Waar het de SP in de landelijke peilingen met 33 zetels voor de wind gaat, heeft de partij in Amsterdam moeite leden te vinden na de gemeentelijke verkiezingsnederlaag in 2010. Voor nieuwe leden organiseert de SP een cursus ‘Kennismaken met de SP’, maar de animo voor de eerste bijeenkomst afgelopen maandag was niet heel groot.
AMSTERDAM, 8 februari – Er liggen vier oude trommels te verstoffen op een kast in het actiecentrum van de SP-afdeling Amsterdam. “Waarom worden die trommels niet meer gebruikt?”, vraagt een aanwezige. Paula van Dijnen, voorzitter van de SP-afdeling Amsterdam geeft antwoord. “We wilden er echt mee bezig gaan, maar niemand wilde de kar trekken.” De man haalt zijn schouders op. “Ik wilde wel, had zelfs trommelles willen geven. En weggeven is zonde, het zijn mooie trommels.”
Begon 2012 nog zo goed voor de SP met een drukbezochte Nieuwjaarsborrel, veel enthousiasme voor de ‘Kennismaken met de SP’-avond is er niet. Slechts zeven mensen komen opdagen in het actiecentrum op de Laurierstraat om te horen hoe de organisatie van de SP er eigenlijk uitziet. “Ik hoop echt dat het aan het weer ligt”, verzucht Van Dijnen.
De man die graag trommelles wil geven is Jack Vos. Hij is naar eigen zeggen “al jaren en jaren” lid van de SP en heeft verschillende bestuursfuncties in de stadsdeelraden bekleed. Naar de bijeenkomst van vanavond heeft hij zijn 21-jarige zoon meegenomen. Ook Sharon is aanwezig, tweedejaars antropologiestudente aan de Universiteit van Amsterdam. Hugo is ICT ’er, Ali komt uit Koerdistan en heeft in India veel gedaan voor rechten van vrouwen. Mourad is geen lid maar doet veel vrijwilligerswerk. Op Jack na is niemand ouder dan vijftig.
De SP geeft de cursus ‘Kennismaken met de SP’ ieder half jaar met de bedoeling om mensen die net lid zijn geworden bekend te laten worden met de partij. Dus niet zozeer om nog meer nieuwe leden te werven? Vandaag vertelt Van Dijnen over de organisatie, maar ook zijn er nog avonden over de geschiedenis, de ideologie en de acties van de partij. “Het is een cursus voor mensen die net lid zijn, maar ook oudere leden die even wat willen opfrissen mogen komen”, grapt Van Dijnen. Vos steekt zijn handen omhoog.
Ooit had de SP in Amsterdam nog ongeveer drieduizend leden, vertelt Van Dijnen. Dat was toen de partij in 2006 tijdens de verkiezingen veel stemmen kreeg. In de tijd van Agnes Kant tussen 2008 en 2010 daalde het aantal leden in Amsterdam. “We zijn toen wel afgestraft. In 2010 zijn we van zes naar drie zetels in de gemeenteraad gegaan. Ook betaalden veel mensen niet meer of waren verhuisd”, zegt Van Dijnen. “We kregen post retour.” Dat leidde tot een aantal van 2.630 leden eind 2011. Inmiddels staat de teller volgens Van Dijnen weer op 2.667. “Toch een mooie verbetering.”
Jack Vos vindt het allemaal maar weinig. Hij vraagt zich af of de SP niet meer leden kan pushen om potentiële sympathisanten van de partij aan te spreken. Tienduizend leden wil hij. Van Dijnen is voorzichtiger. Zij vindt vijfduizend leden al mooi. “Maar we bereiken niet veel mensen, dat is waar. Het is een pijnpuntje in de afdeling.”
Het is duidelijk dat de SP moeite heeft om mensen buiten de kern van de partij te bereiken. Normaal gesproken wordt elk nieuw lid gebeld door de fractievoorzitter van het stadsdeel. Bij drie van de zes aanwezige leden in het actiecentrum blijkt dat niet gebeurd te zijn. “Ja, dat zou niet moeten”, zegt Van Dijnen.
De vraag blijft waarom de SP er niet in slaagt mensen te binden. Het is volgens Van Dijnen niet alleen een kwestie van te weinig tijd. “Het is gêne. We durven mensen niet te vragen. We zijn heel goed in acties en daar zijn ook heel veel mensen bij, maar daarna vragen we niet of die mensen wat voor de partij willen doen.”
Een uur vol informatie over de SP later sluit Vos demonstratief de vergadering door met zijn knokkels hard op tafel te slaan. Daarna snijdt hij zich aan wat hij noemt ‘sociaal papier’, SP-papier waarop in mooie plaatjes de organisatie van de SP uitgelegd wordt. Hij kletst met Van Dijnen nog wat na over de trommels. “Daar moeten we toch nog wat mee doen.” De andere aanwezigen staan wat onzeker op en lopen een voor een de deur uit. Geen van hen wordt gevraagd of ze wat voor de partij willen doen.