Een dag voordat Fernando Alves Pimentel Nederland verlaat, vertelt hij op een Amsterdams terras uitgebreid over de twee en een half jaar die hij als illegaal in Amsterdam doorbracht. Een paar dagen eerder heeft hij zich vrijwillig gemeld bij de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM), een intergouvernementele organisatie die illegalen helpt terug te keren naar het land van herkomst. Volgens de voorwaarden van het IOM betaalt de organisatie de thuisreis voor illegalen die dat zelf niet kunnen bekostigen.
Bepakt en bezakt reist Pimentel terug naar Brazilië. Met twee koffers van elk 23 kilo gaat hij naar Schiphol. Voor dit extra gewicht hoeft hij niets bij te betalen. In zijn bagage zit voor ongeveer 2500 euro aan spullen die hij in Nederland heeft gekocht. Een computer, een videocamera, kleding. Geld heeft hij nauwelijks bij zich, dat staat al veilig op een bank in Brazilië.
Het verhaal van Pimentel staat voor tienduizenden arbeidsmigranten die zonder werk- en verblijfsvergunning in Nederland wonen en werken. De meeste illegalen werken een paar jaar in Nederland om geld te verdienen voor familie thuis, of om zelf in een goed leven in het land van herkomst op te kunnen bouwen. De Nederlandse overheid probeert illegaliteit zoveel mogelijk te bestrijden. Dat maakt het leven van een illegaal er niet eenvoudiger op.
Een illegaal kan in de Europese Unie geen rekening openen. Dit betekent niet dat illegalen al hun geld in een oude sok bewaren. Pimentel heeft zijn loon in Nederland altijd in contanten ontvangen. Al het geld dat hij hier niet nodig had om in zijn levensonderhoud te voorzien, stortte hij met Money Transfer op de bankrekening van zijn moeder in Brazilië. Hij laat in het midden om hoeveel geld het gaat. “Met wat ik in Nederland heb verdiend, kan ik in Brazilië ongeveer tien jaar vooruit.”
Tot en met augustus van dit jaar hebben 1741 vreemdelingen Nederland op kosten van het IOM, gefinancierd door het ministerie van Justitie, verlaten. Een woordvoerder van het IOM geeft toe dat ze niet weet hoeveel van deze mensen prima zelf in staat waren om hun thuisreis te betalen. “Dit is voor ons ook een groot probleem. Wettelijk zijn migranten die bij ons aankloppen niet verplicht om te bewijzen dat ze niet genoeg geld hebben voor een vliegticket. Wij zijn zelf geen overheid. De enige manier waarop we kunnen controleren of iemand zelf kan opdraaien voor de kosten van een vlucht is het ze te vragen. Dat is natuurlijk geen waterdicht systeem.”
Toeristenvisum
Het is voor Brazilianen niet moeilijk om de Europese Unie binnen te komen. Pimentel: “Ik ben op een toeristenvisum naar Parijs gevlogen. Een vriendin van mij zat toen al in Nederland. Zij zei dat het hier makkelijk geld verdienen was, dus ik ben direct doorgereisd naar Amsterdam.”
Toeristen mogen niet werken in de Europese Unie, dus na drie maanden verstrijkt het toeristenvisum. Vanaf dat moment zijn vreemdelingen voor de wet illegaal en ligt uitzetting constant op de loer. Voor veel illegalen, waaronder Pimentel, staat er vanaf dat moment meer op het spel dan uitzetting alleen.
“In het begin was ik heel bang om opgepakt en uitgezet te worden” zegt Pimentel. “In Brazilië heb ik geld moeten lenen om een ticket te kunnen betalen. Voor Braziliaanse begrippen gaat dat om een enorm bedrag, van ongeveer vijf maandsalarissen. Ik heb het geld geleend op de zwarte markt, tegen acht procent rente. Als ik was teruggestuurd voordat ik deze schuld had afbetaald, had ik een probleem gehad. Als dat je overkomt, pakken ze eerst al je spullen af. En als ze dat niet genoeg vinden, maken ze je gewoon af.”
Er zijn meer Brazilianen die het geld voor hun ticket naar Nederland bij louche woekeraars lenen, zeggen twee andere illegale Brazilianen. Ze herkennen veel in het verhaal dat Pimentel vertelt, maar willen zelf liever niet te veel kwijt over hun leven in Amsterdam. “We willen hier graag nog een tijdje blijven, begrijp je.”
Zodra een illegaal eenmaal de Europese Unie is uitgezet, is het moeilijker om opnieuw binnen te komen. Iedere vreemdeling die wordt uitgezet, wordt geregistreerd in het Schengen Informatie Systeem (SIS). Deze informatie wordt meegenomen in de beoordeling van een aanvraag voor een toeristenvisum. Vanaf december 2010 wordt het uitgezette illegalen nog moeilijker gemaakt om terug te keren. Dan wordt de Europese Terugkeerrichtlijn ingevoerd. Voor uitgezette vreemdelingen betekent dit dat hen een inreisverbod kan worden opgelegd.
