Op 15 oktober staat Melle Daamen 10 jaar aan het hoofd van de Amsterdamse Stadsschouwburg. Een eigenzinnige directeur die zonder smartphone een jong publiek naar de schouwburg weet te lokken.
Noem hem geen cultuurpaus. “Dat vind ik niet leuk. Het suggereert dat ik veel macht heb, en dat is onzin”, zegt Melle Daamen (52) directeur van de Stadsschouwburg Amsterdam. “Er zijn veel kunstenaars met veel invloed, zoals regisseur Ivo van Hove. En het is de wethouder van cultuur die over de subsidies gaat in Amsterdam.”
Maar ingewijden in de cultuursector oordelen anders over Daamen, die op 15 oktober aanstaande precies tien jaar directeur is van de stadsschouwburg. “Zijn netwerk is goud waard”, zegt Roelf Huizenga, adjunct-directeur en hoofd bedrijfsvoering van de Stadsschouwburg.
Daamen begon zijn bestuurlijke carrière op 17-jarige leeftijd met verschillende functies bij de VPRO. “Hij is sindsdien erg gegroeid als bestuurder”, zegt Kees Weeda die Daamen kent uit diens tijd bij de VPRO, de Mondriaan Stichting en, recenter, als kroonlid voor de Raad voor Cultuur (RvC). “Goed voorbereid en ingelezen was Melle altijd al. Maar hij is zich steeds meer inhoudelijk gaan verdiepen in verschillende culturele disciplines als beeldende kunst en theater.”
Felle discussies
Het is de oprichting van de Mondriaan Stichting geweest, een overheidsfonds voor beeldende kunst met een budget van zo’n 15 miljoen euro per jaar, waarmee Daamen status verwierf in de cultuursector. Hij leidde als directeur het in 1993 opgerichte fonds en gaf het een eigenzinnig profiel. Zo liet hij in het jaarverslag vermelden van welke musea de subsidieaanvragen waren afgewezen. Voorheen taboe, omdat het pijnlijk zou zijn voor museumdirecteuren. Maar Daamen wilde transparantie en openhartigheid.
Deze directe manier van besturen is kenmerkend voor Daamen. “Melle heeft geen empathische uitstraling. Bij een bespreking zal hij nooit over koetjes en kalfjes beginnen. Hij komt meteen ter zake. Daar kunnen mensen van schrikken. Maar uiteindelijk telt het resultaat”, zegt Roelf Huizenga. Daamen herkent zich hier wel in: “Een keer hadden medewerkers voorgesteld de dagagenda uit de seizoensbrochure te halen. Omdat de focusgroepen daar geen interesse in hadden. ‘Fuck de focusgroepen, ik vind dat die agenda er gewoon in moet!’, zei ik toen. Dat soort dingen flap ik er dan ineens uit, maar daar is iedereen nu wel aangewend.”
Daamen heeft ook uitgesproken opvattingen over het kunstbeleid. Zo vindt hij dat er te veel middelgrote en kleine theatergezelschappen zijn met een klein en beperkt publiek. Zijn afwijkende mening zorgde vaak voor hevige discussies in de Raad voor Cultuur. Kees Weeda, oud-secretaris van de RvC: “Dat ging er soms fel aan toe, vooral tussen Melle en mij. Maar hij was altijd eerlijk en open, een goede discussiepartner.”
Twee mobiele telefoons
De Stadsschouwburgdirecteur zoekt de discussie graag op. Zijn jaarlijkse zeiltochtjes, Daamens favoriete hobby, zijn beroemd. “Iedereen wil daar bij zijn,” zegt goede vriend David van Traa die lange tijd werkzaam was op het Amsterdamse stadhuis. “Hij is een fantastische gastheer. Melle nodigt daar graag verschillende mensen voor uit, van wie hij denkt dat ze aan elkaar gewaagd zijn. Daar zijn vele vriendschappen uit voortgekomen.” Vrienden en (oud)collega’s vinden Melle ondanks zijn directheid erg toegankelijk. “Hij staat altijd open voor kritiek. Sterker nog, daar is hij altijd naar op zoek om scherp te blijven”, zegt Van Traa.
