AMSTERDAM, 18 januari – Zwemleraar André V. is door de Amsterdamse rechtbank vrijgesproken van seksueel misbruik. Volgens de rechtbank kan niet bewezen worden dat de 53-jarige zwemleraar tijdens de zwemles drie kinderen onder de zeven jaar onzedelijk zou hebben betast.
Tussen eind 2010 en eind mei 2011 zou V. in het zwembad ‘De Waterlelie’ in Aalsmeer drie meisjes seksueel hebben misbruikt. De zaak kwam in de openbaarheid toen de vader van één van de meisjes aangifte deed bij de politie, nadat zijn dochter het thuis verteld had. Na een informatiebijeenkomst van de gemeente volgden nog twee aangiftes.
De aanklacht van de officier van justitie was gebaseerd op drie verklaringen van de betreffende kinderen. Op basis van deze verklaringen eiste de officier van justitie drie jaar celstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk.
Volgens de rechtbank valt er op de kinderverhoren het nodige aan te merken. Bij één verhoor was er volgens de rechtbank “bijzonder onzorgvuldig gebruik gemaakt van poppen waarmee het kind kon aanwijzen waar de zwemleraar haar betast had, en waren de vragen te suggestief.” Deze verklaring was volgens de rechtbank daarom “te onbetrouwbaar” om als bewijsvoering te dienen.
De andere twee verklaringen werden door de rechtbank wel gezien als bewijs. De rechtbank oordeelde echter dat de ontkennende verklaring van V. niet kan worden uitgesloten, temeer omdat die gedeeltelijk wordt ondersteund door verklaringen van andere getuigen.
Het staat volgens de rechtbank wel vast dat V. tijdens een stoeipartij in het kinderbadje aan de billen van één van de kinderen heeft gezeten. De rechtbank vindt deze aanraking weliswaar ongepast, maar oordeelde dat het niet is bewezen dat deze aanraking seksueel van aard is geweest.
In een reactie laat het Openbaar Ministerie weten dat de kans groot is dat het in hoger beroep gaat. De advocaat van één van de ouders gaf vooraf aan dat ze vrijspraak wegens de moeilijkheid van de kinderverhoren niet verrassend zou vinden. Zij gaat met haar cliënt overleggen over de mogelijkheid in hoger beroep te gaan.