Werk
Pimentel spreekt geen Nederlands en gebrekkig Engels. Toch had hij weinig moeite om werk te vinden in Nederland. Pimentel: “Ik had die vriendin hier wonen. Zij kende weer een ander Braziliaans meisje dat op dat moment terug ging naar Brazilië. Zij had een schoonmaakbaantje voor drie uur per week dat ik voor honderdtwintig euro van haar kon overkopen.” Op het schoonmaakadres verdiende Pimentel tien euro per uur. Het was zijn eerste baantje in Nederland.
Toen Pimentel meer Brazilianen leerde kennen, kreeg hij ook steeds meer baantjes. Hij schilderde, maakte schoon, waste borden en verrichte hand en spandiensten op een hockeyclub. “Er is hier een heel netwerk van illegale Brazilianen in de stad, die allemaal dezelfde baantjes hebben en werk aan elkaar doorgeven.”
Werkgevers die illegalen inhuren zijn strafbaar. Zij riskeren een boete van achtduizend euro per illegale werknemer. Voor particuliere werkgevers is dat vierduizend euro. Toch nemen werkgevers nog steeds illegalen in dienst.
Waarom nemen ze dat risico? “Omdat de pakkans klein is, de loonkosten laag zijn en illegalen doorgaans hard werken”, zegt een Amsterdamse restauranteigenaar die niet met zijn naam in de krant wil. Ook hij heeft “zo nu en dan” een illegaal in de keuken werken. Hij legt uit dat het voor hem nooit een bewuste keuze is om een illegaal in te huren. “Op het moment dat ik op zoek ben naar een nieuwe bordenwasser, dan neem ik gewoon iemand aan die een betrouwbare indruk maakt en bereid is hard te werken voor weinig geld. Soms is dat een scholier, soms een illegaal. Zolang ze er de kantjes niet vanaf lopen, heb ik daar geen probleem mee.”
De restauranteigenaar behandelt illegale werknemers naar eigen zeggen niet anders dan andere werknemers. “Ze verdienen netto zelfs iets meer dan gewone bordenwassers. Die krijgen wit het minimumloon. Toch kost mij dat meer door alle premies die daar bovenop komen. Een illegaal krijgt bij mij tien euro per uur, belastingvrij. Voor zover ik weet is dat de gangbare vergoeding in Amsterdam. Ze werken er in ieder geval graag voor.”
Pimentel bevestigt het uurtarief van tien euro. “Eigenlijk betalen alleen Braziliaanse bazen die wel een legale status hebben in Nederland minder. Zij teren vooral op nieuwkomers uit Brazilië, maar als die hier eenmaal een tijdje zijn gaan ze meestal voor Nederlanders werken.” Toch heeft ook Pimentel gemerkt dat er Nederlanders zijn die illegalen willen uitbuiten. “Ik heb een tijdje één dag in de week bij een kapper gewerkt. Die zei altijd dat hij me de week erop zou betalen, maar dat deed hij nooit. Uiteindelijk ben ik maar met dat baantje gestopt. Als illegaal kan ik natuurlijk niets tegen zo’n vent beginnen.” Over al zijn andere werkgevers is Pimentel lovend.
De Amsterdamse restauranteigenaar zegt weinig voorzorgsmaatregelen te nemen om te voorkomen dat hij betrapt wordt. “Het enige is eigenlijk dat ik illegale werknemers nooit bedrijfskleding laat dragen. En ik hang het liever niet aan de grote klok, daarom vertel ik dit anoniem. Maar reken maar dat ik niet de enige ben die af en toe een illegaal aan het werk helpt. Denk maar eens aan al die particulieren met hun Ghanese en Braziliaanse werksters. Stuk voor stuk illegaal.”
Samenleving binnen de samenleving
In de twee en een half jaar die Pimentel in Nederland doorbracht, had hij nauwelijks contact met Nederlanders. “Ik heb ongeveer een jaar een Nederlands vriendinnetje gehad, mijn huisbaas is Nederlands en ik heb voor Nederlanders gewerkt.” Verder ging Pimentel alleen met Brazilianen om, de meesten net als hij illegaal. Ze ontmoeten elkaar in de Braziliaanse bars in de stad.
Hoewel de Brazilianen in Amsterdam hun eigen leefwereld hebben, zijn ze behoorlijk goed op de hoogte van wetten en regelingen die op hen van toepassing zijn. “Iedere illegale Braziliaan weet dat je met het IOM gratis naar huis kunt en iedere Braziliaan die ik ken reist ook op deze manier”, zegt Pimentel. De illegalen weten ook dat ze in Amsterdam bij de Kruispost terecht kunnen voor huisartsenhulp. “En als je iets hebt dat ernstiger is, schijn je gewoon terecht te kunnen in het ziekenhuis zonder dat ze de politie bellen.”
