Kavel zoekt zelfbouwer (m/v)

Nu de bouw van nieuwe woningen in Amsterdam steeds meer tot stilstand komt, zet de gemeente in op ‘zelfbouw’ door particulieren. Vorig jaar moesten enthousiastelingen een nachtje kamperen om een optie te bemachtigen. Dit jaar wacht de helft van de kavels nog op een bouwer.

De eerste zestig zelfbouwhuizen van Amsterdam in de Scheepstimmermanstraat. Foto: Flickr, Steve Cadman
Het zong al een paar maanden rond in de stad. Zelf een eigen huis bouwen in Amsterdam werd na jaren weer mogelijk voor particulieren. De gemeente zou tijdens een speciaal georganiseerde markt in de Houthavens ‘zelfbouwkavels’ in de aanbieding doen. Wie kans wilde maken moest er als de kippen bij zijn.

De markt zou pas op zaterdag open gaan, maar René Roelofs (59) besloot op vrijdagochtend al even bij de Houthavens langs te rijden. Voor de zekerheid. Roelofs en zijn vrouw Ellen Verhaar (57) hadden hun zinnen gezet op een kavel op het Zeeburgereiland in Amsterdam Oost. Dat weekend, nu ruim een jaar geleden, hoopten ze een optie te bemachtigen.

Roelofs bleek niet de enige. Bij de Houthavens waren al andere kavelkapers op de kust. “Ik was nummer zeven”, herinnert Roelofs zich. “Ik heb gelijk Ellen opgebeld en gezegd dat we een nachtje zouden moeten kamperen.” Het stel bracht de koele oktobernacht door in hun blauwe Volvo in de Houthavens. Zo’n twintig andere aspirant-zelfbouwers bleven ook overnachten. Die nacht werd al driftig gekoehandeld in beschikbare kavels rond een geïmproviseerd kampvuur.

Toen de zelfbouwmarkt de volgende ochtend openging, kregen de kampeerders hun beloning voor het wachten. Ze konden allemaal een optie nemen op de kavel waar ze voor gekomen waren. Laatkomers grepen mis en moesten het stellen met een plekje op de wachtlijst.

Dat was tijdens de eerste zelfbouwmarkt, eind oktober vorig jaar. In totaal bood de gemeente 69 individuele zelfbouwkavels aan, in Amsterdam Noord, Oost en Zuidoost. Daarnaast konden ‘bouwgroepen’ zich inschrijven op grote groepskavels in Noord, West en Zuid, in totaal goed voor 350 woningen. Grondzaken-wethouder Maarten van Poelgeest (GroenLinks) noemde de eerste zelfbouwmarkt achteraf “een groot succes”. Van de 69 zelfbouwkavels gingen er 67 in optie. Op de groepskavels werd met 35 inschrijvingen zwaar overtekend. Met zo´n 1200 bezoekers was het dringen in de Houthavens.

Vacant
Nog geen jaar later, in juli dit jaar, volgde de tweede zelfbouwmarkt. Daar bleek de zelfbouwkoorts flink gezakt. In plaats van 1200 bezoekers trok de tweede editie nog maar 500 geïnteresseerden. En belangrijker: de kavels bleken een stuk minder gewild dan tijdens de eerste zelfbouwmarkt.

Nu, ruim na sluiting van de optietermijnen, is nog bijna de helft van de individuele zelfbouwkavels beschikbaar (zie kaart hierboven). Van de 118 stuks die werden aangeboden tijdens de tweede markt zijn er nog 58 vrij. Samen zijn deze overgebleven kavels ruim €15 miljoen aan erfpachtopbrengsten waard. Op Zeeburgereiland, de locatie waarvoor Roelofs en Verhaar minder dan een jaar eerder een nacht kampeerden, is de helft van de grond zelfs van de markt gehaald wegens “beperkte belangstelling”, zo valt te lezen op de website.

De aangeboden zelfbouwkavels, verspreid over negen locaties door de stad, verschillen sterk van grootte: van kleintjes van 80 vierkante meter in Nieuw-West tot lappen grond van 225 vierkante meter in het chique Amstelkwartier. Zes van de negen locaties zijn nog niet uitverkocht. De optietermijnen liepen officieel tot september of oktober, maar zijn verlengd. In de hoop nog wat kwijt te raken.

Zelfbouw

Hoe werkt het?

De stad beschouwt allerlei verschillende bouwvormen als zelfbouw. De meest voor de hand liggende vorm is ‘particulier opdrachtgeverschap’: zelf een eigen kavel bebouwen. Dat begint met een optie op een stuk grond, waarna de zelfbouwer erfpachtovereenkomst ondertekent. Na ondertekening volgt de levering van de grond en moet de zelfbouwer binnen anderhalf jaar een bouwvergunning hebben. Na nog eens anderhalf jaar moet er een huis staan, anders volgt een boete. Wie niet in zijn eentje verantwoordelijk wil zijn voor de bouw van zijn huis kan de handen ineen slaan met andere zelfbouwers. Dat heet ‘collectief particulier opdrachtgeverschap’. Bij die vorm gaat een bouwgroep aan de slag op een groot groepskavel. Het ontwerp en de bouw van de woningen worden gezamenlijk georganiseerd. Deze constructie komt ook voor bij de renovatie van bestaande gebouwen.

Wethouder Maarten van Poelgeest, pleitbezorger van zelfbouw, is allang blij dat hij een gedeelte van de grond heeft kunnen slijten. “Natuurlijk wil je altijd meer”, zegt hij tijdens een gesprek op zijn werkkamer in de Stopera. Maar voor de wethouder is het glas halfvol. “We hebben de helft verkocht. Zonder die tweede zelfbouwmarkt waren we helemaal niets kwijtgeraakt.” Voor het contrast met het grote animo tijdens de eerste zelfbouwmarkt heeft de wethouder wel een verklaring. “Bij die eerste markt ontstond er een run, omdat mensen in hun beleving een eenmalige kans kregen.” Nu weten potentiële zelfbouwers dat er vaker kansen voorbij komen, denkt de wethouder.

Over de belangstelling voor bouwen in een groep valt nog minder te zeggen, omdat de inschrijvingsprocedures nog lopen. Het aantal inschrijvingen voor de vijf verschillende collectieve bouwprojecten in de stad varieert van 29 tot één. Een inschrijving van een bouwgroep betekent echter nog niet dat alle te bouwen woningen ook zijn opgevuld. Met maar een kwart van de benodigde deelnemers mag een bouwgroep meedingen naar erfpachtgunning. Voor de nog niet opgevulde te bouwen woningen moeten dan nog deelnemers gevonden worden.