Meer mensen moeten hun eigen huis bouwen op een braakliggend stuk grond, vindt wethouder Van Poelgeest. Daarom organiseert Amsterdam eind oktober een zelfbouwbeurs. Maar de locaties voor die huizen blijken schaars te zijn.
De Scheepstimmermanstraat op Borneo-eiland met de allereerste zelfbouwwoningen van Amsterdam ligt op de route van menig rondvaartboot. Gepensioneerd ingenieur Peter Schrauwen (73) woont samen met zijn vrouw Ineke (74) in een van die huizen en is er trots op. “Er wonen veel architecten in onze straat.” Het echtpaar bouwde ruim tien jaar geleden zelf hun moderne grachtenpand van rood baksteen in de straat. “Alles is precies naar onze wensen gebouwd.”
Achter de onopvallende façade van het grachtenpand schuilt een ongewone indeling, bedacht door hun door dochter die architect is. Zo kent het pand geen begane grond, maar gaat er vanaf de voordeur meteen een trap naar de eerste verdieping. Daar zijn een studeerkamer (“zodat we achter de computer naar de straat kunnen kijken”) en een logeerkamer (“voor de kleinkinderen”) te vinden. Voor de kamers op de twee verdiepingen daarboven moeten telkens trappetjes worden genomen die het echtpaar Schrauwen moeiteloos beklimmen.
De kamers in het door hun dochter ontworpen pand zijn allemaal aan de voorzijde gestapeld. Op deze manier kon er in het souterrain aan de achterkant, de grachtzijde, een licht atelier gemaakt worden met een plafond van vijf meter. “Nu zijn al die trappen nog geen probleem. Maar als we ouder zijn, kunnen we gewoon in het atelier wonen. Om die reden hebben we daar ook een extra keukentje gemaakt”, vertelt Inke Schrauwen enthousiast naast het weefgetouw in haar hobbyatelier.
Als het aan verantwoordelijk wethouder Maarten van Poelgeest (Bouwen, GroenLinks) ligt, zullen steeds meer mensen net als het echtpaar Schrauwen hun eigen huis bouwen in Amsterdam. Vijfendertigduizend mensen in de komende dertig jaar, om precies te zijn. Het stadsbestuur denkt hiermee de oplossing te hebben gevonden voor de vastzittende woningmarkt. Maar is deze ambitie van Van Poelgeest wel haalbaar?
Geen keus
“Amsterdam loopt hopeloos achter in vergelijking met andere grote steden als het gaat om zelfbouw”, zegt Dick Schuiling, hoofddocent planologie en stedelijke vernieuwing aan de Universiteit van Amsterdam. Zelfbouw vormt in de stadsregio Amsterdam zo’n 3 procent van de gehele woningvoorraad. Dat percentage ligt ver onder het landelijke gemiddelde van 7 procent. Schuiling: “De gemeente doet alsof zij een revolutionair plan heeft, maar dat is het niet. In steden als Almere en Enschede zijn ze al veel verder met zelfbouw. Daar zijn prachtige wijken ontstaan door de bouw van particulieren. Het wordt eens tijd Amsterdam meer aandacht besteed aan zelfbouw. Zeker nu het bouwen van nieuwe woningen hard nodig is.”
De Amsterdamse woningmarkt ligt door de economische crisis al meer dan een jaar op zijn gat. Een van de belangrijkste oorzaken van het vastlopen van de woningmarkt is de afname van het aantal afgeleverde nieuwbouwwoningen. Door de crisis hebben woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars niet meer genoeg geld om voldoende nieuwe woningen te bouwen. Dat terwijl steeds meer mensen een nieuwe woning in de stad zoeken. Hierdoor moeten er komende dertig jaar tenminste 70.800 woningen worden bijgebouwd in Amsterdam, berekende de gemeente. Maarliefst de helft hiervan moet door zelfbouw tot stand komen.
Volgens wethouder Van Poelgeest moet Amsterdam daarom zelfbouw ‘een volwassen onderdeel te maken van de woningbouw’. “Zonder hulp van mensen die hun eigen huis bouwen, worden er niet genoeg woningen gerealiseerd”, zegt Van Poelgeest.
De wethouder verwacht dat zelfbouw steeds normaler zal worden. “Er zijn veel mensen die graag in Amsterdam willen wonen en dat worden er steeds meer. Daarom zullen mensen ook moeten uitkijken naar andere type woningen in de stad, zoals zelfbouwwoningen. Bovendien komen er steeds meer bureaus van architecten en aannemers bij die mensen helpen met zelfbouw.”
Maar al in 2006 nam de Amsterdamse gemeenteraad een motie aan om 10 procent van de nieuwbouw te laten bestaan uit zelfbouw. Amsterdam haalde deze eigen doelstelling niet. Het stadsbestuur wil nu revanche nemen. “De urgentie om te zoeken naar nieuwe vormen van woningbouw is nu groter dan in 2006”, zegt Van Poelgeest.
Kavels zoeken
De wethouder zei in januari nog dat hij jaarlijks genoeg stukken braakliggende grond beschikbaar wil stellen voor 1000 woningen. Alle stadsdelen kregen onmiddellijk de opdracht geschikte locaties te zoeken. 900 mensen schreven zich in als belangstellende. Maar negen maanden na de toespraak van de wethouder heeft de gemeente voor slechts 300 woningen zogenoemde kavels gevonden.
