Internationale onderzoeksbureaus en bedrijven doen jaarlijks vergelijkend onderzoek naar steden. Met als resultaat de beroemde lijstjes. Amsterdam blijkt een Europese middenmoter.
Amsterdam, 15 feb – Tussen 2006 en 2010 investeerde gemeente Amsterdam 50 miljoen euro in het versterken van de internationale concurrentiepositie van de stad. ‘Amsterdam Topstad’ heette dit project. Het doel: in de Europese top vijf van vestigingsplaatsen voor bedrijven komen. Dat is niet gelukt. Amsterdam behoort – net als vijf jaar geleden – tot de Europese middengroep.
Zakenstad Amsterdam
Ruim dertig Europese steden krijgen van makelaarskantoor Cushman & Wakefield jaarlijks een rapportcijfer voor hun prestaties als zakenstad. Dit cijfer is gebaseerd op een enquête onder 500 leidinggevenden van Europese bedrijven. Er wordt gevraagd naar allerlei aspecten van het zakelijke klimaat, zoals de beschikbaarheid van kantoorruimtes en gekwalificeerd personeel. Amsterdam staat volgens het makelaarskantoor op de zesde plaats. De hoofdstad scoort goed op bereikbaarheid vanuit het buitenland en de meertaligheid van haar bevolking. Amsterdam doet het relatief slechter als het gaat om de personeelskosten en de prijs-kwaliteitverhouding van kantoorruimtes.
Leefbaarheid
Ook de leefomstandigheden in een stad zijn van invloed op het vestigingsklimaat voor bedrijven. Adviesbureau Mercer meet jaarlijks in ruim 200 steden de leefomstandigheden door vragen voor te leggen aan multinationals en expats. Daarbij wordt onder meer gekeken naar de politieke en economische situatie, veiligheid, openbaar vervoer, recreatie en het risico van natuurrampen.
In 2010 stond Amsterdam op de 13e plaats in de ranglijst van leefbare steden. Het is de 9e Europese stad. Wederom scoorde Amsterdam goed op bereikbaarheid vanuit het buitenland, internationaal onderwijs en gezondheidszorg. Wel wordt een kanttekening geplaatst bij de personeelstekorten in de zorg. De verkeersdrukte zorgt ervoor dat Amsterdam lager scoort voor bereikbaarheid binnen de stad.
Milieu
Amsterdam behoort tot de vijf meest ‘groene’ Europese hoofdsteden, volgens onderzoeksbureau The Economist Intelligence Unit. In 2009 bracht het bureau The European Green City Index uit. Het rapport vergelijkt de milieuprestaties van 30 Europese hoofdsteden aan de hand van 30 maatstaven, zoals CO2-uitstoot, energieverbruik en luchtkwaliteit. Alleen Oslo, Kopenhagen, Stockholm en Wenen presteren beter dan Amsterdam.
In de categorie ‘waterverbruik’ presteert Amsterdam het best van alle onderzochte steden. Net als in ‘afvalproductie en -recycling’. Een Amsterdammer verbruikt jaarlijks zo’n 53 duizend liter water, terwijl het gemiddelde van alle onderzochte steden twee keer zoveel is. Amsterdam is een relatief bescheiden producent van afval en recyclet ruim 40 procent van haar afval – alleen Helsinki presteert beter met 57 procent.
Maar Amsterdam scoort niet op alle gebieden goed. Bijna alle West-Europese hoofdsteden presteren beter in de categorie CO2-uitstoot. Onze hoofdstad staat op de twaalfde plaats. De jaarlijkse CO2-uitstoot per hoofd van de bevolking behoort tot de hoogste van alle onderzochte steden en bedraagt ruim 6,5 ton, terwijl het gemiddelde rond de 5 ton ligt. Twee ton CO2 is vergelijkbaar met een vliegretourtje New York.
Volgens het onderzoek laat ook de luchtkwaliteit ten opzichte van andere Europese hoofdsteden te wensen over. Amsterdam staat in deze categorie op de elfde plek. De luchtkwaliteit in Amsterdam lijdt onder de aanwezigheid van zware industrie in de omgeving en verkeersopstoppingen in de Randstad. Zes op de tien Amsterdammers vindt luchtvervuiling in de stad een (groot) probleem, blijkt uit gegevens van de Eurobarometer 2009 van de Europese Unie.
Kosten en koopkracht
Mercer vergelijkt jaarlijks ook in ruim 200 steden de prijzen van 200 artikelen, waaronder kosten van huisvesting, vervoer, levensmiddelen, kleding en amusement. In 2010 was Amsterdam de op 34 na duurste stad ter wereld. In Europa staat Amsterdam op de 14e plek. Amsterdam is onder meer duurder dan Barcelona, Praag en Frankfurt, maar goedkoper dan Parijs, Milaan en Kopenhagen. Moskou heeft de twijfelachtige eer om de duurste stad van Europese te zijn. Een kopje koffie is daar gemiddeld twee keer duurder dan in Amsterdam, blijkt uit het rapport.
Maar prijzen zeggen niet alles. De Zwitserse bank UBS onderzocht vorig jaar ook de koopkracht in 73 steden over de wereld. Bewoners van Zürich krijgen de meeste waren voor hun geld. Amsterdam staat op de achttiende plek wereldwijd en is de elfde Europese stad in de lijst.
Bewoners van onder andere Dublin, Londen, Brussel en Kopenhagen hoeven gemiddeld minder lang te werken dan Amsterdammers om dezelfde producten te kunnen kopen. Om een idee te krijgen: een Amsterdammer moet gemiddeld 19 minuten werken voor een Big Mac, 11 minuten voor een kilo rijst en 13,5 uur voor een iPod nano met 8 gigabyte aan opslagruimte.
