De kredietcrisis gaat gepaard met de roep om een New Green Deal: het op groene wijze hervormen van de economie. ‘Het is nu wel zaak om door te pakken’ stelt VU-bioloog en theoloog professor Jan Boersema.
AMSTERDAM, 11 feb. Jan Boersema (61) is hoogleraar Milieukunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam en een echte ‘milieu-optimist’. De kredietcrisis biedt volgens hem kansen voor de nijpende milieuproblemen. ‘Recessie brengt altijd bezinning met zich mee. Die reflectie kan goed uitpakken. Een recessie is sowieso goed voor het milieu, omdat er minder economische activiteit is. Er zijn bijvoorbeeld minder auto’s op de weg nu. Maar dat is een onbedoelde en ook oppervlakkige winst. De milieuwinst is pas blijvend als er echte innovatie plaatsvindt.’
De kredietcrisis biedt dus kansen om de ‘de nare kant van de liberale markteconomie en de materiële groei ter discussie te stellen’. In een democratie is het lastig om iedereen achter stevige investeringen op milieugebied te krijgen. ‘In die zin heeft democratie een prijs. Het heeft een trage besluitvorming. De urgentie van het milieuprobleem moet worden gevoeld. Dat leek een beetje te ontstaan rond het klimaatprobleem door de film van Al Gore. En nu krijg je te maken met een economische recessie waardoor de New Green Deal stagneert. De plannen voor een windpark in de Noordzee lijken nu niet door te gaan. Als ik de voorzitter van de Sociaal Economische Raad Alexander Rinnooy-Kan hoor, dan stimuleert hij de New Green Deal niet. Hij wil terug naar de economische situatie zoals die was, maar dan met betere controle van de banken. Hij zet niet voluit in op het vergroenen van de economie.
‘Als ik het voor het zeggen had, zouden we op twee dingen inzetten. In de eerste plaats moeten we echt werk gaan maken van duurzame energie. We moeten ons niet meer laten leiden door de olieprijs. Als je terugkijkt op de geschiedenis dan schommelt die enorm. En iedereen draaft daar achteraan. Als de olieprijs omhoog gaat, wordt windenergie ineens lonend. Als die weer zakt, wordt de subsidie weer afgeschaft. Dat is echt onzinnig. We moeten energie opwekken op een milieuvriendelijke manier en inzetten op wind en zon. In de overgang op schoon fossiel. Ik denk dat dat in een jaar of vijftig moet kunnen. In de tweede plaats moeten we zorgen dat de wereldbevolking niet meer groeit en dat betekent armoedebestrijding. Pas dan kunnen we ook het behoud van de biodiversiteit de volle aandacht geven.
‘Het lastige bij het aanpakken van het milieuprobleem is dat er in de politiek lang is gedacht dat je eerst geld moet verdienen en dat je dan leuke dingen voor het milieu kan doen. Dat is het klassieke VVD-standpunt, maar ook Wim Kok van de PvdA zag het milieu altijd als een luxeprobleem. Dat idee heeft diepe historische wortels en komt voort uit onze algemene ideeën over vooruitgang. Sinds de Renaissance gaan wij er vanuit dat de toekomst anders is dan het heden. Mensen moeten het steeds beter krijgen. Dat is de essentie van vooruitgang. Daardoor heeft de economische ontwikkeling van de laatste anderhalve eeuw een heel materiële invulling gekregen. Meer was altijd ook gewoon meer staal, meer beton, meer asfalt, meer… noem maar op. Economische groei ging altijd boven het milieu. Nu moeten we dus naar een groei toe die eigenlijk neerkomt op meer met minder.
‘Dat milieuaantasting als groot maatschappelijk probleem wordt gezien is een tamelijk recent verschijnsel. Mensen keken er vroeger heel anders tegenaan. Daar heeft Keith Thomas erg aardig over geschreven. De natuur leverderde niet alleen grondstoffen, zoals hout voor schepen, maar het terugdringen van de natuur was ook een teken van beschaving. Een voorbeeld is het uitroeien van de bizon. Toen Amerika werd gekoloniseerd, kwamen de settlers in contact met de bizon. Die liet zich slecht temmen. Daarom is de bizon vervangen door de Europese koe. De settlers vonden dat de bizon niet bij hun beschaving hoorde. Toen is hij genadeloos teruggedrongen. Pas toen we ons niet meer bedreigd voelden door de natuur, toen we er steeds minder afhankelijk van werden, was er ruimte voor het waarderen van natuurschoon.
‘De perceptie van het milieuprobleem is dus recent en nijpend. We moeten de kredietcrisis aangrijpen om de economie te vergroenen. Daar zijn behoorlijke veranderingen voor nodig, maar het kán.’