Met zijn interactieve boeken-app heeft schrijver Sidney Vollmer een novum in Nederland. Een lovenswaardig project, maar is dit de toekomst van de roman? Een interview met de 28-jarige debutant.
AMSTERDAM, 11 januari – Sidney Vollmer (28) begeeft zich in de voorhoede en zo ziet hij het graag. Hij debuteerde eind vorig jaar met de roman Alles ruikt naar chocola bij uitgeverij Podium. Niet veel later volgde een boeken-app. Een applicatie voor de iPad die een nieuwe leeservaring geeft. Als eerste in Nederland heeft hij een digitaal boek op zijn naam staan dat een keur aan mogelijkheden biedt. “Ik wil bij de mensen zijn die pionieren.”
De app heeft een interactieve boekenlegger, waarmee je direct kunt luisteren naar de liedjes waar de 19-jarige hoofdpersoon Tom, een muzikant die hard werkt aan een doorbraak, naar verwijst. Of je kunt Wikipediapagina’s lezen en filmfragmenten bekijken. Als je even te lui bent om door te lezen zet je het luisterboek aan. Hoe meer je leest, hoe meer je krijgt. Wie goed zijn best doet ziet zijn boek gesigneerd worden en hoe vaker je de pagina’s omslaat hoe geler ze worden.
Hoe is het idee tot stand gekomen?
Vollmer: “Ik ben er tijdens het schrijven achter gekomen dat ik als schrijver een product van mijn tijd ben. En dat ik me het meest kon vinden in auteurs die ook speelden met intertekstualiteit. Ik heb vrij brede interesses. Dat sijpelde al in mijn boek door. Ik kwam erachter dat mijn verhaal zich heel goed leent voor alles wat je met digitaal lezen kunt doen. Het tweede is: er gebeurt daar nu nog zo weinig in dat het misschien wel een hele mooie kans was om als debutant in een overvol café op te vallen. Dat was een mooie bijkomstigheid.”
Dat is aardig gelukt toch?
“Ik ben hartstikke blij met alle aandacht die we erdoor gekregen hebben, maar ik vind dat het nog ver achterblijft met wat het verdient. Eén van de mensen die de app heeft helpen ontwikkelen is baas van een reclamebureau en die is nu bezig met een wereldreis. Die heeft een iPad bij zich en die laat de app aan allerlei buitenlandse bedrijven, bureaus en journalisten zien. Die staan allemaal met hun mond open te kijken. Want zelfs op een wereldniveau kan dit zich meten met de top. Misschien dat er drie of vier boeken-apps zijn als die van ons. In het boekenvak is iedereen lyrisch enthousiast, maar nu nog mainstream.”
Dat deze innovatie nu pas plaatsvindt brengt de vraag op: draagt zo’n app wel echt iets bij?
“Het is waanzinnig duur om te maken, daarom heeft het ook lang geduurd. Maar het draagt een aantal dingen bij. Schrijven is voor mij puzzelen, maar dit is driedimensionaal puzzelen. Er zijn veel mensen die zeggen: een boek moet een boek zijn en daar moet niets je van afleiden. Maar als jongeren nou eerder afgeleid zijn, dan kun je twee dingen doen als schrijver. Je kunt denken: fuck dat, ze moeten maar gewoon mijn boeken lezen, alle 400 bladzijdes, niet zeiken. Of je zegt: misschien is dit een gegeven. Als dat zo is dan kan ik er op deze manier voor zorgen dat de verkorte aandachtsspanne gefaciliteerd wordt binnen de wereld van het boek.”
Dan kun je faciliteren. Ben je niet bang dat je dat concentratiegebrek erger maakt met zo’n app?
Boven die twee opties staat de derde. En dat is dat je een boek goed moet schrijven. Dat zorgt ervoor dat je altijd wilt doorlezen. Dat moet de principiële motivatie zijn om een boek te schrijven. Daarbij denk ik niet dat ik bij machte ben om het te verbeteren of te verergeren. Maar ik kan in ieder geval een hele gereedschapskist geven van speeltjes die je beleving verrijken.”
Lees je zelf graag van iPads?
“Ja en nee. Wat ik niet graag lees van iPads zijn boeken. Ha, dan heb je gelijk een titel voor je stuk! Die van mij heb ik immers al een keer of 26 gelezen en andere boeken hebben nog niet echt een toegevoegde waarde bij het digitale lezen. Dan blijft het gewoon een glasplaat met tekst waar ik verder niks mee kan. Maar ik lees heel graag artikelen. Ik ben geabonneerd op The New Yorker, Time en Newsweek. Dat lees ik allemaal op mijn iPad. Zodra de prijs lager wordt van digitale boeken en de content beter wordt, dan stap ik daar op over.”
Is dit het nieuwe lezen? Is dit de toekomst van de roman?
“Ik denk dat dit een vernieuwing is van de roman. Ik zou het niet de toekomst durven noemen. Ik denk dat het een volgende stap is. Of het de juiste is dat weet ik niet. Romans bestaan in principe pas vierhonderd jaar. En het is idioot om te denken dat het format vastgeroest zit. Ik denk dat we er nog lang niet zijn. Ik zie nog veel meer dingen voor me. Bijvoorbeeld het gevoel van het aantal pagina’s wat je nog te gaan hebt. Dat is nu weg in zo’n app. Voor dat soort tactiele dingen moeten we oplossingen verzinnen voordat we echt een stap verder zijn.
“Het papieren boek verdwijnt natuurlijk niet, maar met alle referenties die we hebben ingebakken kunnen we wel degelijk de beleving van het boek veranderen. Er was één recensent die dat goed opmerkte. Die zei: “het sluit aan bij het jagerige, het zoekende en die springerige blik van Tom, het hoofdpersonage.” Daarin is het een onderstreping van wat ik heb willen vertellen over Tom.”
Het zou bijna jammer zijn om het gewone boek te kopen in plaats van de app.
Lachend: “Dat zei Herman Koch laatst ook tegen me. Hij zei: “Ben je niet bang dat je minder boeken verkoopt?” Toen zei ik: “Kom op, ik ben debutant, ik verkoop al nauwelijks boeken.””
(camera: Basha de Bruijn, dank aan Buutvrij for Life)