn gezin en na het eten ga ik weer twee uurtjes slapen.” Om twaalf uur ’s nachts staat hij dan weer in de bakkerij. Van der Manden vindt het absoluut niet erg om lange dagen te maken. “Iedereen doet toch ook gewoon zijn werk. Ik dus ook.”
Brood voor de koningin
Naast mensen die ’s nachts werken, krijgt Van der Manden ook veel jongeren die uitgaan in Amsterdam aan de toonbank. Taxichauffeurs weten precies waar ze moeten zijn als hun klanten na het stappen nog iets willen eten. In plaats van een vette kapsalon van de shoarmatent nemen ze een ‘gezond’ broodje van De Rond. “De pizzacroissantjes doen het erg goed onder het uitgaanspubliek.”
Van der Manden merkt wel een groot verschil met jaren geleden. Nu heeft hij op een doordeweekse nacht zo’n dertig klanten, terwijl dat voorheen het driedubbele was. “Ook in Amsterdam is het crisis. Nu is alleen zaterdagnacht met zestig klanten nog de moeite waard. Hoe drukker het in de stad is, hoe drukker wij het hebben. Dat wordt helaas steeds minder.”
Toch gaat De Rond nog elke nacht open. Van der Manden: “Ik ben er toch al. Daarbij is het heel anders dan overdag. Het heeft zijn charme om ’s nachts in de bakkerij te staan.”