De illegalen komen op verschillende manieren aan hun informatie. Deels doordat illegalen die al langer in Nederland wonen nieuwkomers vertellen wat ze wel en niet moeten doen. Maar er is ook hulp van het Braziliaanse consulaat in Rotterdam. Consul-Generaal Pereira: “Wij helpen iedere Braziliaan die onze hulp nodig heeft. Legaal en illegaal. De hulp varieert van het verstrekken van nieuwe paspoorten tot het geven van voorlichting over Nederlandse wetgeving die van toepassing is op illegalen.”
Toch kan dit niet voorkomen dat er onjuiste geruchten de ronde doen. In de Braziliaanse gemeenschap gaat momenteel het gerucht dat de Nederlandse politie vanaf januari 2010 lukraak Braziliaanse bars mag binnenvallen en iedereen om legitimatie mag vragen. Een woordvoerder van het ministerie van Justitie zegt dat er geen wetswijziging in aantocht is. “Wel is het zo dat de politie een vreemdeling van wie zij een redelijk vermoeden heeft dat deze illegaal is, nu al om een legitimatiebewijs mag vragen.”
Angst voor uitzetting
Illegalen zijn altijd op hun hoede voor de politie. Pimentel: “Ik weet gewoon dat als ik word aangehouden, ik meteen op een vliegtuig naar Brazilië wordt gezet.” De Braziliaan doet er alles aan om dit te voorkomen. “Ik zorg altijd dat mijn licht het doet en ik fiets nooit door rood.” Toch houdt Pimentel er iedere keer dat hij de deur uit gaat rekening mee dat hij misschien niet meer thuiskomt.
Illegalen in Nederland
Niemand weet precies hoeveel mensen illegaal in Nederland wonen en werken. De meest recente schattingen over het aantal illegalen in Nedeland zijn in 2008 gepubliceerd door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Justitie. Het WODC schat dat er tussen 1 april 2005 en 1 april 2006 tussen de 74.000 en 184.000 personen illegaal in Nederland verbleven.
Door de uitbreiding van de Europese Unie is het aantal Europese illegalen in Nederland sindsdien afgenomen. Het WODC schat dat tussen 1 april 2005 en 1 april 2006 22.185 illegale Bulgaren en Roemenen in Nederland verbleven. Zij zijn door de toetreding van Bulgarije en Roemenie tot de Europese Unie in 2007 inmiddels legaal. Ook het generaal pardon uit 2007 heeft invloed gehad op de omvang van de populatie illegalen in Nederland.
In 2010 zal het WODC een nieuwe schatting uitvoeren.
“Ik heb altijd mijn belangrijkste spullen klaar liggen bij mijn koffers, zodat ze makkelijk ingepakt kunnen worden. Als ik dan gepakt word, kan ik nog iemand bellen om mij de spullen te laten brengen.” De Braziliaan heeft vrienden die hier niet op voorbereid waren. “Dan word je gewoon in de kleren die je op dat moment aan hebt het land uitgezet.”
Twee keer ging het bijna mis. “In de tram had ik per ongeluk een keer een zone te weinig gestempeld en toen kwam er controle. Ik dacht toen echt dat ik zou worden uitgezet, maar uiteindelijk bleek dat als ik de boete ter plekke zou betalen, ik niet aan de politie werd overgedragen. Dat heb ik natuurlijk meteen gedaan. En een andere keer fietste ik met een vriend over het Leidseplein. Daar mag je niet fietsen maar dat wist ik toen nog niet. Kwamen er opeens twee agenten op ons af. Ik dacht dat het voorbij zou zijn. Uiteindelijk zeiden ze alleen maar dat we daar niet mochten fietsen. Ze vroegen geen legitimatie.”
Zelf vindt Pimentel de angst voor uitzetting wel overkomelijk. Toch merken de vrijwilligers van Kruispost dat illegalen beduidend vaker stressgerelateerde klachten hebben dan reguliere patiënten. Cijfers heeft Kruispost niet.
Thuis
Inmiddels is Fernando Alves Pimentel veilig in Brazilië aangekomen. Bij thuiskomst wachtte hem een grote teil met bier. Hij wil zijn werk als autospuiter weer oppakken. Daarmee verdient hij genoeg om in zijn levensonderhoud te voorzien. Met het geld dat hij in Nederland heeft verdiend, kan hij het huis van zijn moeder opknappen en een auto kopen.
Hij bewaart goede herinneringen aan Nederland. Trots denkt hij terug aan het schoonmaakadres waar de mensen hem dusdanig vertrouwden dat hij hun huissleutel kreeg. “Dat is een belangrijke verantwoordelijkheid.” Toch zal hij geen van zijn vrienden aanraden om als illegaal naar Nederland te gaan. En niet alleen omdat de Braziliaanse economie steeds beter draait.
“Het leven van een illegaal is lastig. Ik had in Nederland gelukkig een goede vriend – ook een illegale Braziliaan – die mijn familie zou waarschuwen als mij iets zou overkomen. Want dat is het ergste aan illegaal zijn. Je kunt zomaar doodgaan zonder dat je familie thuis dat ooit te horen krijgt.”