Daamen is een vlotte verschijning. Vandaag heeft hij in zijn strak ingerichte kantoor een ruime tweedbroek aan, een kleurige blouse en exclusieve, designer gympen. “In New York gekocht. Er zijn maar drie winkels op de wereld die ze verkopen.” Voor bezoek van de koningin heeft hij voor onder zijn pak andere, meer sobere gympen. Naast zijn gympen is Daamens telefoon zijn handelsmerk, zegt David Van Traa. “Dat gekke, ouderwetse mobieltje van ‘m. Hij wil per se geen smartphone.” Daamens verklaring voor het gebrek aan zo’n telefoon: “Ik wil gewoon geen knol in mijn broekzak hebben zitten.” Hij is zo gesteld op zijn oude mobiel, dat hij er twee kocht. Voor het geval dat de een het begeeft.
Van stoffig naar sexy
Twee grote opdrachten kreeg Daamen bij zijn aanstelling in 2001. Van oudsher was de Stadsschouwburg een gemeentelijke instelling. Daamen moest de schouwburg verzelfstandigen. Sinds januari 2005 is de Stadsschouwburg een zelfstandige organisatie, met een gemeentelijke subsidie van vijf miljoen.
Daarnaast moest Daamen de Stadsschouwburg verbouwen. Voor zijn aantreden was al besloten dat het pand uitgebreid zou worden met nieuwbouw voor een extra theaterzaal. Daamen greep dit aan om voor 40 miljoen euro in totaal te verbouwen. Huizenga: “Hij wilde de schouwburg opengooien. Met een uitnodigend restaurant, café en ruimere openingstijden. Vroeger was de schouwburg overdag dicht en stond je na de voorstelling meteen weer op straat. Onvoorstelbaar, toch?”
Voordat Daamen in 2001 aantrad als directeur werd de stadsschouwburg vooral geassocieerd met het zogeheten Amsterdamse grachtengordelpubliek: grijs en elitair. De schouwburg had een stoffig imago. Daar wilde Daamen verandering in aanbrengen, de schouwburg moest “sexy”worden. “De schouwburg heeft een jonger publiek gekregen en is een plek waar mensen heel graag komen. De schouwburg staat midden in de stad, mede dankzij de nieuwe programmering ‘Expanding Theatre’ die gericht is op debat en gesprek”, zegt de Amsterdamse wethouder Carolien Gehrels (Cultuur, PvdA).
Daamens laatste uitvinding is een borrel in de Stadsschouwburg, WorldTalks. Elke vrijdagmiddag wordt het borrelen onderbroken door een gesprek over de actualiteit met een internationale gast die door een Skypeverbinding op een scherm te zien is. Daamen is ook regelmatig na kantooruren in de schouwburg te vinden om de voorstellingen te zien, de sfeer te proeven en met bezoekers te praten. “Het liefst zou ik er elke avond zijn, maar dat is met al mijn andere werk helaas niet haalbaar”, zegt Daamen.
Daamens formule is blijkbaar een succes: onder zijn leiding groeide het aantal bezoekers van 105 duizend in 2001 naar 190 duizend per jaar in 2010. De stadsschouwburg heeft nu een omzet van ongeveer 11 miljoen euro per jaar. “Die grote klussen heeft hij succesvol afgerond”, zegt Annet Lekkerkerker, die tot 2007 hoofdprogrammering was in de schouwburg en inmiddels zakelijk directeur is van het Holland Festival.
CV Melle Daamen
Geboren: 11 januari 1959, Heumen
Burgerlijke staat: ongehuwdOpleiding / studie
VWO aan de Werkplaats (Kees Boekeschool) te Bilthoven.
