Hij stond veertig jaar lang aan het hoofd van de Melkweg in Amsterdam. Cor Schlösser (65), directeur vanaf dag één, nam in september afscheid. “De Melkweg was zijn kindje.”
De hasj ging van de menukaart en de Perzische tapijten aan de muren maakten plaats voor strakke, witte wanden. Cor Schlösser (65), directeur van de Melkweg vanaf het begin, zag in de jaren tachtig in dat de Melkweg haar hippie imago kwijt moest raken. Het cultureel programma moest centraal staan, vond de directeur. Niet het samenzijn en de sfeer. En daar was niet iedereen blij mee. “Ik ben niet de directeur geweest die veranderingen tegenhield,” zegt Schlösser zelf over de transformatie van de Melkweg. “Ik ben altijd voor de troepen uitgelopen, vaak met bezwaren van anderen.”
Dit jaar stapt Schlösser op als directeur van de Melkweg. In 2011 is het cultureel centrum niet meer het hippiehonk van vroeger. Vorig jaar trok de uitgaansgelegenheid 420 duizend bezoekers – meer dan ooit. De Melkweg begon in 1970 als zomerproject toen theatergroep DAT, waar Schlösser deel van uitmaakte, een geschikte locatie vond voor een voorstelling: een voormalige melkfabriek aan de Lijnbaansgracht, op een steenworp van het Leidseplein in Amsterdam. Als naam werd de Melkweg gekozen, met een knipoog naar het kosmische, hippie-tijdbeeld. En ja, de melk was weg. Na de tweede succesvolle zomer werd het idee geboren om er een permanent cultureel centrum van te maken. Met Schlösser aan het hoofd.
Een onverstoorbare mastodont
Een doorzetter. Een optimist. Iemand die weet wat hij wil. Bekenden van de in Kerkrade geboren Schlösser zijn het erover eens. Als hij een doel voor zichzelf heeft gesteld, is hij er niet makkelijk van af te brengen. “Zijn voornaamste doel was de Melkweg laten meetellen in de veranderende wereld van de popmuziek,” zegt Erik Backer, sinds 1988 zakelijk directeur van de Melkweg en Schlössers ‘nummer twee’. “Daarbij heeft hij altijd gezocht naar schaalvergroting en uitbreiding van de Melkweg.”
“Cor is een mastodont, een onverstoorbaar type, een bizon die maar doorgaat,” vindt Paradiso-directeur Pierre Ballings. “Cor is altijd erg overtuigd van zijn eigen mening en moeilijk van gedachten te brengen,” zegt Arjen Davidse, hoofd Pop, Jazz en Wereldmuziek bij Muziek Centrum Nederland (MCN). Hij kent Schlösser nu zo’n twintig jaar. Eerst als voorzitter van Stichting Popmuziek Nederland, later het Nationaal Pop Instituut, en nu als bestuurslid van MCN. “Je moet wel heel erg goede argumenten hebben bij Cor. Anders gaat hij gewoon stellig door.”
“Hij hoort zichzelf ook wel graag praten,” zegt Backer. “Cor is niet meteen overtuigd van het voordeel om naar anderen te luisteren. Het moet wel heel helder verwoord, goed en verrassend zijn om hem te overtuigen. Hij houdt vast aan zijn doel. Gelukkig waren de doelen die hij stelde altijd goed voor de Melkweg.”
Van hippie tot zakenman
In 1995 was de ombuiging van de Melkweg van psychedelisch hippiehonk tot cultureel centrum voltooid. De Melkweg liet zich in met het bedrijfsleven. Frisdrankmerk Pepsi sponsorde de nieuwe zaal ‘The Max’ die werd vernoemd naar het drankje. En dat terwijl er in de Melkweg tot 1983 geen Coca Cola werd geschonken omdat het personeel het grote bedrijf ‘imperialistisch en derhalve principieel fout’ vond.
Ook Schlösser veranderde in een zakenman. Hoewel je hem met die laatste term geen plezier doet. “Hij gaat met de tijd mee,” zegt geluidstechnicus en DJ Robin Schlösser over zijn vader. “Af en toe vergeet ik dat hij al 65 jaar oud is. De Melkweg en de popmuziek hebben hem jong gehouden. Bovendien is hij een fervent sporter. Hij tennist al 25 jaar.” Stef Wild Meyboom is een goede vriend van Schlösser en werkte van 1982 tot 1987 als barmedewerker van de Melkweg. “Cor heeft nooit gewacht met veranderen,” Wildt Meyboom. “In de jaren tachtig heeft hij goed aangevoeld dat er van het hippie-imago moest worden afgestapt om de Melkweg met de tijd mee te laten gaan.”