Van Poelgeest: “We hebben een opstartfase nodig, maar de ambitie blijft dat er per jaar 1000 tot 1200 woningen door zelfbouw gerealiseerd worden.” En dus lanceerde de gemeente begin deze maand een speciale website en is er op 29 en 30 oktober een beurs waar geïnteresseerden geïnformeerd worden over zelfbouw en waar de eerste kavels te koop zijn.
Vooral het stadsdeel Centrum is, ondanks de hoge huizen- en grondprijzen, populair bij huizenkopers. Dit stadsdeel heeft echter nog helemaal geen kavels gevonden. Wel is de stad in onderhandeling om locaties in het centrum te kopen om deze geschikt te maken voor zelfbouw. Zo voert Amsterdam gesprekken met het ministerie van Defensie om wellicht het Kattenburg marinecomplex te kopen. Van Poelgeest: “Als dat lukt, zou dat een mooie locatie kunnen zijn voor zelfbouw, maar dat is nog ver weg. Ik sluit niets uit.”
Dat grond voor zelfbouw schaars is, ondervond het echtpaar Schrauwen al in 1996. Zij reageerden onmiddellijk op de kavels op Borneo-eiland naar aanleiding van een advertentie in de krant. Peter Schrauwen: “Wij woonden toen nog in Bussum maar wilden heel graag naar Amsterdam verhuizen omdat hier meer te beleven is.” Maar er was destijds zo veel animo voor de 62 beschikbare kavels in de Scheepstimmermanstraat, dat er geloot moest worden onder de geïnteresseerden.“In eerste instantie waren wij niet geselecteerd. Totdat er gelukkig meer kavels beschikbaar kwamen in de straat.”
Een zak geld
Maar het feit dat de kavels in Scheepstimmermanstraat tien jaar geleden populair waren, garandeert niet dat zelfbouw ook nu nog gewild is. “Zelfbouw is niet goedkoop”, waarschuwt Schuiling. “Seriebouw, waarbij een projectontwikkelaar in een keer veel dezelfde woningen bouwt, is goedkoper. Bovendien is het bouwen van een huis altijd duurder dan gedacht, door onvoorziene kosten als de stijgende prijs van bouwmaterialen.” Volgens de planoloog zijn het daarom vaak mensen die zelf goed kunnen bouwen of ontwerpen én geld hebben die de stap wagen naar zelfbouw.
De grondprijs is uiteindelijk doorslaggevend voor mensen die zelfbouw overwegen, zegt Schuiling. Dat is een van de weinige manieren om de kosten van de dure zelfbouw te drukken. Maar het zijn juist de grondprijzen die in Amsterdam de afgelopen tien jaar meer dan verdubbeld zijn. Zo heeft het echtpaar Schrauwen hun huis, inclusief de grond, destijds voor een paar ton kunnen bouwen. Inmiddels staan soortgelijke woningen in de straat te koop voor zeven à acht ton.
“Mensen moeten zelf wel een zak geld kunnen inleggen”, erkent woordvoerder Simone van Harten van Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam (OGA). De OGA is verantwoordelijk voor gebieds- en vastgoedontwikkeling in de stad. Toch denkt de gemeente genoeg mensen te kunnen interesseren voor zelfbouw. Van Harten: “Er zijn ook kavels die aantrekkelijk zijn voor starters en ouderen.” De woordvoerder wijst op “goedkope kavels” in stadsdeel Zuid-Oost. Daar liggen de prijzen tussen de 108.000 en 160.000 euro voor een van de vijftien beschikbare kavels op de ’s-Gravendijkdreef. Daarvoor krijgt de koper veel ruimte terug; de grootte varieert tussen de 263 en 449 vierkante meter per kavel. Maar waar de overige beschikbare zelfbouwplekken te vinden zijn en wat ze kosten is nog niet bekend.
Eenheidsworst
Volgens de gemeente is de Scheepstimmermanstraat met het huis van de familie Schrauwen het schoolvoorbeeld van succesvolle zelfbouw in de stad. Tot nu toe telt Amsterdam 850 zelfgebouwde woningen. Die zijn voornamelijk te vinden op het Steigereiland en in Vrijburght in nieuwbouwwijk IJburg. Maar planoloog Schuiling blijft kritisch: “Het aantrekkelijke van zelfbouw is dat mensen zelf kunnen bepalen hoe hun huis eruitziet, waardoor er creatieve en bijzondere architectuur kan ontstaan. Maar door de strenge regels van de gemeente is het resultaat in Amsterdam eenheidsworst. Kijk maar naar de Scheepstimmermanstraat: alle huizen lijken op elkaar.”
Van Poelgeest is zich bewust van de strenge Amsterdamse regelgeving: “Afhankelijk van de locatie van de kavels zullen we in de toekomst daar losser en vrijer mee omgaan – denk ik.” Zelfgebouwde woningen in het centrum moeten volgens de wethouder aan meer regels gebonden zijn omdat daar veel bestaande bouw staat, waarvan de binnenstad een zogenoemd beschermd stadsgezicht is. Op IJburg zijn de bouwregels minder streng omdat daar alleen maar nieuwbouw staat. Maar Schuiling heeft daar weinig vertrouwen in: “De Amsterdamse nieuwbouw zit in een keurslijf van de gemeente. De stad is bang dat zelfbouw geen gezicht is en zal daarom veel creativiteit niet toestaan. Het is dus maar afwachten of de wethouder zijn ambitie voor meer en vrijere zelfbouw zal waarmaken.”