Amsterdam – Het Amsterdamse Haven College (mbo) moet leerlingen weigeren omdat er door de crisis niet genoeg leerwerkplekken beschikbaar zijn in de haven. Dat zegt Patrick Randel, de onderwijsdirecteur van de school. Een leerling op een leerwerkplek loopt vier dagen per week stage en gaat één dag naar school. Op het Haven College is plek voor 350 leerlingen, maar door het gebrek aan praktijkplaatsen bij bedrijven volgen er nu slechts 120 een opleiding.
Het Haven College in het westelijk havengebied is geopend in september 2009 en is een samenwerkingsverband van de regionale opleidingscentra van Amsterdam, de gemeente Amsterdam en de Stichting Beroepsvereniging Opleidingen Regio Amsterdam (BORA). De school biedt twaalf opleidingen, van ‘logistiek assistent’ tot ‘manager havenlogistiek’.
Ook doorgroeimogelijkheden binnen de school zijn door de crisis beperkt. Bepaalde opleidingen van de laagste niveaus zijn zonder leerwerkplek te volgen. “Er zijn leerlingen die nu stoppen nadat ze niveau 2 hebben gehaald, omdat ze geen werkplek kunnen vinden die nodig is voor niveau 3″, aldus Randel. Soms blijven leerlingen ook langer op school, omdat ze moeten wachten op een leerwerkplek.
De Ondernemersvereniging Regio Amsterdam (ORAM), oprichter van BORA, bevestigt dat het voor bedrijven in de crisis moeilijk is om in de haven leerwerkplekken aan te bieden. “Het aanbod van leerwerkplekken is erg klein, maar toch is het belangrijk om nu mensen op te leiden voor de toekomst. Hopelijk trekt het volgend jaar alweer iets aan, maar dat is moeilijk te voorspellen”, vertelt Victor Koopman, teammanager bij ORAM.
Het Haven College vangt het probleem op doordat het een erkend leerbedrijf is. “Dat betekent dat leerlingen ook praktijkoefeningen kunnen doen in de haven onder toezicht van de school. Helaas is hier geen plek voor alle leerlingen,” vertelt Randel. Verder probeert de school de periode zonder werkplek te overbruggen met aparte programma’s, waarin leerlingen bij verschillende bedrijven kort ervaring opdoen. “Dat is leuk voor de leerlingen, omdat ze dan met verschillende bedrijven kennismaken, maar het is een tijdelijke leerwerkplek.”
De Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB) ziet meer van dit soort problemen in het mbo. “Wij horen ook dat leerlingen geweigerd worden voor een opleiding omdat er geen leerwerkplek is. Verder krijgen we klachten dat leerlingen aangeraden wordt om na een opleiding van niveau 3 niet verder te gaan met niveau 4, omdat er zo weinig stageplaatsen zijn”, aldus beleidsmedewerker Joël de Booys.
De school is volgens directeur Randel nu ook voorzichtiger met werven. “Je kunt een opleiding leuk verkopen, maar dan kom je toch in gewetensnood als er geen reële kans is op een baan.” Leerlingen die wel een opleiding willen volgen aan het Haven College kunnen volgens Randel ook zelf vast een leerwerkplek zoeken. “Er zijn ook leerlingen die werken en wonen in Velsen, en één dag in de week hier naar school komen.”
Na de crisis verwacht Randel de volledige capaciteit van de school te kunnen benutten. “Nederland is een distributieland, de havensector zal de komende jaren groeien. Bovendien worden door de vergrijzing veel werknemers de komende jaren vervangen.”
Een uitgebreide rapportage over de klachten die bij JOB binnenkomen is hier te vinden.