“Als je hier over straat loopt zie je alleen maar openhangende gordijnen.” Jacob Appelbaum en Roger Dingledine waren vorige week een paar dagen in Nederland voor hun werk voor het Tor Project, een computernetwerk waarmee je anoniem kunt internetten.
Kinderporno. Daarmee wordt het Tor-netwerk dat anoniem internetten mogelijk maakt vooral in verband gebracht. Wie er in een krantenarchief informatie over zoekt, stuit algauw op de naam van Robert M. Maar van Tor maken niet alleen pedofielen gebruik.
Het Tor-netwerk bestaat uit ruim drieduizend computers met Tor-software wereldwijd, gehost door vrijwilligers. Via de computers wordt internetverkeer versleuteld en omgeleid. Als een Tor-gebruiker bijvoorbeeld een e-mail stuurt, komt deze niet direct op de plaats van bestemming, maar gaat eerst met een omweg langs andere Tor-computers. Zo is niet te herleiden van wie de e-mail afkomstig is.
Een klein groepje vrijwilligers leidt het netwerk, dat onder meer wordt gefinancierd door de Amerikaanse overheid. Onder hen oprichter Roger Dingledine (“in de 30″) en hacker Jacob Appelbaum (29), die meerdere malen is aangehouden wegens zijn contacten met Wikileaks-voorman Julian Assange. Appelbaum en Dingledine zijn sleutelfiguren rond Tor: ze reizen de wereld over, doen onderzoek, ontwikkelen software, spreken op conferenties en onderhouden contacten met gebruikers, hackers, bestuurders en opsporingsdiensten. Vorige week waren ze een paar dagen in Amsterdam.
‘De bewakingsstraat is genormaliseerd’
“Onze grootste uitdaging is de sociale kwestie”, zegt Appelbaum. “Mensen duidelijk maken dat privacy ook voor de gewone man belangrijk is. De bewakingsstaat is genormaliseerd, mensen realiseren zich niet wat privacy betekent. In de Tweede Wereldoorlog is in Frankrijk 30 procent van de Joden vermoord, in Nederland 70 procent. Hier was alles veel beter gedocumenteerd. Dat was zeventig jaar geleden en het is moeilijk voorstelbaar dat zoiets nu weer gebeurt. Maar het gebeurt nu! Mensen bellen bijvoorbeeld continu met telefoons met een gps-signaal, waardoor nauwkeurig in kaart wordt gebracht waar ze zijn. Zelfs anti-Assadstrijders in Syrië die ik spreek, zien niet in dat ze door hun mobiele telefoon te traceren zijn.”
Volgens Appelbaum hebben Nederlanders bijzonder weinig met privacy. “Als je over straat loopt zie je alleen maar openhangende gordijnen. Heel typerend vond ik een politieagent die zei: ‘Als we nou de regels zo veranderen dat we telefoonverkeer mogen afluisteren, dan is er toch geen probleem meer?’ Dat is echt Nederlands: denken dat het schandaal weg is als het volgens de regels klopt.”
Geliefd onder activisten en pedofielen
Minstens vijfhonderdduizend mensen maken gebruik van Tor. Het netwerk is geliefd onder dissidenten, bloggers en journalisten. En onder bedrijven, zoals Google, die niet wil dat Apple kan zien wat ze doen op het net. Maar ook onder pedofielen, wapen- en drugshandelaars of de gewone man die ongestraft The Pirate Bay wil bezoeken.
“Er zijn inderdaad mensen die kinderporno verspreiden via Tor”, zegt Dingledine. “Maar er zijn ook concrete voorbeelden van de goede werking van Tor. Voor sommige mensen die in dictaturen leven is Tor van levensbelang – een bloggende homoseksueel in Iran wordt ter dood veroordeeld als zijn anonimiteit niet gewaarborgd is.” Je kunt die goede en slechte dingen niet tegen elkaar afwegen, zegt hij. “Maar je kunt wel stellen dat het probleem niet wordt opgelost door Tor af te schaffen. Het probleem is namelijk niet Tor: het probleem is dat er slechte mensen zijn die slechte dingen doen.”
Zo’n land waar anonimiteit op internet het verschil kan maken tussen leven en dood is China. Maar juist daar werd het netwerk onlangs gedetecteerd. Onderzoek wees uit dat twee staatsbedrijven achter de aanval zaten. Tor zette meteen alles in het werk om de bug op te lossen. “We blijven voor technische uitdagingen staan”, zegt Appelbaum daarover. “Tor is nooit af.”
Is dat niet frustrerend? “We lopen tegen veel moeilijkheden aan, maar ik ben niet gefrustreerd. Voor mij is dat het waard. Technologie is slechts een stap in een lange weg naar bevrijding. Wij kunnen alleen aan die ene stap iets bijdragen. Alle mensen moeten in vrijheid kunnen communiceren. Dat is waarvoor we werken.”