1986: Doctoraal politicologie (historische variant) aan de Universiteit van Amsterdam. Bijvakken bestuurskunde, recht, economie en massacommunicatie.Loopbaan
2001 – heden Directeur Stadsschouwburg Amsterdam.
1993 – 2001 Directeur van de Mondriaan Stichting
1993 Senior-adviseur bij Berenschot BV.
1990 – 1993 Directiewaarneming van het Amsterdams Uit Buro (AUB).
1990 Senior beleidsadviseur bij de Directie Beleidszaken Cultuurbeheer van Ministerie van WVC.
1987 – 1990 Adviseur bij Leyer & Weerstra Management Consultants.Belangrijkste Nevenfuncties
2010 – heden Voorzitter Raad van Commissarissen van AT5
2008 – heden Voorzitter Vereniging Vrienden van het Stedelijk Museum
2007 – heden Lid Raad voor Cultuur (kroonlid)
2006 – heden Juryvoorzitter Charlotte Köhler Prijzen
2005 – heden Voorzitter Internationaal Filmfestival Rotterdam
2000 – heden Lid wetenschappelijke Adviesraad van het Instituut voor Informatierecht, onderdeel van de UvA.
2000 – 2006 Lid bestuur Prins Bernhard Cultuurfonds Amsterdam.
1998 – 2002 Voorzitter Commissie Cultural Governance.
1996 – 2001 Bestuurslid Vereniging Nederlandse Poppodia.
1991 – 1999 Stichting Cultureel Jongeren Paspoort (CJP)
1978 – 1983 Diverse functies binnen Omroepvereniging VPRO: – bestuurslid met portefeuilles programmabeleid en sociaal beleid – secretaris VPRO-bestuur (1979 – 1980) – voorzitter Ledenraad VPRO en adviserend lid VPRO-bestuur (1981 – 1983).
1980 Lid NOS-bestuur
Nieuwe uitdaging
Daamens jubileum en indrukwekkende loopbaan (zie ook kader), roept de vraag op hoe lang hij nog directeur van de stadsschouwburg zal blijven. Met de afronding van de metamorfose van de stadsschouwburg lijkt de weg vrij voor een nieuwe uitdaging voor Daamen. “Dit zou het moment kunnen zijn dat hij zich oriënteert op een nieuwe baan. Hij heeft er in ieder geval alle recht toe; hij laat een goed draaiende en vernieuwde stadsschouwburg achter”, zegt Weeda. Dat vindt ook Annet Lekkerkerker: “Met zijn staat van dienst in de culturele sector kan hij alles gaan doen wat hij maar wil.”
Daamens ruime bestuurlijke ervaring maakt hem een geschikte kandidaat voor bijna elke directeursfunctie in de media- en cultuursector. “Daar heeft hij zeker wel eens over nagedacht. Hij is altijd op zoek naar uitdagingen”, zegt Van Traa, “Maar voor zover ik weet, speelt er nu niets.” Daamen is naar eigen zeggen een aantal keer benaderd voor bestuurlijke functies, maar meer wil hij daar niet over zeggen. Geruchten gingen dat hij benaderd werd voor directeursfuncties van het Amsterdams Stedelijk Museum en van de VPRO. Dit leverde niets op, Daamen wilde zijn huidige werk eerst afmaken.
“Ik wil nu nog genieten van het resultaat van de schouwburg”, antwoordt Daamen op de vraag wat zijn volgende baan zal zijn. “Natuurlijk zou het leuk zijn om weer bij de VPRO te belanden, om de cirkel rond te maken. Maar daar ben ik niet per se op uit.” Bovendien heeft hij nu meer tijd voor zijn nevenfuncties, onder andere als voorzitter van de Raad voor Commissarissen van AT5. “Maar ook al zou ik wel al meer weten, dan nog zou ik het niet prijsgeven. Dat deed ik ook niet toen het gerucht ging dat ik schouwburgdirecteur zou worden.”