“Zijn nieuwe, jonge vriendin – een Hongaarse programmeur uit Boedapest – heeft hem ook aanmerkelijk jonger gemaakt,” lacht een bekende van Cor. “Terwijl hij vroeger shag rookte en alleen zwarte jasjes droeg, draagt hij nu moderne, hippe kleren.”
Details, details, details
Cor Schlösser wordt omschreven als een ‘allesvriend’. “Hij is altijd erg beleefd en vriendelijk,” zegt Arjen Davidse. “Zijn stem zal hij nooit verheffen. Maar hij kan soms ook streng zijn. Ik weet nog dat ik hem een conceptversie gaf van een niet heel belangrijke tekst voor het MCN. Toen ik het terugkreeg, had Cor het bewerkt met een rood pennetje. Terwijl het mij ging om de grote lijnen. Hij had alles tot in de puntjes gecorrigeerd en alle typefouten eruit gehaald als een schoolmeester. Cor is een echte perfectionist. Iemand die alle details intensief in de gaten houdt.”
Een directeur die moeilijk delegeert? “Als hij hoorde dat er een plankje voor glazen mistte achter de bar, dan was hij daar ook mee bezig,” zegt zoon Robin, die als DJ nu zo’n veertien jaar plaatjes draait in de Melkweg. “Mijn vader was met alles intens betrokken.” Zakelijk directeur Erik Backer herkent dat. “Cor is een control freak. Hij geeft dingen niet makkelijk uit handen, maar dat moest natuurlijk wel. Daarom wilde hij dat er voortdurend aan hem werd gerapporteerd.” Backer lacht: “Hij hield zich met allerlei dingen bezig die niet tot het takenpakket van een algemeen directeur behoren, zoals: ‘Wat is nou de handigste hendel op de voordeur?’ Hij was altijd aan het werk. Zelf zei hij: ‘Ik heb helemaal niet het gevoel dat ik een baan heb.’ De Melkweg was zijn kindje.”
CV Cor Schlösser
geboren: 17 juni 1946 te Kerkrade
burgelijke stand: ongehuwd, één kind
Opleiding
1958-1964 HBS-A
1964-1969 Universiteit van Amsterdam (Duitse taal- en letterkunde)
1969-1972 Universiteit van Amsterdam, Psychologie
1968 Cursus Toneelschool Amsterdam en toelatingsexamen
1968-1970 Acteur Documentair Actueel Theater (DAT)
Huidige functies
Voorzitter bestuur Nationaal Pop Instituut
Voorzitter bestuur Amsterdam Roots Festival
Bestuurslid Paradiso-Melkweg Productiehuis
Bestuurslid 5 Days Off Media
Bestuurslid Stichting Spinn Off
Bestuurslid Samenwerkende Leidseplein Theaters
Uitbreidingsdrang
Schlösser heeft altijd een goed oog gehad voor de ontwikkelingen in de markt van de popmuziek, zegt Backer. “Bands zijn bijvoorbeeld steeds meer eisen gaan stellen bij optredens. Veertig jaar geleden droegen muzikanten hun spullen zelf naar binnen. Nu komt een reader van 30 bladzijden aan eisen binnen.” Schlösser wilde aan deze eisen kunnen voldoen. De Melkweg moest uitbreiden. Schlösser wil dan, vijftien jaar geleden, opstappen maar schrijft nog één bouwplan. En ‘dat duurde allemaal wat langer dan gepland’. Pas in 2005 begon de bouw van de Rabozaal: een tweede theaterzaal voor de Stadsschouwburg boven de Melkweg. Zo kon The Max tien meter worden verlengd.“Het idee voor een tweede theaterzaal bestond in principe al heel lang,” zegt Melle Daamen, directeur van de Stadsschouwburg. “Maar het bouwplan van Schlösser zorgde dat er vaart in kwam.”
Het geld voor de verbouwingen verzamelde Schlosser door samen te werken met de politiek en sponsoren. Volgens Erik Backer deed hij dat heel strategisch. “Met gevoel voor humor zorgde hij voor een prettige sfeer in de onderhandelingen, maar hij eindigde altijd met een scherpe zakelijke benadering. Commerciële bedrijven, zoals Heineken, verwachtten dat niet. Ze dachten: de Melkweg is het product van jaren zeventig en cultuur is toch een softe sector. Dat heeft Cor goed kunnen uitbuiten met zijn zakelijke inslag.”
