NAP maakt een rondgang langs de Amsterdamse fractievoorzitters. Vandaag Frank de Wolf, fractieleider van de Partij van de Arbeid (PvdA).
AMSTERDAM, 14 februari – Barre tijden in de Stopera. Amsterdam moest al ruim tweehonderd miljoen besparen, maar het was niet genoeg. In maart stemt de gemeenteraad over een extra bezuinigingspakket van honderdvijftig miljoen euro. Waar valt nog wat te halen? Wat kiest het college? Waarvoor strijdt de oppositie?
De PvdA is altijd de grootste geweest in Amsterdam. Een echte bestuurderspartij, met partijleider Lodewijk Asscher aan het roer. Met vijftien zetels bezetten de Sociaaldemocraten éénderde van de gemeenteraad. Fractievoorzitter Frank de Wolf (1952) benandert de bezuinigingsklus met pragmatische blik. “Ik kan me er ontzettend over opwinden en daar mijn bloeddruk mee omhoog jagen, maar dat helpt natuurlijk niets.”
Leden van de oppositie wilden donderdag niet in debat met het college over de invulling van het pakket aan bezuinigingsmaatregelen. Kunt u zich daar iets bij voorstellen?
“Dat ze liever gingen schaatsen?”
Los van het schaatsen.
“Dat ze wilden gaan schaatsen snap ik, maar niet dat ze deze kans voorbij laten gaan. De vraag aan de raad was: wat zijn de mogelijkheden om oplossingen te vinden voor deze bezuinigingen? Hoe moeten het college dat aanpakken?”
De oppositie heeft het gevoel dat er niet naar geluisterd wordt.
“Dat kan natuurlijk, dat ze dat gevoel hebben Maar ze hebben zelf om deze mogelijkheid gevraagd.”
De oppositie heeft zich buitenspel gezet?
“Ja. Het is nogal wat, om geen ideeën te hebben over hoe je deze bezuinigingsoperatie zou willen aanpakken. Het verwijt dat het college geen rekening houdt met de oppositie, gaat nu ook niet meer op.”
Waarop wordt wat de PvdA betreft nog verder bezuinigd?
“Waarop kan je nog bezuinigen? We moeten nog een keer kijken of de eigen organisatie efficiënter kan en met minder mensen. Waarschijnlijk lopen we daar ook tegen grens aan.
In het programakkoord stond al opgenomen dat al 91 miljoen op de eigen organisatie zou worden bezuinigd. Volgens de oppositieleiders is daar nog weinig van terecht gekomen.
“Dat is niet waar. Het kan zijn dat er nog wat achterstanden zijn, maar het is een langlopend project. Volgens mij is een groot deel van die 91 miljoen nu binnen. Maar we moeten ook geen overdreven verwachtingen hebben van wat we verder nog via efficiëntieverbetering kunnen bereiken. Misschien dat we de helft van die honderd miljoen daar vandaan kunnen halen, maar dat is al een enorm bedrag. Daarna moeten we gaan kijken of we bepaalde subsidies niet meer willen verstrekken.
Op veel subsidies is al enorm gekort.
“Ja, het wordt nu steeds pijnlijker. Dus je kan proberen dat waar mogelijk te vermijden, maar misschien lukt dat niet. Het enige wat ik kan zeggen is: onze prioriteiten liggen bij essentiële onderdelen als sociale cohesie. Je moet proberen om iedereen erbij te houden. Dat betekent dat je voorkomt dat mensen weer in groten getale op straat moeten slapen, zoals je in andere grote steden in Europa wel ziet. Armoedebestrijding blijft een belangrijk punt voor de gemeente.”
Mag daar van de PvdA niets meer vanaf?
“Ik zeg niet dat er helemaal niets meer vanaf gaat. In dit stadium ga ik nog niet zeggen dat er blokkades liggen. Dat vind ik niet zo’n verstandige gedachte. Er moet nog over gesproken worden.”
Het rijk stoot taken af naar de gemeenten, zoals jeugdzorg en de sociale werkvoorziening. Hebt u het gevoel dat de regering problemen over de schutting gooit?
“Wat ik flauw vind, is dat het kabinet wel gemeenten verantwoordelijk maakt voor bepaalde programma’s en eist dat ze die uitvoeren, maar het geld er niet bij levert. Dat gaat wel ver.”
Is er een punt waarop u zegt: nou is het genoeg, we doen het niet.
“Je zit als gemeente niet in de positie om dat te kunnen zeggen. Wij krijgen de opdracht om de maatregelen uit te voeren. Dan kan je in de protestmodus schieten, maar het is zoals het is.
Wordt u wel eens boos?
“Natuurlijk word ik wel eens boos, maar dat heeft geen zin. Ik kan me er ontzettend over opwinden en daar mijn bloeddruk mee omhoog jagen, maar dat helpt natuurlijk niets.”
Misschien is er een andere manier om nieuwe bezuinigingen enigszins te omzeilen. Is lastenverzwaring een optie?
“Dat is niet wat we het liefste doen. Maar we zouden bijvoorbeeld de onroerendezaakbelasting (ozb) kunnen verhogen. Nu zitten we onder het landelijk gemiddelde. In de verrekening van het gemeentefonds krijgen wij minder geld, omdat wij een lage ozb heffen. Een verhoging van de ozb zou Amsterdam directe inkomsten opleveren, maar ook nog extra bedrag omdat we niet meer gekort worden door het gemeentefonds.”
Zit coalitiepartner VVD te wachten op een lastenverhoging?
“Volgens mij probeert de VVD ook alle opties open te houden. En wordt er op een aantal onderwerpen krachtiger taal gebruikt dan op andere onderwerpen. Dat doen wij voor een deel natuurlijk ook.”
PvdA-wethouder Lodewijk Asscher profileert zich de laatste tijd. Hij treedt veel op zin de media. Dat zou wrevel opleveren bij de VVD.
“Asscher is gewoon politiek leider van de PvdA Amsterdam en doet wat hij doen moet als politiek leider van de PvdA Amsterdam.”
VVD-leider Eric Van der Burg was bijvoorbeeld niet blij met het interview dat Asscher in de Volkskrant gaf over stapelingseffeten van bezuinigingen.
“Dat is net zoiets als mensen verwijten dat ze hard werken. Dan moet hij beter zijn best doen. Ik begrijp niet dat de VVD daar zo ontzettend opgewonden over raakt.”
Maar Asscher is natuurlijk ook gewoon wethouder. Moet het college niet met één mond spreken?
“Het college hoeft alleen maar met één mond te spreken over de uitvoering van het programakkoord.”