In woon- en zorgcentrum Amsteldijk in de Pijp werd gisteren het Huis in de Pijp feestelijk geopend. Het Huis is een buurtcentrum, waar ouderen en mensen met een beperking terecht kunnen voor eten, activiteiten en informatie. NAP spreekt met kwartiermaker Nel Klaasse Bos.
Amsterdam – Nel Klaasse Bos is op de dag van de opening van het Huis in de Pijp in woon- en zorgcentrum Amsteldijk volop in gesprek met ouderen en medewerkers. “Vind je het goed als we hier gaan zitten?” Ze wijst op een tafel achter de ontvangstbalie die maar half is afgescheiden van de feestelijk ingerichte eetzaal, “Ik wil graag een beetje stand-by blijven.” In de zaal staan marktkraampjes en er hangen vlaggetjes. Aan tafeltjes zitten zo’n honderd ouderen geanimeerd te praten met kopjes koffie.
Klaasse Bos is kwartiermaker van het Huis in de Pijp, een project dat is opgezet in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), die sinds 2007 voor alle gemeenten van kracht is. “De bedoeling van de wet is dat ouderen vanaf 55 jaar en mensen met een beperking zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en ook mee blijven doen in de samenleving. In Amsterdam hebben de stadsdelen, de centrale stad en de zorg en welzijnsaanbieders in 2007 afgesproken om in elk stadsdeel voor 2012 twee woonservicewijken in te richten. In zo’n woonservicewijk zijn mogelijkheden voor ouderen en mensen met een beperking om te eten, om activiteiten te houden, om elkaar te ontmoeten en om informatie en advies in te winnen. In stadsdeel Oud-Zuid komt er één in de Marathonbuurt en één in de Pijp.”
Voor uitvoering van de WMO is per inwoner van boven de 65 tot 50 euro beschikbaar gekomen vanuit het Rijk. Het Huis in de Pijp is een samenwerkingsverband van Stadsdeel Oud-Zuid, zorgorganisatie Amsta, welzijnsorganisatie Combiwel en woningcorporatie De Alliantie en daarmee een belangrijk onderdeel van de woonservicewijk. Klaasse Bos: “Ouderen van boven de 75 en mensen met een beperking kunnen hier straks voor zes euro eten in buurtrestaurant De Buurman, dat al is opgeknapt. Er wordt hierboven ook een steunpunt ingericht, waar altijd een vaste medewerker zit die alles weet over welzijn en zorg. Mensen kunnen hier terecht met vragen. Als ze echt hulp nodig hebben, bijvoorbeeld met hun administratie, worden ze vanuit het steunpunt verder geholpen naar een wijkpost voor ouderen. Ook de wijkposten zelf zullen één of twee keer per week spreekuur houden in het steunpunt.”
Verder zullen er veel buurtactiviteiten worden georganiseerd, zoals Bingo, spelletjesavonden en middagen waarop klassieke muziek wordt gespeeld. “Er zijn mensen die hier komen om mee te doen, maar er zijn er ook die zelf dingen organiseren, dat is heel essentieel. Dat mensen zelf als vrijwilliger hier actief kunnen zijn. De ruimtes zijn ook beschikbaar voor eigen initiatieven.”
Toch is er ook weerstand tegen de plannen van het Huis in de Pijp, maar Klaasse Bos vindt dat juist prachtig: “Er zijn bijvoorbeeld handtekeningen verzameld van bewoners die tegen de plannen zijn. Fantastisch. Dan leeft het echt. De bewoners zien de begane grond van Amsteldijk als hun woonkamer, maar in feite hebben ze een appartement. De begane grond moeten ze straks delen. Dat wordt meer een restaurant.” Ze denkt niet dat de plannen in gevaar zijn. “Er is een besluit genomen door de wethouder en bestuurders van de organisaties, de stap is gezet.”
Het Huis in de Pijp is ook gericht op mensen met een beperking, die vaak een stuk jonger zijn dan de ouderen. Klaasse Bos ziet dat niet als een probleem. “Mariska de Swart woont in het Willibrordus Complex en hoorde van het Huis in de Pijp”, Klaasse Bos wijst op een jonge vrouw in een rolstoel, “Zij wilde meteen graag meedenken. Zij zit nu in de feestcommissie en heeft ook de openingsact van vanmiddag bedacht. Verder is ze lid van allerlei belangengroepen, die nu gebruik kunnen maken van deze ruimte om samen te komen. En of mensen het leuk vinden? Tja, dat zal de tijd moeten leren.”
Inmiddels is Klaasse Bos de spil in de opzet van veel soortgelijke projecten. “Ik ben alles aan het verbinden. Ik begin buiten en ik kijk hoe er gecommuniceerd wordt met de buurt. Toen ik hier kwam zag ik alleen maar het bord van Amsta, verder geen affiches, niets. Terwijl de buurt al wel welkom was. Dus nu ben ik samen met een projectondersteuner het hele huis doorgeweest, steeds denkend ‘ik zit in een rolstoel, wat moet er hier in het gebouw gebeuren om mensen van de buurt binnen te krijgen’. Voor het Huis in de Pijp hopen we dat er 1000 bezoekers zijn geweest, als ik straks in juni vertrek.” In Oud-Zuid wonen ongeveer 8000 65+’ers.
Klaasse Bos voelt zich van binnenuit gedreven. “Vroeger verzorgde men alleen maar. Ik was toen een vreemde eend, omdat ik er juist veel waarde aan hecht dat mensen eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen, en ze te ondersteunen waar nodig. Vanuit die visie heb ik altijd gewerkt en dat is ook de visie van Amsteldijk en van Amsta. Daarom is dit project heel goed van de grond gekomen.”
Reacties zijn gesloten