Na 22 jaar mogen mensen met hiv en aids weer zonder te liegen naar de VS vliegen. Op Schiphol vierden zij gisteren een feestje. Het einde van een ‘demonische maatregel’.
Amsterdam – In 2005 waagde Clemens Ruland uit Amsterdam het er toch op. Hij vloog naar de Verenigde Staten. Stiekem, want Amerika hanteerde al sinds 1987 een inreisverbod voor mensen met hiv. Bij de douane vroeg hij zich nerveus af of zijn medicijnen niet ontdekt zouden worden. Maar alles ging goed. Onopgemerkt bereikte hij de andere kant van de oceaan.
Na 22 jaar kunnen mensen met hiv en aids weer zonder te liegen naar de Verenigde Staten afreizen. Afgelopen maandag werd de inreisbeperking opgeheven. Omdat minimaal 72 uur voor de reis een onlineformulier moet worden ingevuld om toegang te krijgen tot Amerika, kunnen mensen met hiv sinds donderdag voor het eerst legaal naar het land.
Om dit alles vieren, organiseerde het Aids Fonds donderdagochtend een klein feestje. Het fonds, dat is opgericht om aids in de wereld te bestrijden, had vorig jaar mensen met hiv gevraagd ‘hun blijdschap over de opheffing van de inreisbeperking’ tot uiting te brengen. De beste inzending zou worden beloond met een reis naar New York. Ruland en zijn partner Hugo Bausch wonnen de hoofdprijs met een gedicht en een poster. Samen kwamen ze gisteren onder grote belangstelling aan op Schiphol om hun prijs te incasseren.
Voor hun vertrek gaven Ruland en Bausch nog een persconferentie in het diverse gezelschap van consul-generaal Julie Ruterbories van de VS, aids-ambassadeur Marijke Wijnroks, Eddy Linthof van het algemeen bestuur van Hiv Vereniging Nederland (HVN), Ton Coenen, directeur van het Aidsfonds, en Dolly Bellefleur, het travestie-alter ego van theatermaker Ruud Douma. Iedereen was het er gloeiend over eens dat uiteindelijk aan een ‘demonische’ maatregel een einde was gemaakt.
In 1987 werd onder president Reagan hiv toegevoegd aan een lijst die was gekoppeld aan een wet uit 1952 die het mensen verbiedt met ‘gevaarlijke en besmettelijke ziekten’ de VS binnen te gaan zonder een ontheffing. Sindsdien was het voor mensen met hiv verplicht om een visum aan te vragen als ze naar Amerika wilden reizen. Dat visum ook daadwerkelijk bemachtigen was bijna onmogelijk. Door de maatregel werd de toegang geweigerd aan zowel toeristen, vluchtelingen, studenten, als mensen die zich definitief in het land wilden vestigen, zodra bleek dat ze hiv positief waren.
Voormalig president Bush maakte in 2008 wettelijk gezien de weg vrij voor afschaffing van de inreisbeperking, maar pas vorig jaar, tijdens het presidentschap van Barack Obama, is de maatregel definitief ingetrokken.
Volgens Eddy Linthof van HVN weerhield de beperking van de VS mensen wereldwijd ook van een behandeling. “Wanneer je van jezelf niet weet dat je hiv hebt, hoef je het ook niet te vertellen. Om die reden waren veel mensen terughoudend zich te laten testen.” Volgens minister Verhagen van Buitenlandse Zaken zijn nog steeds 57 landen niet bereid om mensen met hiv onvoorwaardelijk toegang te verschaffen, waaronder China en Rusland. De inreisbeperkingen noemde aids-ambassadeur Wijnroks donderdag ‘discriminerend’ en ‘stigmatiserend’.
Ruland memoreerde tijdens de persconferentie Hans Paul Verhoef, die in 1990 overleed, en zei met deze reis naar New York ook de reis van Verhoef af te maken. In 1989 biechtte Verhoef, toen de beoogde voorzitter van HVN, bij aankomst in de VS op aids te hebben. Hij werd gearresteerd en opgesloten vanwege schending van de wet uit 1952. Verhoef daagde de wet uit en vroeg om ontheffing, als eerste. Zijn actie werd wereldnieuws, maar bracht geen verandering.
Voor Ruland maakt deze reis ook op een andere manier een cirkel rond. Vijftien jaar geleden was New York de plaats waar hij verliefd werd op een man. Maar de liefde hield geen stand en diep bedroefd reisde hij terug naar Nederland. Daar kwam hij er ook nog eens achter dat hij met hiv besmet was geraakt. “Maar vandaag keer ik daar terug, als een gelukkig man, en ik hoop dat velen mij zullen volgen.”