De oogst van een avondje bieden op gevonden voorwerpen uit Schiphol: goedkope onderbroeken, een stapel luiers en en een handige trolleykoffer.
DIEMEN – 28 jan. De veiling van gevonden voorwerpen uit Schiphol trekt vooral kale mannen en toeristen. Vijf keer per jaar gaan de spullen in veilinghuis de Eland in Diemen over de toonder. Wie voor een paar tientjes een Apple op de kop wil tikken, is hier aan het verkeerde adres.
In veilinghuis de Eland is Amsterdam ben ik de één van de weinigen die geen idee heeft dat je hier met een goed gevulde portemonnee moet komen. Vandaag staat de veiling Gevonden Voorwerpen Schiphol op het programma. Hier worden alle spullen geveild die op Schiphol zijn achtergebleven en waarvoor zich na drie maanden nog altijd niemand heeft gemeld. Een paar honderd euro cash is vereist, want de koffers en tassen worden per kar (zo’n 15 stuks) tegelijk verkocht. Bovenop het verkoopbedrag wordt door de Eland 29 procent veilingkosten in rekening gebracht.
Als de veilingmeester het eerste object, een elektrische fiets, op zijn scherm laat verschijnen, schieten voor, achter en vlak naast mij de nummers de lucht in. `250 , 300 euro, 350. “Stop nu” sist mijn buurvrouw tegen haar vriend. `400, Voor 450 euro, is de fiets verkocht aan die man achterin’. Mijn buren lijken speciaal te zijn gekomen voor de fiets, want de bordjes gaan niet meer omhoog. Kort daarop drijft een blonde vrouw in de hoek van Nederlands oudste veilinghuis de prijs van een kar vol koffers op tot zeshonderd euro. Boven de vijfhonderd euro moet ze om budgettaire redenen afhaken, laat ze weten. De Rotterdammers Hans en Karel gaan er met de buit vandoor.
Als even later vier kratten met in beslag genomen scharen en messen ten tonele verschijnen, is er geen houden aan. Twee handelaren voorin de zaal drijven, zonder dat ze de inhoud kennen, de prijs op tot 1400 euro. `Er zitten soms dure Amerikaanse messen tussen’, legt Fred Jonker van De Eland uit. Volgens Jonker is de kans om tussen de koffers iets van bijzondere waarde aan te treffen erg klein. `Op Schiphol worden de spullen door de douane eerst doorzocht. De kans neemt af dat er kostbare spullen tussen zitten omdat elektronica boven de duizend euro apart geveild wordt.’
Hans en Karel (kale schedels, lederen jassen) laten zich er niet door weerhouden. ‘Bij één op de drie karren is het raak. Dan heb je toch wel een laptopje te pakken. We gaan ook vaak naar veilingen in Duitsland. Daar hoorden we laatst dat iemand een koffer met een dubbele bodem had gekocht. Zat dat ding vol met cocaïne.’ Eén zwarte koffer is inmiddels open gemaakt. Een maatpak en een zijden sjaal stemmen de heren tevreden. De lege portemonnee minder. `Daar moet op Schiphol iemand aan gezeten hebben.’
Buiten op de parkeerplaats worden de koffers in rap tempo in een witte bestelbus geladen. Een groepje studenten uit Leiden koopt voor zestig euro een rode koffer van één van de andere handelaren. Ik besluit hun voorbeeld te volgen en schaf voor een wat kleiner bedrag een zwarte koffer aan. De trolley (met wieltjes en een uitschuifbaar handvat) lijkt nieuw. Thuis aangekomen, trek ik een stel zwarte handschoenen aan en open voorzichtig mijn aanwinst.
Het eerste waar mijn oog op valt, is een stel luiers en een paar goedkope damesonderbroeken met het prijskaartje (€ 1,95) er nog aan. Dat belooft wat. De buit: twee paar kinderschoentjes, een nieuwe Burberry damesbroek, een nieuwe hoofddoek, een kleine toilettas, een haarnetje voor oude vrouwen, twee bh’s (maat 80B), een paraplu, toiletspullen en een berg rommel. Teleurgesteld inspecteer ik mijn aankoop nog een laatste maal. Geen dubbele bodems met cocaïne, ook geen laptop. Niet eens een lege portemonnee.