“Als Cor iets wil afdwingen, heeft hij aan een paar formuleringen genoeg,” zegt Arjen Davidse over zijn onderhandelingen met Schlösser. “Het zit hem vaak in kleine woordjes. Opeens ben ik niet meer Arjen, maar word ik aangesproken met ‘jongen’. Dan doet hij een beroep op het generatieverschil tussen ons. Zo neemt hij heel subtiel en diplomatiek afstand. Dat merk je ook aan zijn lichaamstaal. Als hij een soort van quasi-irritatie laat blijken, dan weet je: ‘Oké, hij wordt ongeduldig. Nu is het serieus.’”
Toch gaat hij niet snel een confrontatie aan, zegt zoon Robin. “Daar houdt hij niet van. Die gaat hij liever uit de weg.” Davidse herkent dat. “Hij kan heel goed de suggestie wekken dat het tot een conflict kan komen, maar dat komt er nooit echt van. Hij is heel goed in het masseren en ontwijken van werkelijke confrontaties.”
Liefhebber
Cor Schlösser is boven alles een muziekliefhebber. Arjen Davidse: “Tijdens onze internationale trips dook hij alle platenzaakjes in. Om vervolgens met 25 lp’s en cd’s naar buiten te komen. Hij kocht alles, luisterde alles en hield alle hypes nauwlettend in de gaten.”
“Cor weet ontzettend veel van muziek,” zegt Melle Daamen. “Dat lijkt voor de hand te liggen, maar hij weet heel veel van alle muzieksoorten. Dat heeft me wel verrast.” Backer: “De muziekprogrammering heeft hij altijd van heel dichtbij in de gaten gehouden. Hij deed suggesties en vroegen dingen als: ‘Waarom bieden we dit aan?’ En: ‘Waarom staan zij in de Paradiso en niet hier?”
Andersom gebeurt dat ook. “Als er dingen in de Melkweg staan, die ik in Paradiso had willen hebben, dan is de kamer af en toe te klein,” zegt Paradiso-directeur Pierre Ballings. “Er is een soort vriendschappelijk gehakketak tussen ons met grapjes over en weer. We concurreren tenslotte scherp. Soms te scherp in de ogen van Cor en de Melkweg programmeurs. We bieden af en toe weleens over elkaar heen, maar dat is soms nodig.”
‘Mismanagement’
In de zomer van 2007 had de Melkweg financiële problemen, omdat de verbouwing van de Rabozaal duurder uitviel. “De verbouwing van de Stadsschouwburg werd geheel gesubsidieerd,” vertelt Ballings. “En Cor was in de veronderstelling dat dat ook gold voor de bijbehorende uitbreiding van de Melkweg.” Volgens Schlösser verzekerde een ambtenaar op het stadhuis hem via de mail dat de Melkweg zich ‘geen zorgen’ hoefde te maken. Ballings: “Het is een beetje dom dat het nooit zwart op wit is vastgelegd. Dat is misschien wat naïef geweest. Maar Cor ging er vanuit dat het geregeld was, anders had hij het bedrag ervoor wel gereserveerd.” Uiteindelijk sprong de gemeente bij met 500 duizend euro aan subsidie en een lening van 750 duizend euro.
“Een bedrag van niks gezien de totale kosten van de verbouwing”, zegt Paradiso-directeur Ballings. “Cor heeft hier geen risico genomen. Dat hadden ze links of rechts om wel gefinancierd gekregen.”
Maar Amsterdamse politici spraken van ‘mismanagement’. “Het is vermoedelijk de zwaarste tijd geweest voor hem in die veertig jaar,” zegt Davidse. “Hij werd publiekelijk aan de schandpaal genageld. Je merkte aan zijn houding dat het hem kwetste. Hij voelde zich machteloos. Er dreigde een negatieve stempel te komen op zijn mooie carrière.” Maar zijn doel werd gerealiseerd. In 2008 ging de Rabozaal open. “Het rustig uitbouwen van de Melkweg en zijn uithoudingsvermogen daarbij, dat is zijn grootste prestatie”, aldus Paradiso-directeur Ballings.
“Als je als directeur – ten onrechte – wordt afgeschilderd als iemand die een zaal naar het faillissement heeft geleid door mismanagement, heb je blijkbaar iets fout gedaan,” zegt Cor Schlösser. “Maar als ik het over mocht doen, zou ik op alle beslissende momenten precies hetzelfde doen.”